Opvallend minder terreurdossiers dit jaar, maar: "We moeten niet in slaap vallen. Radicalisering blijft een probleem"

Dit jaar zijn er bij het federaal parket opvallend minder nieuwe terreurdossiers geopend dan de voorbije jaren. En ook de stroom aan informatie over potentiële verdachten of aanslagen, heeft een fikse duik genomen. Goed nieuws, klinkt het bij de veiligheids- en inlichtingendiensten. Maar tegelijk waarschuwen ze voor al te veel optimisme. "We moeten niet in slaap vallen."

Zeggen dat ons land de voorbije jaren in de ban van terreur was, is een understatement. Er waren de aanslagen in Parijs, er waren de aanslagen in ons land, en de veiligheids- en inlichtingendiensten werden overspoeld met informatie over allerlei dreigingen. Maar sinds begin dit jaar lijkt het tij gekeerd. Waar er in 2016 en 2017 nog respectievelijk 273 en 251 terreurdossiers geopend werden bij het federaal parket, werden er in de eerste drie maanden bij ons "nog maar" 44 geopend.

"We zien een grote daling", getuigt ook federaal procureur Frédéric Van Leeuw in een interview met VRT NWS. "Sinds begin dit jaar hebben we bij het federaal parket maar 44 nieuwe, gerechtelijke dossiers geopend. Dat toont aan dat er een serieuze daling is tegenover een aantal jaren waar we meer dan 300 dossiers openden op één jaar tijd. Die daling laat ons toe om meer in de diepte te werken, meer linken te maken tussen de dossiers, om te werken op de figuren die op de achtergrond verschijnen, waar er niet veel van is, maar waar we wel van zeggen dat ze misschien belangrijk zijn om op verder te werken. En natuurlijk ook alle dossiers die we geopend hebben de afgelopen jaren voor de rechter te brengen."

Er is natuurlijk ook méér dan alleen terrorisme, benadrukt Van Leeuw. "Het is ook heel belangrijk om terug te investeren, de strijd aan te gaan tegen de georganiseerde criminaliteit. Natuurlijk is terrorisme verschrikkelijk en heeft het een grote impact, maar georganiseerde criminaliteit maakt dagelijks slachtoffers."

Niet alleen het aantal dossiers kent een stevige duik, ook de informatiestroom op basis waarvan een dossier geopend kan worden, lijkt stil(ler) te vallen.

Van Leeuw: "We moeten niet in slaap vallen. Radicalisering blijft een probleem"

En toch… "We moeten niet in slaap vallen he”, benadrukt de federaal procureur. “Momenteel hebben we misschien eindelijk de tijd om op andere niveaus te werken. Maar radicalisering blijft een probleem. We moeten blijven werken op deze problematiek om verder oplossingen te vinden."

Ook bij Jaak Raes, topman bij Staatsveiligheid, klinkt eenzelfde geluid: "Het is niet omdat het kalifaat niet opgebouwd is in Syrië en Irak dat het zich niet kan verplaatsen naar andere zwakkere staten. Of dat de radicalisering in de hoofden daarmee ook volledig uitgeroeid is. Het mag pessimistisch klinken, maar ik blijf erbij: radicalisering en jihadisme zijn fenomenen die we nog minstens een paar jaar hoog op de agenda zullen hebben."

Vooral sommige jongeren blijken nog heel vatbaar te zijn voor de boodschappen van IS, zo blijkt. De grote vraag is dan: hoe kunnen we weerwerk bieden aan die propagandamachine van de terreurgroep? "Op het hoogtepunt van IS heeft een Marokkaanse professor eens geteld dat er méér dan 4.000 boodschappen per dag via sociale media verstuurd werden. Die boodschappen spraken niet over godsdienst, die spraken over gerechtigheid, vriendschap, vreugde… Dan stelt zich de vraag: doen wij dat ook, sturen wij deze boodschappen ook aan jongeren?", zegt Van Leeuw.

Voor Van Leeuw zelf blijft het intussen een raadsel dat mensen die hier opgegroeid zijn, in een maatschappij met veel kansen, toch zo in dat radicaliseringsproces gegrepen kunnen worden. "Er blijven natuurlijk enorm veel vragen, en dat zijn vragen die wij ons misschien verder moeten stellen. Misschien kunnen we dan in de toekomst deze bladzijde van het terrorisme omdraaien."

Bron: VRT.be (19/03/2018)
Link: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2018/03/19/opvallend-minder-terreurdossiers-dit-jaar--maar---we-moeten-niet/

Eigen mening:
Ik ben het volledig eens met Van Leeuw over het feit dat we niet te optimistisch mogen zijn. Er heerst nog steeds een gevaar dat volgens mij elk moment kan toeslaan. Het aantal grote aanslagen is inderdaad geminderd. Ik vind wel dat de overheden toch veel middelen inzetten om deze praktijken aan te pakken. Het dreigingsniveau werd van niveau 3 teruggebracht naar niveau 2. We moeten wel beseffen dat de kans nog steeds reëel is en dat we nog steeds voorzichtig moeten zijn. Natuurlijk kunnen deze eenheden niet op alle plaatsen tegelijkertijd ingezet worden. Radicalisering is voornamelijk bij jongeren een groot probleem. Hier kan ik zelf niet zo goed aan uit. Ik zou juist denken dat ze hier meer kansen kunnen krijgen. Sociale media is hierbij een gevaarlijke factor. Dit baart mij zeker zorgen. Mensen proberen elkaar te inspireren met verkeerde doeleinden. Hier moeten maatregelen voor komen, maar dat lijkt me niet de makkelijkste zaak. Ik begrijp zelfs niet hoe je zaken als IS kunt linken aan vreugde en vriendschap.