Voedingsindustrie groeit, maar is minder rendabel

De inkomsten van de voedingsindustrie stegen vorig jaar nog met 3,7 procent, maar de winstgevendheid slinkt. De hoge loon- en energiekosten zijn daar de oorzaak van, zegt Fevia, de federatie van de voedingsindustrie.

Fevia, de Belgische federatie van de voedingsindustrie, stelde haar jaarrapport voor 2012 voor. Blijkt dat de voedingsbedrijven meer omzet haalden, vooral dankzij de export, maar dat de winstgevendheid krimpt . Fevia wijst de hoge loon- en energiekosten in België met de vinger. 'De voedingsindustrie heeft een loonhandicap van 21 procent tegenover onze buurlanden', stelt Bernard Deryckere, voorzitter van Fevia.

De inkomsten van de voedingssector kwamen vorig jaar op 47,5 miljard euro, of een groei van 3,7 procent. De voedingsindustrie vertegenwoordigt hiermee ongeveer 16 procent van de globale industrie. Ons land telt 4.768 voedingsbedrijven, vooral KMO's. Er werkten eind 2012 zo'n 89.372 mensen in de voedingsindustrie, ongeveer even veel als het jaar voordien.

Ambitieus
Fevia kon ook al wat cijfers meegeven voor dit jaar: in het eerste semester nam de omzet van de voedingssector met 2,7 procent toe. De export steeg met 1,1 procent.

Fevia werkt sinds vorig jaar aan een ambitieus plan voor de Belgische voedingsindustrie. Tegen 2015 wil de sector een omzet halen van 50 miljard euro. Vooral de export moet hierbij helpen. 'Chocolade, bier en koekjes zijn de locomotieven voor de buitenlandse groei, maar uiteindelijk heeft België veel meer te bieden dan dat. België is een land van Bourgondiërs dus we hebben een uitstekende kwaliteit in onze voeding. Hiermee scoren we in het buitenland', zegt Deryckere.
Fevia trekt wel aan de alarmbel, dat de export buiten Europa dreigt stil te vallen, als er niet snel meer financiële middelen worden vrij gemaakt voor het Voedselagentschap. Het FAVV schrijft normaal gezien de certificaten uit die het voor voedingsbedrijven mogelijk maakt hun producten buiten de EU te brengen, maar vanaf 1 december zal het dat niet meer kunnen doen. Door besparingen die recent door de overheid werden doorgevoerd. Fevia hekelt dan ook die besparingen en eist dat daar snel een oplossing voor wordt gevonden. FAVV bevestigt 'de ernstige problemen'.

Suiker
Steeds meer bedrijven mikken daarom op de export. Tiense Suiker bijvoorbeeld voert sinds kort zijn kandijsuiker uit naar de Verenigde Staten. 'We moeten daar niet met onze kristalsuiker afkomen, dat heeft geen zin. Maar met kandijsuiker, suikerklontjes of parelsuiker zijn we wel bijzonder. Dat zijn specialiteiten die ze daar nog niet kennen.'

Fevia hoopt de Belgische voedingsindustrie steeds meer onder het label 'Food.be' in het buitenland te kunnen promoten. Dat moet evengoed de Belgische landbouwproducten, de voedingsproducten als de gastronomie overkoepelen. 'Vandaag komen voedingsbedrijven terecht bij Vlaanderen, Wallonië of Brussel, wanneer ze op een beurs staan. Met Food.be kunnen we veel meer bereiken', vindt Chris Moris, directeur van Fevia.

Ongeveer de helft van de voeding die hier wordt geproduceerd vertrekt naar het buitenland. De belangrijkste exportmarkten zijn vandaag Nederland en Frankrijk.

De voedselprijzen stegen de voorbije jaren, onder meer door de hogere prijzen voor grondstoffen. Die trend zal aanhouden, waarschuwt Deryckere, want ook de grondstoffen worden ook nog steeds duurder.

Bron: De Tijd, 28 november 2013

Mening:
Op de middelbare school heb ik economie-moderne talen gestudeerd. Tijdens de jaren dat ik economie kreeg werd uiteraard wel van mij verwacht dat ik talrijke economische kwesties op de voet volgde. De interesse in de economie is een restantje van de studie, wat zeker niet slecht is.

Bovenstaand artikel is relatief goed nieuws voor België. De omzet kende vorig jaar een stijging van 3,7% hoewel dit niet rechtstreeks duidt op veel winst. De hoge loon- en energiekosten binnen de voedselindustrie zijn namelijk nefast voor het opbouwen van een degelijke winst.

Aangezien de voedingsindustrie voor ongeveer 16% van de globale industrie staat lijkt het me wel verantwoord dat men de voedingsindustrie een handje gaat helpen met dit probleem door subsidies of andere financiële middelen ter beschikking te stellen.

Het plan van Favia is alvast enorm ambitieus maar lijkt me niet onmogelijk. Door de export van onze Belgische producten wat aan te zwengelen moeten we inderdaad al een hele stap vooruit geraken.