actualiteitsforums  

Ga Terug   actualiteitsforums > Thomas More Kempen > Onderwijs > Cultureel Bewustzijn 1
Gebruikersnaam
Wachtwoord
Home FORUMS Registreer Arcade Zoeken Posts van vandaag Markeer Forums als Gelezen

Antwoord
 
Onderwerp Opties Zoek in onderwerp Waardeer Onderwerp Weergave Modus
  #1  
Oud 30th March 2020, 04:04
bijlinda's Avatar
bijlinda bijlinda is nu online
Administrator
 
Geregistreerd op: Nov 2004
Locatie: Hasselt
Posts: 1,841
Post Corona: sociaal-psychologisch

Maakt corona ons contactgestoord?


Het dagelijkse leven ligt stil, zit in quarantaine, speelt zich in het beste geval af op minstens anderhalve meter afstand. Zullen we elkaar na deze crisis weer een hand geven, begroeten met een kus, wie weet zelfs knuffelen? Of gaat het collectieve wantrouwen nooit meer weg? ‘Social distancing kan de nieuwe norm worden.’



Vandaag bekijken we elkaar noodgedwongen met argwaan. Wie kucht, is verdacht. We vermijden contact. We steken de straat over zodra we een tegenligger op de stoep ontwaren. We houden zelfs onze naasten op een afstand. Het wordt er ingehamerd: we zijn een gevaar voor elkaar.

Er zijn in een paar weken tijd aardig wat taboes gesneuveld. Een beperking van de individuele vrijheid, een verbod op samenscholing, universiteiten die op slot gaan: die dingen associëren we in andere tijden met dictatoriale regimes. Nu geven we zonder veel morren de rechten op waarvoor we eeuwenlang fel gevochten hebben.

We kijken niet eens meer verbaasd op als de overheid ons aanmaant onze handen te wassen, en ook nog zegt hoe. Ook onze woordenschat is bijgespijkerd. Woorden als ‘quarantaine’ en ‘lockdown’ zijn geen termen meer uit sciencefictionfilms. En wie had al van ‘social distancing’ en ‘flattening the curve’ gehoord?

Evolutionair psycholoog Mark van Vugt (Vrije Universiteit Amsterdam) is er stellig van overtuigd dat de huidige coronacrisis aanzienlijke consequenties zal hebben voor onze sociale omgang. ‘Na deze epidemie terug naar business as usual? Nee, dat zal niet gebeuren. Dit blijft nog heel lang in ons collectieve geheugen hangen.’


Seksueel geremd

In welke samenleving zullen we straks ontwaken? Een glazen bol of koffiedik zijn niet meer nodig, wetenschappers kunnen de toekomst voorspellen met ziektekiemen.

Van Vugt bestudeert de verandering van samenlevingen waarin dodelijke epidemieën geregeld voorkomen. ‘Van 230 gebieden in de wereld bestaat een index op basis van de kans om er aan infectieziektes te overlijden. Daarvoor worden data van de voorbije vijftig à zestig jaar gebruikt. Zoals je kunt verwachten, staat China behoorlijk hoog in die lijst en staan Nederland en België laag. De scores van die regio’s blijken sterk samen te hangen met maatschappelijke eigenschappen: politieke opvattingen, persoonlijkheidskenmerken van de inwoners en de mate van innovatie, bijvoorbeeld.’

De professor zou deze maand op een conferentie zijn nieuwste studie presenteren, ‘Nationale verschillen in bedreigingen door pathogenen voorspellen voorkeur voor dominante, autoritaire leiders’. O ironie, het pathogeen sars-CoV-2 verhindert dat de conferentie kan doorgaan.

Van Vugt durft op basis van zijn bevindingen te voorspellen dat de coronacrisis ons rechtser zal doen stemmen bij de volgende verkiezingen. ‘En de impact gaat veel breder. Landen die in de afgelopen eeuwen golven van ziektes als tbc, tyfus, malaria en sars hebben meegemaakt, hebben een fundamenteel andere cultuur opgebouwd dan landen die niet gewend zijn aan dat soort gevaar. Ze hanteren strakkere sociale normen, zijn gemiddeld introverter en seksueel geremder en staan minder open voor nieuwe ervaringen, afwijkend gedrag of mensen die er anders uitzien.’

Is Van Vugt zeker dat er een causaal verband is, dat die eigenschappen een gevolg zijn van de infectiedreiging? ‘Het werkt in elk geval niet in de omgekeerde richting’, zegt Van Vugt. ‘Het is niet omdat de bevolking introverter is dat er meer kans is op een epidemie. Het is zeer plausibel dat introversie en conservatisme zich hebben ontwikkeld als een verdedigingsmechanisme tegen ziektes. De correlaties zijn overduidelijk. Zelfs als we factoren als economische ongelijkheid, populatiedichtheid en temperatuur in rekening brengen, blijken pathogenen de sterkste voorspellers voor culturele eigenschappen.’

Van Vugt wijst erop dat besmettelijke ziektes een invloed hebben op onze vooroordelen over migranten en vluchtelingen. Dat werd de afgelopen weken al duidelijk: mensen met een Aziatisch uiterlijk kregen argwanende blikken in onze straten. ‘We zullen minder tolerant worden’, zegt Van Vugt. ‘En we zullen ook niet meer zo losjes met elkaar omgaan. Het is geen toeval dat de begroetingsrituelen in China of Japan koeler en afstandelijker zijn dan bij ons – vanuit ons perspectief beoordeeld. Je krijgt er geen knuffel of uitgestoken hand, maar een buiging of hoofdknik vanop afstand.’


Altijd mondmaskers

Koen Peeters, antropoloog aan het Instituut voor Tropische Geneeskunde in Antwerpen, is er niet zeker van dat er een rechtstreeks verband is tussen epidemieën en de cultuur van een land. Hij deed zelf uitgebreid veldonderzoek in lage-inkomenslanden in West-Afrika, Latijns-Amerika en Zuidoost-Azië. ‘Ik zie weinig gemeenschappelijks tussen de cultuur van een land als Congo met ebola-uitbraken en die van Japan met sars en andere infectieziektes. Ik zou dan ook niet durven te stellen dat epidemieën culturen per definitie sociaal afstandelijker en seksueel geremder maken. Dat is niet wat we zien in zwart Afrika, dat geplaagd wordt door malaria. Toen hiv in de jaren 80 uitbrak, werden de getroffen bevolkingsgroepen niet noodzakelijk kuiser.’

Peeters geeft les aan de Nagasaki University in Japan en weet dat zijn collega’s zich niet extra vereerd zullen voelen als hij hen een kus op de wang geeft. ‘Japanners hebben in het openbaar minder fysiek contact met elkaar dan wij. Dat zou inderdaad kunnen komen door het subtropische klimaat, dat meer infectieziektes meebrengt, maar we zijn niet zeker of dat de rechtstreekse oorzaak is.’

We hebben lang raar opgekeken van, zelfs gespot met de mondmaskers van Aziaten. Het zou Van Vugt niet verbazen mochten we het in de toekomst normaal vinden om zelf mondmaskers te dragen wanneer we naar sportmanifestaties, festivals of shoppingcentra gaan. ‘We zijn een adaptieve soort.’

Peeters wijst op een cultureel verschil. ‘Wie hier een mondkapje draagt, doet dat doorgaans om zichzelf te beschermen. Japanners doen dat om anderen niet ziek te maken. Ze zijn ook makkelijker aan te sporen tot sociale discipline.’

Kunnen we iets van hen leren over hoe we deze epidemie het best aanpakken? ‘Zuidoost-Aziatische culturen streven naar harmonie, dat mis ik als ik kijk naar politici die deze crisis gebruiken om zich te profileren. Het algemene belang van de gemeenschap heeft in Azië dikwijls voorrang op individuele winst. Dat kennen wij niet. Wij handelen uit eigenbelang, ook al levert ons dat op lange termijn meer ellende op.’


Biometrische bewaking

Als we in de toekomst niet regelmatig te maken krijgen met een epidemie, schat Peeters, zullen we over vijf jaar al niet goed meer weten wat die coronacrisis nu weer was. Maar het ziet ernaar uit dat het anders zal lopen. Niet voor niets waarschuwde de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) een jaar geleden al voor ziekte X, een onbekend pathogeen dat een serieuze epidemie kan veroorzaken en waarop we, ook in het Westen, niet voorbereid zijn.

We wonen met z’n allen op een kluit en reizen naar het andere eind van de wereld en doen dat niet met de stoomboot, maar met een vliegtuig, gedroomde omstandigheden voor virussen om zich supersnel te verspreiden. Er wordt weleens gezegd dat een epidemie en de aanpak ervan kenschetsend zijn voor een maatschappij. Deze pandemie verraadt globalisme en groeiende ongelijkheid. Maar ook dat wij, westerlingen, gewend zijn aan veilige, vredige welvaart, waardoor we ons onterecht onoverwinnelijk zijn gaan wanen.

‘Wij zijn in slaap gedommeld’, zegt Peeters. ‘We zijn ons niet meer bewust van de reële dreigingen in de wereld. Wij doen heel weinig aan ziektepreventie. Ik hoop dat corona ons wakker schudt. Wat we nu meemaken, is een symptoom van onze geglobaliseerde wereld. We kunnen niet meer verwachten dat de belabberde gezondheidsinfrastructuur in arme landen geen impact zal hebben op ons. België is een rijk, goed ontwikkeld land, wij zijn veilig: die redenering gaat niet langer op. We moeten op planetair niveau over gezondheidszorg denken. Want als ergens een zwakke schakel zit, heeft dat ook een effect op ons. We hebben er baat bij de ongelijkheid in de wereld terug te schroeven.’

Argwaan tussen burgers is één zaak, er bestaat ook argwaan tussen overheid en burgers. Dat China massaal inzet op surveillance en big data om het virus in te dijken, mag niet verbazen. In een app moeten Chinezen hun contacten opgeven, de app houdt hun traject bij en berekent het besmettingsrisico. Wie code rood of geel heeft, moet meteen in quarantaine. Enkel met een groene kleur mag je de trein op of een wooncomplex of soms zelfs openbaar toilet binnen, schreef Chinacorrespondente Leen Vervaeke in de Volkskrant.

Intussen traceert ook Italië zijn besmette burgers. En onze eigen minister Philippe De Backer (Open VLD) richtte intussen de Data Against Corona Taskforce op, die wil nagaan wat mogelijk is binnen de privacywet. Technologisch is het een eitje: gps-tracking om risicoprofielen op te stellen. Of om besmette mensen te volgen. De term ‘biometrische bewaking’ doemt her en der op. En het zou best kunnen dat we binnenkort allemaal een thermometer tegen het hoofd gedrukt krijgen voor we in een vliegtuig mogen stappen.


Cordon sanitaire

Om te weten te komen hoe en of samenlevingen veranderen nadat ze een heftige epidemie te verduren hebben gekregen, kunnen we naar het verleden kijken. Wat vertelt de geschiedenis over de culturele impact van dodelijke infectieziekten?

Historica Leen Van Molle (KU Leuven) tempert de verwachtingen. ‘Die vraag is niet zomaar te beantwoorden, simpelweg omdat epidemieën eeuwenlang de gewoonste zaak van de wereld waren. Tyfus, cholera, roodvonk, pokken, mazelen, elk seizoen was er wel iets. De ene ziektegolf volgde de andere op. Iedereen werd erdoor bedreigd.’

De verklaringen voor lichamelijke ellende en de dood zijn in de loop der eeuwen wel veranderd. ‘In de antieke oudheid werden ziektes toegeschreven aan een onevenwicht van de lichaamssappen’, zegt Van Molle. ‘Een teveel of tekort aan bloed, gele gal, zwarte gal of slijm. Een andere wijdverspreide verklaring, vanaf de christelijke middeleeuwen, was dat het straffen van God waren. In de 19de eeuw was er de miasmatheorie, die een kwalijke omgeving als oorzaak zag. Epidemieën kwamen voort uit slechte lucht – vandaar het woord “malaria”. Zij kregen steeds meer weerwerk van de contagionisten: die begrepen dat er iets was als besmetting van mens tot mens. Maar het duurde nog tot de 20ste eeuw voordat iemand een virus in het echt zag onder een microscoop.’

Van Molle stapt naar haar keuken, waar een replica van een affiche uit 1918 hangt: ‘Voorzorgsmaatregelen aanbevolen om de verspreiding der aanstekelijke griep, genaamd Spaansche griep, onder de bevolking te beletten.’ Marc Van Ranst laat ons niet meer ‘gorgelen met gebicarboneerd water’, maar de rest klinkt ons bekend in de oren. ‘De zieken in eene bijzondere kamer afzonderen.’ ‘Alle vergaderingen en samenscholingen vermijden.’ ‘Alle scholen der stad, van de hoogste tot de leegste, voor een onbepaalden tijd doen schorsen.’

Van Molle: ‘Sociale isolatie is de oudste beschermingsmaatregel tegen besmettelijke ziekten, al was het vaak een eufemisme voor verstoting. Melaatsen werd verplicht met een ratel rond te lopen, pestlijders gingen zonder pardon het pesthuis in. En wat wij vandaag social distancing noemen, heette in de 19de eeuw “cordon sanitaire”. Het was toen iets elitairs: de elite nam afstand van het vuile volk, dat samenhokte in erbarmelijke omstandigheden in beluiken. Een deftig mens ging niet om met het proletariaat. En doet de voordeur niet open, daar is personeel voor. Dat komt uit de tijd dat boeren en arbeiders dicht op elkaar woonden in erbarmelijke omstandigheden. Britten hadden het over “the great unwashed” wanneer ze de lagere sociale klasse bedoelden. Sinds de 19de eeuw beseffen mensen dat hygiëne belangrijk is om gezond te blijven. Toen begon men te pleiten voor sociale huisvesting en volksopvoeding. Ik heb zelf op school nog geleerd hoe ik mijn tanden moest poetsen en dat ik me één keer per week moest wassen.’


Introverten overleven

De Spaanse griep van 1918, die naar schatting 50 miljoen levens eiste, was de laatste pandemie die we hebben gekend. Sindsdien hebben we in ons land niet meer zo’n collectieve kwetsbaarheid gekend. Toch maakt persoonlijkheidspsycholoog Bertus Jeronimus (Rijksuniversiteit Groningen) zich sterk dat hij nu al kan voorspellen hoe we eraan toe zullen zijn zodra het acute gevaar is geweken.

Hij aarzelt om het uit te spreken, maar voor hem zijn het uitermate boeiende tijden. ‘Dit is één groot natuurlijk experiment. Ik doe voorspellingen volgens onder meer de persoonlijkheidstheorie, de basis in mijn vakgebied. Dit is de grote toetssteen: houden de theorieën stand?’

Als Jeronimus over ‘the big five’ spreekt, heeft hij het niet over de vijf dieren die je op safari moet spotten, maar over de vijf dimensies die onze persoonlijkheid vormen: extraversie, neuroticisme of de mate van emotionele stabiliteit, openheid voor nieuwe ervaringen, inschikkelijkheid en zorgvuldigheid. ‘We hebben niet alleen een fysiek, maar ook een psychologisch immuunsysteem. Dat is een eerste verdedigingsmuur tegen infecties. Het gaat over hoe we ons gedragen wanneer we geconfronteerd worden met bedreiging.’

‘In onze veilige en gezonde wereld hebben extraverte mensen voordelen. Ze leggen makkelijk contact, hebben een groot netwerk, genieten vaker een hogere sociale status. Maar bij een virusuitbraak zullen zij meer lijden dan introverte mensen. Omdat ze hun welbevinden halen uit sociale contacten, betalen ze een hogere prijs voor de sociale isolatie. Terwijl een introvert als ik me op een gemiddelde vrijdagavond verheug als ik niet naar een feestje hoef. Omdat extraverten het moeilijker hebben om zich aan de isolatie te houden, worden ze vaker aan het virus blootgesteld en zal het sterftecijfer bij hen wat hoger zijn.’


Labiliteit, een zegen

Nog een persoonlijkheidskenmerk dat de kaarten opnieuw schudt, is neuroticisme. ‘Wie emotioneel stabiel is, maakt zich niet zoveel zorgen. Terwijl wie hoog scoort op neuroticisme veel frustratie, stress en angst ervaart. Neuroticisme is de sterkste voorspeller van zowel psychologische als lichamelijke ellende. Het kwart van de Nederlanders dat het hoogst scoort op neuroticisme veroorzaakt 80 procent van alle kosten in de gezondheidszorg. Logisch zou zijn te denken dat deze pandemie bij die mensen de hoogste tol zal eisen. En ja, wellicht zullen ze meer stress en depressie ervaren, maar het zou heel goed kunnen dat ze zich heel goed isoleren, net omdát ze zo bang zijn voor besmetting. In het normale leven is emotionele labiliteit een nadeel, maar nu zou het de overlevingskans kunnen vergroten.’

Jeronimus verwacht wel dat de emotionele instabiliteit onder de algemene bevolking wat zal stijgen. ‘Toen Tsjernobyl in 1986 ontplofte, dreef een nucleaire wolk over West-Europa. Achteraf weten we dat die wolk niet schadelijk genoeg was om in onze landen ziektes te veroorzaken. Toch zagen we in de maanden en jaren na Tsjernobyl in het Westen een toename van mentale aandoeningen én van lichamelijke problemen, van hoofdpijn tot kanker. Mensen wisten niet waar ze aan toe waren, die onzekerheid woog zwaar. Niet de besmetting zelf zullen we het duurst betalen, maar de secundaire stress die het coronavirus brengt.’

Waagt hij zich aan een pronostiek over toekomstige begroetingsrituelen? ‘Als deze nieuwe sociale normen een jaar aanhouden, zal dat gevolgen hebben. Handen schudden ís ook heel onhygiënisch. Het is ons equivalent van honden die aan elkaars kont ruiken. Kort nadat we iemand een hand hebben gegeven, ruiken we onbewust even aan onze hand. Het zou ook best kunnen dat ons besef van persoonlijke ruimte verschuift. Nu vinden we het vervelend als iemand anders dan onze partner binnen een straal van zowat 45 centimeter komt, dat is onze intieme cirkel. Onze sociale cirkel - waarin familie en vrienden, maar geen onbekenden welkom zijn – is 1,20 meter. De anderhalve meter verplichte social distancing kan de nieuwe norm worden.’

‘Mag ik nog iets voorspellen? Op korte termijn zal ons welbevinden afnemen, maar ik verwacht dat we op de lange termijn na deze pandemie wat gelukkiger zullen worden. We worden nu gedwongen om te reflecteren over ons leven en onze prioriteiten. De ratrace valt stil, ik vermoed dat de burn-outepidemie behoorlijk zal dalen. Sommige gezinnen worden hechter. Er komt een herwaardering voor vervrouwelijkte beroepen. Ineens beseffen we dat verpleegkundigen en schoonmakers vitaal zijn. Voor het klimaat is dit een zegen. O, en ik verwacht ook een babyboom in 2021.’


DS Weekblad, 28-03-2020, nr. 437 (Ann-Sofie Dekeyser)
Met citaat antwoorden
Antwoord


Onderwerp Opties Zoek in onderwerp
Zoek in onderwerp:

Uitgebreid Zoeken
Weergave Modus Stem op dit onderwerp:
Stem op dit onderwerp::

Posting Regels
Je mag niet nieuwe onderwerpen maken
Je mag niet reageren op posts
Je mag niet bijlagen posten
Je mag niet jouw posts bewerken

vB code is Aan
Smilies zijn Aan
[IMG] code is Aan
HTML code is Uit
Forumsprong



Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 03:51.


Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.