#1
|
||||
|
||||
Is corona erger dan de griep?
Is corona erger dan de griep?
Van de Belgen die buiten het rusthuis met sars-CoV-2 besmet geraken, sterft één op de 233. Voor vrouwen is dat ‘maar’ één op de 333. Is het nieuwe coronavirus dan echt erger dan de griep? Wereldwijd stierven al meer dan 471.000 mensen aan covid-19. In België staat de teller op 9.696. photo news Wereldwijd stierven al meer dan 471.000 mensen aan covid-19. In België staat de teller op 9.696. Maar hoe groot is de kans om te overlijden eenmaal je besmet bent? Voor wie niet in het rusthuis woont, ligt het sterftecijfer op 0,43 procent. Anders gesteld: van wie besmet geraakt, sterft één op de 233. Dat blijkt uit nieuwe cijfers, die professor biostatistiek Geert Molenberghs (UHasselt, KU Leuven) samen met zijn collega’s van UHasselt, UAntwerpen, UGent en Sciensano publiceerde. Het gaat om de zogenaamde infection fatality rate (IFR), het aantal sterfgevallen op het totale aantal besmettingen. Mannen sterven dubbel zo vaak Het sterftecijfer is sterk afhankelijk van de leeftijd en het geslacht. Onder 45 jaar is het risico om te overlijden erg klein. In de categorie 45-64 jaar is dat 0,21 procent, tussen 65 en 74 1,2 procent. Boven de 75 jaar sterft 2,5 procent van wie besmet raakt buiten het rusthuis. Mannen hebben, na infectie, bijna dubbel zoveel kans om te overlijden aan het nieuwe coronavirus. Bij vrouwen sterft 0,3 procent na besmetting. Bij mannen is dat 0,57 procent. In het rusthuis liggen de cijfers véél hoger. Een precies cijfer geven de onderzoekers niet, maar het schommelt tussen 28 en 45 procent. Dat strookt met de vaststelling dat twee derde van de covid-19-doden uit het rusthuis kwam. Door die hoge sterfte in de rusthuizen, stijgt ook het sterfterisico in de gehele bevolking fors, van 0,43 procent naar 1,25 procent. Mannen hebben in alle leeftijdscategorieën een grotere kans om aan covid-19 te overlijden. Toch ligt de sterftekans voor een gemiddelde vrouw hoger dan voor een gemiddelde man. Dat komt doordat er veel meer oudere vrouwen dan mannen zijn: boven de leeftijd van 85 zijn er 200.000 vrouwen en 100.000 mannen. Dat fenomeen heet in de wetenschappelijke literatuur de paradox van Simpson. Onzekere cijfers Ons sterftecijfer ligt een pak hoger dan wat andere landen rapporteren. Maar het is ook niet zo eenvoudig te becijferen. In theorie wordt het berekend door het aantal covid-19-doden te delen door het aantal mensen dat al besmet is. Beide cijfers zijn onzeker. Niet alle landen rapporteren hun covid-19-doden volledig. België doet dat wel. Maar de cijfers bevatten ook heel wat vermoedelijke gevallen, van wie niet zeker is of ze aan covid-19 overleden. ‘Internationaal onderzoek toont dat dat in 90 procent wel het geval is’, zegt Geert Molenberghs. ‘Dus hebben we ook de vermoedelijke gevallen meegenomen.’ Om het aantal mensen te schatten dat al besmet raakte, baseerden de onderzoekers zich op de resultaten van bloedonderzoeken naar antistoffen. In de week van 18 mei hadden 790.000 Belgen antistoffen, blijkt uit onderzoek van de UAntwerpen. ‘Mogelijk is dat een onderschatting, omdat antistoffen niet altijd gedetecteerd worden’, zegt Molenberghs. ‘Maar dat is in andere landen ook zo.’ Vanwege die onzekerheid communiceren de onderzoekers betrouwbaarheidsintervallen. Het sterfterisico ligt met 95 procent zekerheid tussen 0,9 en 1,8 procent, stippen de onderzoekers aan. Voor wie niet in het rusthuis woont, ligt dat tussen 0,3 en 0,6 procent. Belgische appels, buitenlandse peren Voor China werd de sterftekans op 0,6 procent berekend, of dus de helft van de Belgische sterftekans. Voor Frankrijk is dat 0,7 procent. Maar in beide gevallen gaat het om modelberekeningen. In Brazilië en Spanje werd het cijfer wel berekend op basis van antistoffenonderzoek. Daar kwamen de onderzoekers op een sterftekans van 1 procent. ‘De cijfers zijn internationaal moeilijk vergelijkbaar’, zegt Molenberghs. ‘Als de bevolkingsstructuur dezelfde is, moeten die in principe in dezelfde buurt liggen, want het virus is overal hetzelfde. Al kan het cijfer wel hoger liggen als het ziekenhuissysteem overrompeld wordt, zoals in Noord-Italië.’ Doordat de sterftekans sterk stijgt met de leeftijd, hebben landen met een jongere bevolking een lagere IFR. Dat is bijvoorbeeld in ontwikkelingslanden het geval. Geen griepje De berekening van het sterfterisico is belangrijk. Wordt het onderschat, dan zullen te weinig maatregelen genomen worden. Ook de verschillen tussen leeftijd en geslacht zijn belangrijk om het risico juist in te schatten. Verschillende wetenschappers stellen in Nature dat het risico voor de hele bevolking in de meeste landen tussen 0,5 à 1 procent schommelt. Ondanks de onzekerheid over het cijfer, kunnen we dus wel stellen dat covid-19 een pak dodelijker is dan een doorsnee seizoensgriep. Tussen 2009 en 2013 stierf één Europeaan op de duizend na een besmetting met de griep. Dat is dus een sterftekans van 0,1 procent. Bij corona is dat vijf tot tien keer hoger, in ons land zelfs twaalf. Zelfs als we alleen naar de niet-rusthuisbewoners kijken – wat geen correcte vergelijking is – ligt het risico nog altijd vier keer hoger. De dodelijkheid van de griep wordt afgeremd omdat een deel van de bevolking al immuniteit opgebouwd heeft en omdat er vaccins voorhanden zijn, al garandeert geen van beide factoren dat je niet ziek wordt of overlijdt. DS, 22-06-2020 (Dries De Smet) |