Barst
19th September 2006, 01:17
De kiezer heeft altijd gelijk
Walter Zinzen, De wereld is een schouwtoneel. Maar wie doet de regie?, 170 blz.
Hoeveel kiezers zien wel de splinter in het oog van politici, maar niet de balk in hun eigen oog?
EEN democratie is maar waard wat haar burgers waard zijn. Als onze vertegenwoordigers in de politiek de democratische spelregels onvoldoende respecteren, omdat ze op macht uit zijn of de eigen carrière hoger inschatten dan het algemeen belang, dan is dat mede de schuld van ons, kiezers. Het is al te makkelijk om het falen van onze democratie uitsluitend in de schoenen van 'de politiek' te schuiven en de eigen verantwoordelijkheid uit de weg te gaan.
Als Guy Verhofstadt een farce maakt van de Europese verkiezingen, waarom verovert hij dan toch nog de derde plaats in de top-vijftig, met 388.011 voorkeurstemmen? En waarom belandt de beminnelijke CD&V'er Ivo Belet op de elfde plaats, net achter Karel De Gucht, met 142.554 stemmen?
Wat bezielt in 's hemelsnaam meer dan 140.000 volwassenen om een kundige tv-journalist maar politiek onbeschreven blad een mandaat toe te vertrouwen in een parlement? (Hetzelfde geldt natuurlijk ook voor zoveel andere coryfeeën en BV's.) Als kiezers zo dwaas zijn om de manoeuvres van de sanhedrins niet alleen niet te bestraffen, maar ze ook nog te belonen, waarom zouden de verantwoordelijken er dan mee ophouden?
Het verschijnsel wordt wel eens 'populisme' genoemd, omdat politici (en media) goedkoop succes nastreven door het volk naar de mond te praten. Populisme (afgeleid van het Latijnse populus , volk) betekent volgens Van Dale: populaire, oppervlakkige, (enigszins) demagogische betoogtrant. (Demagogie, afgeleid van het Griekse dèmos , dat eveneens volk betekent, is volgens dezelfde Van Dale synoniem van 'volksmisleiding'.)
De Petit Larousse definieert het fenomeen nog breder als een 'politieke houding die zich beroept op het volk, zijn diepe verzuchtingen, en op zijn verdediging tegen alle onrechtmatigheden die het worden aangedaan'.
De mensen
De woordenboekmakers hebben kennelijk hun oor nog niet te luisteren gelegd bij de Vlaamse populisten die het begrip 'volk' vervangen hebben door 'de mensen'.
,,Deze moderne 'ideologie van de mensen' duldt geen tegenspraak, geen dissidenties'', noteert Patrick Develtere in Gids op Maatschappelijk Gebied . ,,De boodschap is: 'de mensen' hebben altijd gelijk en zijn daarenboven unaniem.'' Er zijn dus geen grote mensen meer en geen kleine, geen linkse en geen rechtse, geen rijke en geen arme, en al helemaal geen slimme en geen domme.
Die zogezegd unanieme opvattingen, zo voegt Develtere er nog aan toe, krijgen een bijna verplichtend karakter. Verderfelijke lieden als deskundigen, intellectuelen en zelfs het georganiseerde middenveld, die de consensus verbreken, zijn elitair en hebben geen voeling met wat er leeft bij 'de mensen'.
Een sterk staaltje van dit 'consensuele' denken levert Brussel-Halle-Vilvoorde op. Een debat over pro en contra van de splitsing is nooit gevoerd. Als een dogma werd verkondigd dat die splitsing er moest komen en wel 'onverwijld'. Wie een kritische bedenking durfde te plaatsen, zoals Kris Deschouwer deed toen hij in De Standaard pleitte voor 'een kieskring voor alle Belgen', werd met pek en veren de stad uitgejaagd.
Toen Steve Stevaert het probleem nr. 177 noemde (omdat het 'de mensen' geen lap interesseerde), was hoon zijn deel. Toen de splitsing er uiteindelijk niet kwam, stond de 'geloofwaardigheid van de politiek' op het spel. De Vlamingen hadden immers een nederlaag geleden, maar hoeveel Vlamingen wisten waaruit die 'nederlaag' bestond?
Wat daarentegen in 2003 in Antwerpen werd vertoond, begrepen 'de mensen' maar al te goed. Niet toevallig is de kampioen van het populisme, het Blok/Belang, ooit in de Scheldestad zijn opmars begonnen als de partij die 'zegt wat u denkt'. Begin 2003 rook de lokale Leider, de heer Filip Dewinter, zijn kans toen hij het Visaschandaal uitlokte. Het hele Antwerpse schepencollege trad af. Voor een aantal verdienstelijke politici (Leona Detiège en Kathy Lindekens, bijvoorbeeld) was het definitief afgelopen met de carrière.
Zij hadden zich op kosten van de stad een flesje parfum dan wel een kledingstuk aangeschaft of andere 'onoorbare' daden gesteld. Luc Lamine werd als gevolg van soortgelijke beschuldigingen als hoofd van de politie geschorst en heeft zijn functie nooit teruggekregen.
Uiteraard kunnen corruptie en fraude niet geduld worden, niet bij politici en niet bij ambtenaren. Feit is echter dat het gerecht alle betrokken politici na een langdurig onderzoek ongemoeid heeft gelaten. Ook van Luc Lamine werd twee jaar later vastgesteld dat hij geen strafbare feiten had gepleegd.
Voor een aantal andere ambtenaren is de zaak heel wat minder gunstig verlopen. De manier waarop de stad Antwerpen jarenlang is bestuurd, verdiende zeker geen prijs voor integriteit en onkreukbaarheid. Maar dat de schuldigen bestraft worden, bewijst dat de democratie levenskrachtig genoeg is om zichzelf te zuiveren. Dat mensen die door het gerecht van alle blaam gezuiverd zijn, toch een feitelijk levenslang beroepsverbod hebben gekregen, is onaanvaardbaar. Zij hebben de prijs betaald voor de angst dat de kiezer in juni van het Visajaar bij de federale verkiezingen de rekening zou presenteren, lees naar het Blok zou overlopen.
Maar mag het ook een keertje worden omgedraaid? Hoeveel kiezers zien wel de splinter in het oog van politici, maar niet de balk in hun eigen oog? Wie van al degenen die toen 'j'accuse' riepen, heeft nooit een wat naar boven afgeronde onkostenrekening ingediend?
Wie doet nooit eens een privételefoontje in de tijd en op kosten van de baas? Doen alleen ambtenaren dat of zou, heel misschien, ook weleens een misbruikje in ondernemingen te noteren vallen? En wat met de managers die zich miljoenen laten betalen waarop ze geen recht hebben, maar die zich nooit, zoals de politici, voor de publieke opinie moeten verantwoorden?
Waarom hebben politici niet de moed om de kiezer die spiegel voor te houden? Patrick Janssens doet het, ja, in besloten lezingen voor een beperkt publiek. Er wordt dan weleens geschrokken gereageerd, zo vertelde hij in een interview. Ondertussen ligt het terrein breed open voor demagogische inquisiteurs zoals de heer Filip Dewinter.
Dieptepunt
Maar het Visaverhaal staat niet op zichzelf. Een jaar eerder was de flinterdunne grens tussen populisme en demagogie al eens ontoelaatbaar overschreden, en ook toen vormde Antwerpen de aanleiding.
In november 2002 werd daar Mohamed Achrak vermoord, een 27-jarige Belg van Marokkaanse afkomst. Dezelfde avond nog braken er rellen uit met Marokkaanse jongeren. Een opgemerkte aanwezige was Dyab Abou Jahjah, stichter en toentertijd voorzitter van de AEL, de Arabisch-Europese Liga. Die organisatie had kort tevoren patrouilles op straat gestuurd om te kijken of de Antwerpse politie zich niet racistisch gedroeg.
Wat zich twee dagen later in de Kamer van Volksvertegenwoordigers afspeelde tijdens het vragenuurtje, moet ongetwijfeld als een treurig dieptepunt in de naoorlogse geschiedenis van onze hoogste democratische instelling worden aangemerkt. Premier Verhofstadt beschuldigde de AEL ervan greep te willen krijgen op een aantal Antwerpse wijken en er de politie uit te verjagen om 'haar criminele activiteiten' te kunnen voortzetten. Tegelijk liet de eerste minister verstaan dat Dyab Abou Jahjah over korte tijd gearresteerd zou worden, wat ook prompt geschiedde.
De minister van Binnenlandse Zaken, Antoine Duquesne, deed er nog een schep bovenop: hij zou desnoods de wet veranderen om de AEL te kunnen verbieden. De Antwerpse CD&V-schepen Van Peel viel hem daarin bij. Men moet zich toch goed de draagwijdte van deze verklaringen voorstellen: een eerste minister in functie beschuldigt een organisatie en haar voorzitter van criminele activiteiten, maar omdat ze geen enkele wet heeft overtreden, moet er snel een andere komen om alsnog bestraffing mogelijk te maken. De vraag rijst wie hier eigenlijk van crimineel gedrag kan worden beschuldigd, vooral als we kijken naar wat later is gebeurd.
Dyab Abou Jahjah werd vrijgelaten. Hem kon niets ten laste worden gelegd. Jarenlang intensief speurwerk heeft geen enkele 'criminele activiteit' aan het licht gebracht, noch van Dyab Abou Jahjah persoonlijk, noch van de AEL.
De woede van de politici was vooral opgewekt door de straatpatrouilles van de AEL. De leden ervan waren weliswaar ongewapend, maar ze droegen een zwart T-shirt. Reden genoeg om ze als een privémilitie te beschouwen. Het Antwerpse gerecht heeft er vier jaar over gedaan, maar besliste op 1 juni 2006 uiteindelijk toch dat de AEL géén privémilitie is. De patrouilles waren toen allang geruisloos verdwenen op initiatief van de AEL zelf.
Excuses
Maar de hamvraag was (en is?) natuurlijk of de Antwerpse politie al dan niet racistisch is. Het antwoord kwam in de zomer van 2003. Toen werden vijf Antwerpse politiemannen opgepakt, omdat ze allochtonen zonder aanleiding zouden hebben mishandeld. Eén van hen was Bart De Bie, politiecommissaris van zone West. Eind mei 2006 werd hij naar de correctionele rechtbank verwezen. (De vier anderen gingen vrijuit.) Een greep uit de aanklachten: foltering van verdachten, inbreuken op de racismewet, afpersing, vervalsing van processen-verbaal en verduistering van bewijsmateriaal.
Toch is De Bie nu parlementair medewerker van het Blok/Belang, als adviseur politie en veiligheid. Niet verwonderlijk: het gerecht verdenkt hem er ook van dat hij de heer Filip Dewinter van vertrouwelijke informatie voorzag toen hij nog bij de politie werkte. De heer Dewinter, dat is toch die nette democraat, die samen met zijn partij vindt dat criminaliteit hard moet worden aangepakt?
Hoe dan ook: de AEL had kennelijk wel degelijk redenen om de Antwerpse politie niet helemaal te vertrouwen. Mij is niets bekend van excuses die de AEL zouden zijn aangeboden.
Ook van een nieuwe wet om de AEL te verbieden, is nooit iets vernomen. Wel is de AEL uit de media verdwenen en naar het zich laat aanzien ook uit de Antwerpse wijken. Ze heeft deelgenomen aan de federale en de regionale verkiezingen van 2003 en 2004. De eerste keer in kartel met de goddeloze kleinlinkse PVDA. Niet te verwonderen dat de zegen van Allah hierop niet rustte en er dus geen zetels werden behaald.
Hoe sterk is een democratie, waarvan de leiders paniekerig reageren, niet vanwege de moord op een onschuldige en vreedzame jongeman, maar vanwege de woede die ze veroorzaakte bij andere jonge mensen? Waarom moest Dyab Abou Jahjah per se als een misdadiger worden voorgesteld, terwijl men overduidelijk alleen maar zijn ideeën vreesde en hun vermeende invloed op onze islamitische medeburgers? Dyab Abou Jahjah is uiteindelijk (voorlopig?) verslagen, niet door repressie, maar in de stembus. En zo hoort het ook - in een democratie.
Walter Zinzen (De auteur is voormalig VRT-journalist.)
DS, 16-09-2006
Walter Zinzen, De wereld is een schouwtoneel. Maar wie doet de regie?, 170 blz.
Hoeveel kiezers zien wel de splinter in het oog van politici, maar niet de balk in hun eigen oog?
EEN democratie is maar waard wat haar burgers waard zijn. Als onze vertegenwoordigers in de politiek de democratische spelregels onvoldoende respecteren, omdat ze op macht uit zijn of de eigen carrière hoger inschatten dan het algemeen belang, dan is dat mede de schuld van ons, kiezers. Het is al te makkelijk om het falen van onze democratie uitsluitend in de schoenen van 'de politiek' te schuiven en de eigen verantwoordelijkheid uit de weg te gaan.
Als Guy Verhofstadt een farce maakt van de Europese verkiezingen, waarom verovert hij dan toch nog de derde plaats in de top-vijftig, met 388.011 voorkeurstemmen? En waarom belandt de beminnelijke CD&V'er Ivo Belet op de elfde plaats, net achter Karel De Gucht, met 142.554 stemmen?
Wat bezielt in 's hemelsnaam meer dan 140.000 volwassenen om een kundige tv-journalist maar politiek onbeschreven blad een mandaat toe te vertrouwen in een parlement? (Hetzelfde geldt natuurlijk ook voor zoveel andere coryfeeën en BV's.) Als kiezers zo dwaas zijn om de manoeuvres van de sanhedrins niet alleen niet te bestraffen, maar ze ook nog te belonen, waarom zouden de verantwoordelijken er dan mee ophouden?
Het verschijnsel wordt wel eens 'populisme' genoemd, omdat politici (en media) goedkoop succes nastreven door het volk naar de mond te praten. Populisme (afgeleid van het Latijnse populus , volk) betekent volgens Van Dale: populaire, oppervlakkige, (enigszins) demagogische betoogtrant. (Demagogie, afgeleid van het Griekse dèmos , dat eveneens volk betekent, is volgens dezelfde Van Dale synoniem van 'volksmisleiding'.)
De Petit Larousse definieert het fenomeen nog breder als een 'politieke houding die zich beroept op het volk, zijn diepe verzuchtingen, en op zijn verdediging tegen alle onrechtmatigheden die het worden aangedaan'.
De mensen
De woordenboekmakers hebben kennelijk hun oor nog niet te luisteren gelegd bij de Vlaamse populisten die het begrip 'volk' vervangen hebben door 'de mensen'.
,,Deze moderne 'ideologie van de mensen' duldt geen tegenspraak, geen dissidenties'', noteert Patrick Develtere in Gids op Maatschappelijk Gebied . ,,De boodschap is: 'de mensen' hebben altijd gelijk en zijn daarenboven unaniem.'' Er zijn dus geen grote mensen meer en geen kleine, geen linkse en geen rechtse, geen rijke en geen arme, en al helemaal geen slimme en geen domme.
Die zogezegd unanieme opvattingen, zo voegt Develtere er nog aan toe, krijgen een bijna verplichtend karakter. Verderfelijke lieden als deskundigen, intellectuelen en zelfs het georganiseerde middenveld, die de consensus verbreken, zijn elitair en hebben geen voeling met wat er leeft bij 'de mensen'.
Een sterk staaltje van dit 'consensuele' denken levert Brussel-Halle-Vilvoorde op. Een debat over pro en contra van de splitsing is nooit gevoerd. Als een dogma werd verkondigd dat die splitsing er moest komen en wel 'onverwijld'. Wie een kritische bedenking durfde te plaatsen, zoals Kris Deschouwer deed toen hij in De Standaard pleitte voor 'een kieskring voor alle Belgen', werd met pek en veren de stad uitgejaagd.
Toen Steve Stevaert het probleem nr. 177 noemde (omdat het 'de mensen' geen lap interesseerde), was hoon zijn deel. Toen de splitsing er uiteindelijk niet kwam, stond de 'geloofwaardigheid van de politiek' op het spel. De Vlamingen hadden immers een nederlaag geleden, maar hoeveel Vlamingen wisten waaruit die 'nederlaag' bestond?
Wat daarentegen in 2003 in Antwerpen werd vertoond, begrepen 'de mensen' maar al te goed. Niet toevallig is de kampioen van het populisme, het Blok/Belang, ooit in de Scheldestad zijn opmars begonnen als de partij die 'zegt wat u denkt'. Begin 2003 rook de lokale Leider, de heer Filip Dewinter, zijn kans toen hij het Visaschandaal uitlokte. Het hele Antwerpse schepencollege trad af. Voor een aantal verdienstelijke politici (Leona Detiège en Kathy Lindekens, bijvoorbeeld) was het definitief afgelopen met de carrière.
Zij hadden zich op kosten van de stad een flesje parfum dan wel een kledingstuk aangeschaft of andere 'onoorbare' daden gesteld. Luc Lamine werd als gevolg van soortgelijke beschuldigingen als hoofd van de politie geschorst en heeft zijn functie nooit teruggekregen.
Uiteraard kunnen corruptie en fraude niet geduld worden, niet bij politici en niet bij ambtenaren. Feit is echter dat het gerecht alle betrokken politici na een langdurig onderzoek ongemoeid heeft gelaten. Ook van Luc Lamine werd twee jaar later vastgesteld dat hij geen strafbare feiten had gepleegd.
Voor een aantal andere ambtenaren is de zaak heel wat minder gunstig verlopen. De manier waarop de stad Antwerpen jarenlang is bestuurd, verdiende zeker geen prijs voor integriteit en onkreukbaarheid. Maar dat de schuldigen bestraft worden, bewijst dat de democratie levenskrachtig genoeg is om zichzelf te zuiveren. Dat mensen die door het gerecht van alle blaam gezuiverd zijn, toch een feitelijk levenslang beroepsverbod hebben gekregen, is onaanvaardbaar. Zij hebben de prijs betaald voor de angst dat de kiezer in juni van het Visajaar bij de federale verkiezingen de rekening zou presenteren, lees naar het Blok zou overlopen.
Maar mag het ook een keertje worden omgedraaid? Hoeveel kiezers zien wel de splinter in het oog van politici, maar niet de balk in hun eigen oog? Wie van al degenen die toen 'j'accuse' riepen, heeft nooit een wat naar boven afgeronde onkostenrekening ingediend?
Wie doet nooit eens een privételefoontje in de tijd en op kosten van de baas? Doen alleen ambtenaren dat of zou, heel misschien, ook weleens een misbruikje in ondernemingen te noteren vallen? En wat met de managers die zich miljoenen laten betalen waarop ze geen recht hebben, maar die zich nooit, zoals de politici, voor de publieke opinie moeten verantwoorden?
Waarom hebben politici niet de moed om de kiezer die spiegel voor te houden? Patrick Janssens doet het, ja, in besloten lezingen voor een beperkt publiek. Er wordt dan weleens geschrokken gereageerd, zo vertelde hij in een interview. Ondertussen ligt het terrein breed open voor demagogische inquisiteurs zoals de heer Filip Dewinter.
Dieptepunt
Maar het Visaverhaal staat niet op zichzelf. Een jaar eerder was de flinterdunne grens tussen populisme en demagogie al eens ontoelaatbaar overschreden, en ook toen vormde Antwerpen de aanleiding.
In november 2002 werd daar Mohamed Achrak vermoord, een 27-jarige Belg van Marokkaanse afkomst. Dezelfde avond nog braken er rellen uit met Marokkaanse jongeren. Een opgemerkte aanwezige was Dyab Abou Jahjah, stichter en toentertijd voorzitter van de AEL, de Arabisch-Europese Liga. Die organisatie had kort tevoren patrouilles op straat gestuurd om te kijken of de Antwerpse politie zich niet racistisch gedroeg.
Wat zich twee dagen later in de Kamer van Volksvertegenwoordigers afspeelde tijdens het vragenuurtje, moet ongetwijfeld als een treurig dieptepunt in de naoorlogse geschiedenis van onze hoogste democratische instelling worden aangemerkt. Premier Verhofstadt beschuldigde de AEL ervan greep te willen krijgen op een aantal Antwerpse wijken en er de politie uit te verjagen om 'haar criminele activiteiten' te kunnen voortzetten. Tegelijk liet de eerste minister verstaan dat Dyab Abou Jahjah over korte tijd gearresteerd zou worden, wat ook prompt geschiedde.
De minister van Binnenlandse Zaken, Antoine Duquesne, deed er nog een schep bovenop: hij zou desnoods de wet veranderen om de AEL te kunnen verbieden. De Antwerpse CD&V-schepen Van Peel viel hem daarin bij. Men moet zich toch goed de draagwijdte van deze verklaringen voorstellen: een eerste minister in functie beschuldigt een organisatie en haar voorzitter van criminele activiteiten, maar omdat ze geen enkele wet heeft overtreden, moet er snel een andere komen om alsnog bestraffing mogelijk te maken. De vraag rijst wie hier eigenlijk van crimineel gedrag kan worden beschuldigd, vooral als we kijken naar wat later is gebeurd.
Dyab Abou Jahjah werd vrijgelaten. Hem kon niets ten laste worden gelegd. Jarenlang intensief speurwerk heeft geen enkele 'criminele activiteit' aan het licht gebracht, noch van Dyab Abou Jahjah persoonlijk, noch van de AEL.
De woede van de politici was vooral opgewekt door de straatpatrouilles van de AEL. De leden ervan waren weliswaar ongewapend, maar ze droegen een zwart T-shirt. Reden genoeg om ze als een privémilitie te beschouwen. Het Antwerpse gerecht heeft er vier jaar over gedaan, maar besliste op 1 juni 2006 uiteindelijk toch dat de AEL géén privémilitie is. De patrouilles waren toen allang geruisloos verdwenen op initiatief van de AEL zelf.
Excuses
Maar de hamvraag was (en is?) natuurlijk of de Antwerpse politie al dan niet racistisch is. Het antwoord kwam in de zomer van 2003. Toen werden vijf Antwerpse politiemannen opgepakt, omdat ze allochtonen zonder aanleiding zouden hebben mishandeld. Eén van hen was Bart De Bie, politiecommissaris van zone West. Eind mei 2006 werd hij naar de correctionele rechtbank verwezen. (De vier anderen gingen vrijuit.) Een greep uit de aanklachten: foltering van verdachten, inbreuken op de racismewet, afpersing, vervalsing van processen-verbaal en verduistering van bewijsmateriaal.
Toch is De Bie nu parlementair medewerker van het Blok/Belang, als adviseur politie en veiligheid. Niet verwonderlijk: het gerecht verdenkt hem er ook van dat hij de heer Filip Dewinter van vertrouwelijke informatie voorzag toen hij nog bij de politie werkte. De heer Dewinter, dat is toch die nette democraat, die samen met zijn partij vindt dat criminaliteit hard moet worden aangepakt?
Hoe dan ook: de AEL had kennelijk wel degelijk redenen om de Antwerpse politie niet helemaal te vertrouwen. Mij is niets bekend van excuses die de AEL zouden zijn aangeboden.
Ook van een nieuwe wet om de AEL te verbieden, is nooit iets vernomen. Wel is de AEL uit de media verdwenen en naar het zich laat aanzien ook uit de Antwerpse wijken. Ze heeft deelgenomen aan de federale en de regionale verkiezingen van 2003 en 2004. De eerste keer in kartel met de goddeloze kleinlinkse PVDA. Niet te verwonderen dat de zegen van Allah hierop niet rustte en er dus geen zetels werden behaald.
Hoe sterk is een democratie, waarvan de leiders paniekerig reageren, niet vanwege de moord op een onschuldige en vreedzame jongeman, maar vanwege de woede die ze veroorzaakte bij andere jonge mensen? Waarom moest Dyab Abou Jahjah per se als een misdadiger worden voorgesteld, terwijl men overduidelijk alleen maar zijn ideeën vreesde en hun vermeende invloed op onze islamitische medeburgers? Dyab Abou Jahjah is uiteindelijk (voorlopig?) verslagen, niet door repressie, maar in de stembus. En zo hoort het ook - in een democratie.
Walter Zinzen (De auteur is voormalig VRT-journalist.)
DS, 16-09-2006