|
#1
|
||||
|
||||
Pak de rijken aan. Clicks! Likes! Hartjes!
Pak de rijken aan. Clicks! Likes! Hartjes!
Ik zal het nog maar eens over ongelijkheid hebben. Want het debat blijft voor het grootste deel stuitend naast de kwestie. Ik kijk met verbazing en toenemende ergernis naar de obsessie van sommigen voor ‘de rijken’. Ja, je kunt zeggen: die zijn te machtig. “De 10 procent regeert het land”, in de woorden van Paul Goossens. Dat discours komt uit de VS overwaaien, waar het trouwens terecht is. Zoals Donald Trump zich liet ontvallen toen zijn egomanie zich nog beperkte tot vastgoed en missverkiezingen: “Ik geef politici van alle strekkingen geld zodat ik sowieso krijg wat ik wil, wie er ook wint.” Die collusie tussen kapitaal en politiek krijgt te weinig tegenwicht in de VS. Er zijn nauwelijks vakbonden, er zijn geen ziekenfondsen, er zijn geen sterke middenveldorganisaties. De middenklasse is geatomiseerd, zoals Robert Putnam zo treffend beschreef in Bowling Alone. De perfide macht van het grote geld is er onmiskenbaar. Lees Jacob Hacker en Paul Pierson. Dat is hier anders. Het is een beetje gemakzuchtig om dat discours over te nemen. We leven uiteraard ook in een soort lobbycratie, maar je kan moeilijk beweren dat die lobby’s puur de top 1 of zelfs 10 procent vertegenwoordigen. Wij hebben wel een sterk georganiseerd middenveld, met aanzienlijke mobilisatiekracht bovendien. De middenklasse is electoraal oppermachtig. Ja, patronale belangen wegen soms zwaar door, ook bij ons. Waarom zouden we anders een loonnormwet hebben? Of kijk naar het Ineos-dossier. Een telefoontje van miljardair Jim Ratcliffe blijkt te volstaan om meteen een paar van onze regeringsleiders en would-be regeringsleiders aan tafel te krijgen. We subsidiëren dure wagens tegen de klippen op en laten gewone mensen langs de kant van de weg staan. Allemaal waar. Maar het blijft absurd te beweren dat de top 10 procent zich alles toe-eigent en alles dicteert. Zowat elke internationale vergelijking laat zien dat we een van de meest gelijke rijke landen ter wereld zijn – of het nu gaat om lonen, inkomens of vermogens. Er is bovendien geen enkele geloofwaardige evidentie dat de concentratie van inkomen en vermogen significant is toegenomen, wel integendeel. Dat wil niet zeggen dat we hier in een egalitaire idylle leven, een paradijs van sociale gelijkheid en rechtvaardigheid. Daarmee komen we tot de crux van de kwestie. De obsessie voor hoeveel er nu precies bij de top 10 of 1 procent zit, maakt sommigen blijkbaar blind voor wat evident veel meer problematische aspecten van ongelijkheid zijn. Armoede om te beginnen. Die blijft gelukkig vrij stabiel, maar het is niet omdat ze niet toeneemt dat het geen diep problematisch en onrechtvaardig fenomeen is. Maar, opnieuw, dat is niet omdat we in een soort kleptocratie leven waar alle geld naar de rijken gaat. Sociale uitkeringen en veel fiscale voordelen gaan overwegend naar de middenklasse. Naar mensen zoals u en ik, stel ik me voor. Dat is misschien een meer inconvenient truth dan de illusie dat we het allemaal bij ‘de rijken’ kunnen halen. Overigens, we zijn nu al een van de weinige landen met een soort van vermogensbelasting, de effectentaks. Dat zou beter een echte meerwaardebelasting zijn, maar dat terzijde. Evengoed is er een stuitende kansenongelijkheid in dat schijnbaar zeer gelijke land van ons. Vorige week verscheen daarover nog een rapport van de Europese Commissie. Daar las of hoorde u allicht weinig over, want het is taai leesvoer. Dan zijn die op de maat van de media gesneden Oxfam-rapporten veel dankbaarder rapportagemateriaal, hoewel ze behoorlijk misleidend zijn. Dat rapport van de Europese Commissie bevestigde nog eens wat we relatief goed doen. Zowat nergens zijn lonen zo gelijk verdeeld. En wie meer verdient, doet dat blijkbaar meer door eigen verdienste dan vanwege zijn sociale achtergrond of andere zaken die er niet horen toe te doen, zoals het feit of je man of vrouw bent. Mooi zo, maar niet alle cijfers over kansengelijkheid zijn even geruststellend. Neem de Pisa-resultaten. Die laten zien dat kinderen van lageropgeleide mensen of mensen met een migratieachtergrond het veel slechter doen. Dat zou niet mogen. Of kijk naar gezondheid. Hoogopgeleiden leven een stuk langer en hebben meer kwaliteitsvolle jaren. Of kijk naar de arbeidsmarkt. Zoek eens een rijk land waar lagergeschoolden of migranten het moeilijker hebben dan hier. Vind hier nog maar eens werk na een bepaalde leeftijd. Zo kan ik nog even doorgaan. Er zijn veel ongelijkheden waar we ons zorgen over mogen maken en waarop we politieke antwoorden nodig hebben. De top 1 procent meer belasten is allicht deel van het antwoord, maar het is misschien ook maar 1 procent van het antwoord. De echte antwoorden zijn onherroepelijk complex, als ze al voorhanden zijn. Geen goed clickbait of Tiktok-materiaal dus. Daarvoor schiet je beter nog eens op de rijken. Clicks! Likes! Hartjes! Ive Marx is hoogleraar (UAntwerpen) DS, 23-01-2024 |