|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
|||
|
|||
‘Kamerleden moeten ook hun privé-inkomsten aangeven’
Een jaar geleden installeerde de Kamer een Federale Deontologische Commissie. De instelling onder het voorzitterschap van Danny Pieters (N-VA) doet onderzoek naar de deontologische principes van mandatarissen.
De commissie stelde vast dat **er voor de Kamervoorzitter geen specifieke regels rond onverenigbaarheden bestaan. De wet, noch het reglement, noch de deontologische code voor Kamerleden maakt een onderscheid tussen **de voorzitter en een gewoon parlementslid. Hoewel het advies expliciet niet over de ‘zaak Bracke’ gaat, wordt meteen duidelijk *dat hem niets kan worden aangewreven. Het advies van die commissie zet Kamervoorzitter Siegfried Bracke (N-VA) uit de wind. De commissie doet wel aanbevelingen. Het valt nu af te wachten of de werkgroep Politieke Vernieuwing in de Kamer de raad ook zal honoreren. Lat hoger leggen Wel geeft de commissie toe dat er argumenten zijn om de deontologische lat voor een voorzitter hoger te leggen. Voor een parlementslid met ‘nevenactiviteiten’ volstaat het om bij een tussenkomst het risico op een persoonlijk belangenconflict aan te stippen. De Kamervoorzitter laat zich in dit geval maar beter vervangen. Zijn institutionele positie laat immers toe het debat ten gronde te sturen. De commissie adviseert om de financiële cumul te beperken tot de helft van het inkomen uit een parlementair mandaat, de inkomsten uit de privé inbegrepen. Ook mag het parlement ‘indien het dat nodig acht’ de ruimte voor een voorzitter om bij te klussen te beperken. Zo’n voorzitter heeft een bijzonder takenpakket, daarvoor krijgt hij ook een bijzondere vergoeding. Voor de deontologische commissie is het in de eerste plaats aan de Kamer om te bepalen hoe ze nevenactiviteiten, de daarbij horende vergoedingen en transparantie al dan niet aan banden legt. Meteen doet ze een aantal suggesties voor alle Kamerleden. Voorafgaand verlof Zogeheten nevenactiviteiten – de commissie doelt daarbij op alle bij-jobs, al dan niet betaald, maar lokale mandaten uitgezonderd – kunnen leiden tot belangenvermenging. Ze beïnvloeden ook de tijdsbesteding van het parlementslid en leiden mogelijk tot een machtsconcentratie. Dus is voorzichtigheid geboden. De commissie raadt aan nevenactiviteiten die ‘meer dan occasioneel leiden’ tot een belangenconflict, niet op te nemen. Als een Kamerlid toch wil cumuleren, dan vraagt de commissie volledige transparantie. Alle activiteiten moeten worden aangegeven, inclusief de verdiensten. Indien nodig moeten ook de activiteiten van de partner en/of kinderen worden gemeld als ze aanleiding kunnen geven tot belangenvermenging. De aangifteplicht geldt ook voor jobs in de privé*sector. Algemeen pleit de commissie voor een systeem van ‘voorafgaand verlof’, wat inhoudt dat de Kamer daarvoor dus de toestemming moet geven. Transparantie betekent dat de bevolking toegang heeft tot de informatie. Eventueel kunnen gegevens anoniem worden gemaakt. De commissie spreekt zich bewust niet uit over de cumul met een plaatselijk politiek mandaat. Danny Pieters: ‘Over deze politieke discussie moet de Kamer zich uitspreken. De commissie schetst slechts een kader.’ Wel adviseert ze om de financiële cumul te beperken tot de helft van het inkomen uit een parlementair mandaat, de inkomsten uit de privé inbegrepen. Volgens Pieters wordt dat een moeilijke discussie. ‘Een Kamerlid kan neveninkomsten hebben uit arbeid, maar ook uit vermogen. Dat valt niet makkelijk te traceren.’ Eigen mening: Ik ben van mening dat parlementsleden wel mogen bijklussen, maar dit mag niet ten koste zijn van hun job als parlementslid. Ze moeten ons land besturen, dus denk ik wel dat dit prioritair is. Ik vind het wel niet kunnen dat ze extreem hoge vergoedingen krijgen. Daarom lijkt het mij goed om volledige transparantie te bieden. Het volk mag weten waar hun verkozen parlementsleden zich mee bezig houden en hoeveel ze hier financieel voor ontvangen. Er zijn onverenigbaarheden, hier moeten ze zich dan ook aan houden. Daarnaast denk ik dat belangenvermenging en machtsconcentratie niet door de beugel kunnen. Ik vind het dan ook niet meer als logisch dat ze hiervoor gesanctioneerd worden. Bronvermelding: • De Standaard • Gepubliceerd: 17/05/2017 om 08:32 • Geraadpleegd: 17/05/2017 om 9:20 • http://www.standaard.be/cnt/dmf20170517_02886015 |