In de eerste zeven maanden van dit jaar hebben gemiddeld 114.195 mensen elke maand een leefloon gekregen. Dat is een stijging met 11,3 procent tegenover dezelfde periode in 2014. Nooit waren er in België zoveel leefloners, zegt de Overheidsdienst Maatschappelijke Integratie. Beterschap zit er niet onmiddellijk aan te komen. De overheidsdienst verwacht begin 2016 nog een forse toename, als de erkende vluchtelingen met een leefloon in de statistieken zullen opduiken.
"Het aantal personen dat in de eerste helft van 2015 voor een leefloon bij het OCMW aanklopte, overschrijdt nu al het aantal dat we in het hele jaar 2014 hebben kunnen helpen", schetst Julien Van Geertsom, voorzitter van de POD Maatschappelijke Integratie, de penibele situatie. Het stijgingspercentage van meer dan 11 procent is ook hoger dan de 9,8 procent van 2009, toen de financiële en economische crisis toesloeg.

Die crisis laat zich nog altijd voelen, maar er is ook een structurele toename van het aantal leefloners uit maatschappelijk kwetsbare groepen (ouderen, laaggeschoolden, alleenstaanden, allochtonen...). Een andere belangrijke factor zijn de verstrengde voorwaarden om een inschakelingsuitkering te genieten in afwachting van een eerste baan. Het recht op die uitkering is sinds 1 januari van dit jaar beperkt in de tijd.

Wie de inschakelingsuitkering verliest, komt bij het OCMW aankloppen voor een leefloon. De verstrengde regelgeving had tijdens de eerste zeven maanden van 2015 een grote impact op het aantal leefloners, volgens de overheidsdienst Maatschappelijke Integratie.

Jongeren tussen 18 en 24 maken met goed een derde (31,9%) nog altijd de grootste groep uit in het aantal leefloners. De stijging van het aantal leefloners was groter in Wallonië (+15%) dan in Vlaanderen (+8,7%) en in Brussel (+7,7%), en sterker voelbaar in de kleine gemeenten (+13,6%) dan in de grote steden van het land (+10,3%).

Beterschap is niet meteen in zicht. In de statistieken voor de eerste helft van dit jaar zitten nog niet de personen die erkend werden als vluchteling. De vluchtelingentoestroom manifesteerde zich immers op het einde van de zomer, en wie als vluchteling erkend wil worden, moet eerst een ganse procedure doorlopen. Eenmaal erkend, heeft de aanvrager recht op een leefloon. De POD verwacht dan ook dat het aantal leefloners begin volgend jaar zal "exploderen".

Bron: www.deredactie.be

Eigen mening:
Nu is de grootste groep van de leefloners, de jongeren. Deze geschoolde of ongeschoolde jongeren zijn een groep die moeilijk werk vinden omdat ze volgens veel bedrijven te weinig ervaring hebben. Na een lange zoektocht naar werk in een maatschappij waar er gewoon te weinig plaatsen op de arbeidsmarkt zijn, zijn vele genoodzaakt om aan te kloppen bij het OCMW om te voorzien in hun behoeften. De cijfers zeggen wel dat er beterschap op komst is. Er waren dit jaar minder werklozen dan het jaar daarvoor.
Langs de andere kant zullen we volgend jaar een grote groep 'nieuwe belgen' hebben die ook recht hebben op een bestaansminimum. We zullen moeten afwachten hoe groot deze groep uiteindelijk zal zijn.

Dat we in de eerste plaats zoveel leenfloners hebben licht louter aan onze jeugd. We moeten eerlijk zijn en ook in eigen boezem durven kijken. De jeugd van tegenwoordig neemt niet zomaar de eerste de beste jobmogelijkheid aan. Dit zorgt ervoor dat veel van onze jongeren, geschoold of ongeschoold vaak zonder job zitten. Ze voelen zich vaak te goed voor een job als bijvoorbeeld schoonmaker en daarom doen ze dit ook niet. Vroeger was dit niet het geval, toen was er nog respect voor deze beroepen. Blijkbaar zeggen de cijfers dat we toch op de goede weg zijn. Misschien is er dan tohc een ommekeer op gang gekomen. We weten ook dat er met de toestroom 'nieuwe belgen' heel veel mensen gaan aankloppen bij instantie zoals het OCMW ed. We weten natuurlijk niet hoe groot deze groep is maar ik stel me wel vragen of deze instanties alles gaan gedekt krijgen. Dit antwoord zullen we snel genoeg zien vrees ik