|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
|||
|
|||
Werkgevers schieten tekort in sollicitatie-etiquette
Werkzoekenden zijn bijzonder ontevreden over de feedback die ze van werkgevers ontvangen na een sollicitatie. Van 2.623 sollicitanten die door professor Stijn Baert (UGent) werden ondervraagd, liet 67 procent weten niet tevreden te zijn. Van de respondenten gaf 29 procent zelfs aan ‘zelden of nooit’ antwoord te krijgen.
Bedrijven en instellingen laten op dit gebied steken vallen, vindt Baert. ‘Een sollicitant steekt tijd en moeite in zijn of haar sollicitatie. Dan kan je, alleen al vanuit het oogpunt van elementaire beleefdheid, verwachten dat de werkgever een gemotiveerd antwoord stuurt’. Nochtans zegt bijna driekwart van de ondervraagden dat de afwijzing gebeurde via een standaard e-mail, waarin niet, of alleen in algemene termen, werd ingegaan op de reden van de afwijzing. Feedbacktool op website VDAB De VDAB weet dat feedback belangrijk is. Daarom is er voor werkgevers een speciale feedbacktool op de website, maar die wordt maar heel beperkt gebruikt. ‘We proberen de werkgevers ervan bewust te maken dat goede feedback de dienstverlening kan verbeteren’, zegt woordvoerster Shaireen Aftab van de VDAB. ‘Stel dat een sollicitant herhaaldelijk niet wordt uitgenodigd wegens te weinig ervaring. Dan kunnen we daarop inspelen door extra stages aan te bieden. Ook voor de werkgevers zelf kan feedback nuttig zijn. Als zij een bepaald profiel voor ogen hebben dat nauwelijks te vinden is, dan moeten ze zich misschien afvragen of hun verwachtingen reëel zijn’. Ook werkgeversorganisaties vinden om die reden feedback een nuttig instrument. ‘Zeker nu de krapte op de arbeidsmarkt zich in alle hevigheid laat voelen, is het nuttig dat werkgevers aan de VDAB kunnen laten weten of de doorgestuurde profielen voldoen’, zegt Christine Mattheeuws van ondernemersorganisatie NSZ. ‘Dat is niet alleen in het belang van de werkgever, maar ook voordelig voor de werkzoekende, die dan kan bijsturen waar nodig’. Aanpak van schijnsollicitanten Hier zit ook een andere motivatie achter: de aanpak van schijnsollicitanten. Werkzoekenden die niet komen opdagen of niet gemotiveerd zijn, kunnen op die manier gesignaleerd worden aan de VDAB. ‘Als blijkt dat een sollicitant niet serieus naar werk zoekt, dan nemen we dat mee in het begeleidingstraject’, zegt Aftab. ‘Daar wordt zeker gevolg aan gegeven’. Uit het onderzoek van Baert blijkt ook dat werkgevers zelf nog heel wat inspanningen kunnen verrichten om het sollicitatieproces beter te laten verlopen. Drie op de tien ondervraagden beoordeelt de communicatie van de werkgevers als oneerlijk, één op de vijf als onprofessioneel en één op de tien als onbeleefd. Opmerkelijk is ook dat 55-plussers het meest negatief zijn over de sollicitatie-etiquette van de werkgevers. Dat strookt met eerder onderzoek door Baert, waaruit bleek dat leeftijdsdiscriminatie zowat de belangrijkste vorm van ongelijke behandeling is op de arbeidsmarkt. Imagoschade Baert: ‘Werkgevers kunnen niet aan sollicitanten laten weten dat ze te oud zijn. Ze mogen wettelijk immers geen selectie maken op basis van leeftijd. Maar ze kunnen oudere sollicitanten natuurlijk wel laten weten wat er precies schort aan hun profiel. Als een werkzoekende weet dat hij tekortschiet op bepaalde skills of talenkennis, of dat zijn brief niet specifiek genoeg is, dan kan hij daar zijn voordeel mee doen.’ ‘Kandidaten moeten te horen krijgen waarom ze niet geselecteerd worden’, vindt ook Aftab. ‘Niet alleen vanuit een maatschappelijke verantwoordelijkheid, maar ook omdat de werkzoekende eruit kan leren. Zo kunnen ze zich beter voorbereiden en beter solliciteren’. De enquête van de UGent wees verder uit dat een slechte sollicitatie-etiquette door werkgevers het imago van het bedrijf of de instelling schaadt. Baert: ‘Werkgevers betalen een prijs: sollicitanten die zich niet hoffelijk behandeld voelen, zijn minder geneigd om opnieuw bij dezelfde werkgever te solliciteren. Ook nemen ze zich vaak voor om geen producten of diensten bij dat bedrijf meer te kopen’. Bron: Standaard.be (09/03/2018) Link: http://www.standaard.be/cnt/dmf20180309_03399517 Eigen mening: Ik ben van mening dat de werkgevers steeds voldoende informatie moeten geven waarom je niet aangenomen bent voor een job. Ze moeten duidelijk vermelden wat je kwalitatieve tekorten zijn. Ik volg hiermee volledig de vooropgestelde werking van de VDAB. Er bestaat een tool waarin, als iedereen het zou gebruiken, veel informatie zou kunnen staan over werkzoekenden. Zo kan je samen werken aan deze tekorten om nadien toch te kunnen solliciteren voor een soortgelijke functie. Bedrijven moeten meer respect tonen naar de sollicitanten toe, want de situatie nu draagt eerder bij tot de demotivatie van de werkzoekenden. Ze moeten persoonlijker inspelen op de sollicitanten en zeker niet antwoorden met een standaardmail. Ik vind het zeer normaal dat als iemand in deze situatie zit, dat deze persoon een slechte indruk krijgt over dit bedrijf. Dat hebben de bedrijven zelf in de hand. |