Onderzoek Arteveldehogeschool legt verband tussen Facebook-gebruik en onderwijs
Voor bijna de helft van de Vlaamse jongeren is Facebook de belangrijkste nieuwsbron. Dat blijkt uit een grootschalig onderzoek van de opleiding journalistiek aan de Gentse Arteveldehogeschool. Maar op het sociaal netwerk fake nieuws van echte nieuwsfeiten onderscheiden is een gigantisch probleem. "Onderwijs kan het verschil maken."
Dat jongeren op zoek naar nieuws eerder bij Facebook dan bij de traditionele media terechtkomen, is geen geheim. Maar hoe groot is de rol die het platform in hun nieuwsvoorziening speelt? Hoe gaan ze om met de nieuwsberichten die op hun smartphone passeren? En is er wat dat betreft een verschil tussen hoog -en laagopgeleide jongeren?
In een poging een antwoord op die vragen te formuleren lanceerden ze bij de Gentse Arteveldehogeschool in november vorig jaar een online enquête. In de vijf maanden die volgden leverde dat 641 volledig ingevulde enquêtes op. De respondenten zijn allemaal tussen 15 en 24 jaar, netjes gespreid over universiteit (147), hogeschool (112), aso (108), tso (123) en bso (151).
Fake onderscheiden
De grote meerderheid (76,9 procent) gebruikt Facebook om nieuwsberichten te raadplegen. Bijna de helft (44,4 procent) beschouwt Facebook zelfs als hun belangrijkste bron van nieuws.
Maar met de berichten die ze er vinden gaan ze behoorlijk passief om. Ze delen nieuwsberichten nooit (71 procent) en plaatsen er al even zelden een reactie onder, 67,2 procent van de ondervraagden geeft aan dat nooit te doen.
Verschillen qua opleidingsniveau zijn er nauwelijks. Dat wordt anders als gepeild wordt naar het vertrouwen in en de kennis over het platform van Zuckerberg en co. Zo blijken hoger opgeleiden zich er vaker dan laag opgeleiden van bewust dat via Facebook fake news wordt verspreid. Ook op de stellingen die peilen naar de kennis over Facebook scoren de hoger opgeleiden merkelijk beter.
Dat betekent niet dat die hoger opgeleiden er beter in zijn nepnieuwsverhalen van echte te onderscheiden. Als het daarop aankomt, hebben alle studenten het moeilijk.
Het verhaal over de asielzoeker die in UZ Leuven Gasthuisberg verplegend personeel aanviel, mag vorig jaar door de mainstreammedia al snel als fake ontmaskerd zijn, toch schatte 59,8 procent van de studenten het tijdens de enquête als correct in.
Dat doet onderzoekster Annelore Deprez vermoeden dat ook het recente Cambridge Analytica-schandaal de visie van de jongeren op Facebook niet wezenlijk veranderd heeft. "Dat schandaal leeft heel hard in de traditionele media, maar op Facebook, of andere sociale media, is daar veel minder van te merken. Een aanzienlijk deel van die jongeren is ook gewoon niet geïnteresseerd in dat soort berichten."
Mediawijsheid
Het onderscheid tussen hoog- en laagopgeleiden is niet zo absoluut als de cijfers doen vermoeden. Om voldoende respondenten uit het beroepsonderwijs te ronselen deden Deprez en haar collega's een ronde langs vijftien bso-scholen.
"Daar hebben we gemerkt hoe belangrijk de rol van het onderwijs is. Klassen waar een leraar aan de slag is die aandacht heeft voor mediawijsheid staan een stuk kritischer tegenover Facebook dan klassen waar het onderwerp niet behandeld wordt. Het is dus zeker niet zo dat leerlingen uit het bso sowieso vatbaarder zijn voor fake news. Alleen hangt alles af van de duiding die ze er tijdens de lessen bij krijgen."
Net daarom wordt bij de Arteveldehogeschool gewerkt aan de vertaling van de onderzoeksresultaten naar concrete ondersteuning voor leerkrachten en leerlingen. In de opleiding voor leraars secundair onderwijs wordt een workshop over het thema geïntegreerd en komt er een online tool over nepnieuws en sociale media.
Niet alleen in de lerarenopleiding is mediawijsheid een hot topic. Ook op het kabinet Onderwijs, waar momenteel nagedacht wordt over een update van de eindtermen, staat het op de agenda. "In een samenleving doordrongen van ICT leven jongeren nu al online", laat Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits weten.
Een apart vak wordt mediawijsheid voorlopig niet. "Maar in de nieuwe eindtermen staan 'kritisch denken' en 'digitale vaardigheden' mee ingeschreven als sleutelcompetenties." Experts en leerkrachten bekijken hoe dat concreet naar het lessenpakket vertaald wordt.
Bron: De Morgen.be (15/04/2018)
Link:
https://www.demorgen.be/binnenland/fake-news-of-niet-het-zal-veel-jongeren-worst-wezen-b179c5e7/
Eigen mening:
Jongeren zitten zeer vaak op Facebook, waardoor ze veel links zien passeren van pagina's die ze leuk hebben gevonden. Hier kunnen heel wat pagina's bij zitten die links delen die niet waarheidsgebonden zijn. Jongeren lezen deze titels als ze hun tijdlijn door scrollen. Hierdoor gaan ze minder naar sites van kranten of kijken ze minder naar het nieuws op tv. Dit vind ik persoonlijk een jammere zaak. Ik vind het van belang om enkele keren per week naar een nieuwsuitzending te kijken om te weten wat er écht gebeurt in de wereld. Ik ben er zeer zeker van dat dit beïnvloed kan worden door het onderwijs. Leerkrachten moeten hierbij stilstaan en duidelijk maken dat leerlingen niet alles wat ze lezen meteen mogen geloven. Ik vind het goed dat het op de agenda staat bij het kabinet van Onderwijs, omdat het steeds een belangrijke zaak wordt, want zo goed als alle jongeren hebben een Facebook-account.