Opvang en scholen, zet u schrap


BRUSSEL - In 2009 zijn er net geen 70.000 kinderen geboren in Vlaanderen. Toch komt aan de groei nog geen eind: verwacht wordt dat er over vijf jaar 16.500 baby's en peuters meer zijn dan nu.


In 2008 werden er in Vlaanderen ruim 70.000 kinderen geboren. Vorig jaar waren het er 69.692. Dat is nog steeds véél meer dan in 2002, toen met 62.000 geboortes een dieptepunt werd bereikt. De eerste vijf maanden van 2010 laten al weer een lichte stijging zien. Samengeteld betekent dit dat Vlaanderen tegen eind dit jaar meer dan 200.000 kinderen jonger dan drie jaar zal tellen.

Kind en Gezin, dat de cijfers bijeensprokkelde via zijn eigen registratiesysteem, verwacht dat de trend nog een tijdlang aanhoudt. Minstens tot 2015. Dan zouden er over vijf jaar dus zowat 220.000 kinderen onder de drie jaar zijn. ‘Een enorme uitdaging voor de kinderopvang en de preventieve zorg van Kind en Gezin, maar ook voor de scholen!', aldus wetenschappelijk adviseur Bea Buysse.

Reken daarbij dat er nu verhoudingsgewijs meer kinderen dan vroeger gebruik maken van de opvang (44,5 procent in 2009, versus 41,5 procent in 2006), onder meer omdat grootouders afhaken, dan mag duidelijk zijn dat de sector van de kinderopvang een groeispurt moet maken.

De Vlaamse regering is daarmee bezig, zegt de Vlaamse minister van Welzijn, Jo Vandeurzen (CD&V). ‘We werken volop aan een nieuw decreet voor de kinderopvang, dat de kwaliteit moet stroomlijnen. Het heeft natuurlijk geen zin om zo'n decreet te maken als er geen groeipad wordt ingebouwd. Daarom hebben we in de regering beslist dat er tegen 2016 50 opvangplaatsen per 100 kinderen moeten zijn. Nu zitten we op 35,6 per 100. Oorspronkelijk wilden we dat doel bereiken in 2020, maar dat hebben we dus vervroegd.'

Eén plaats wordt door meer dan een kind gebruikt, omdat de meeste kinderen maar deeltijds naar de opvang gaan.

Dat is dan weer mogelijk doordat meer gezinnen een ‘anderhalve baan' hebben, waarbij een ouder niet voltijds werkt: hun aandeel steeg in vijf jaar tijd van 30 naar 37 procent.

Opmerkelijk: allochtone kinderen maken veel minder gebruik van de opvang dan autochtone. Maar het zijn vooral de kinderen uit kansarme gezinnen die de weg naar de opvang niet vinden: zij scoren het allerlaagst (zie grafiek). In 2009 werden 8,3 procent van de kinderen in een kansarm gezin geboren. Vier jaar eerder waren dat er nog maar 6 procent.

Goed nieuws is dat er vorig jaar voor het eerst minder dan 20 kinderen aan wiegendood stierven. Het waren er maar 18, maar dus nog altijd 18 te veel, zegt Katrien Verhegge, de administrateur-generaal van Kind en Gezin.

Ook moet er nog meer gemobiliseerd worden tegen roken (12 procent van de zwangere vrouwen doet het) en voor de inname van foliumzuur ter preventie van spina bifida (een op de drie doet het correct, dat wil zeggen al voor de zwangerschap).


DS, 30-06-2010 (Veerle Beel)

__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you
down to their level and beat you with experience." (c)TB