actualiteitsforums  

Ga Terug   actualiteitsforums > NASLAG > Focus op... > Waarden & normen
Gebruikersnaam
Wachtwoord
Home FORUMS Registreer Arcade Zoeken Posts van vandaag Markeer Forums als Gelezen

Antwoord
 
Onderwerp Opties Zoek in onderwerp Waardeer Onderwerp Weergave Modus
  #1  
Oud 28th October 2017, 21:56
Barst's Avatar
Barst Barst is offline
Administrator
 
Geregistreerd op: Jun 2004
Locatie: L'burg
Posts: 16,562
Post ‘Empathie is bijziend’

‘Empathie is bijziend’

Ignaas Devisch, Het empathisch teveel. Op zoek naar een werkbare onverschilligheid. De Bezige Bij, 192 blz.


Empathie wordt overgewaardeerd, vindt filosoof Ignaas Devisch. Dat klinkt tegendraads in een wereld die om meer empathie schreeuwt. ‘Onverschilligheid is een term die ook best een positieve betekenis mag krijgen.’


Empathie is trending. De wereld is harder geworden, we moeten onze empathiespier trainen, klinkt het. De Australische filosoof Roman Krznaric riep in zijn boek Empathie. Een revolutionair boek zelfs de empathierevolutie uit: hoe meer we ervan hebben, hoe beter. Zijn Vlaamse collega Ignaas Devisch heeft reserves bij dat kritiekloos omarmen van empathie. Je kunnen invoelen in de situatie van een ander is een goede zaak, maar tegelijk is het een grillige emotie die ook beperkingen en risico’s inhoudt – zeker als je het wil inzetten om beleid te voeren, zegt hij in zijn nieuwe boek Het empathisch teveel.


Waar komt die roep om meer empathie vandaan?

‘Ik denk dat het te maken heeft met wat je de morele globalisering kunt noemen. We hebben steeds meer perspectief op steeds meer dingen die in de wereld gebeuren, waardoor het lijkt dat het steeds slechter gaat. We krijgen de indruk dat wat we ook doen, we altijd handen en empathie te kort komen, en dan lijkt het alsof we principieel tekortschieten in alles. Mijn indruk is ook dat we gevoeliger zijn geworden voor wat zich in de wereld afspeelt. We hebben het idee dat de onverschilligheid is toegenomen, maar ik denk dat veeleer het omgekeerde het geval is. Een heel belangrijke factor zijn ook de vluchtelingencrisissen van de laatste jaren. We hebben gemerkt dat in heel wat landen op een bepaald moment de deuren zijn dichtgegaan of van meet af aan zijn dichtgebleven. Dat heeft ook veel mensen wakkergeschud.’


U haalt in uw boek Angela Merkel aan, die in de zomer van 2015 voor de camera een huilend Palestijns meisje dat waarschijnlijk Duitsland zou moeten verlaten, de boodschap meegaf dat nu eenmaal niet iedereen in Duitsland kan blijven. Er werd haar hardvochtigheid verweten. Anderhalve maand later zei ze: ‘Wir schaffen das’. Velen zagen dat als een omslag, u niet.

‘Die scène met dat meisje was bij uitstek een manifestatie van empathie. Merkel zei: nu je voor me staat, vind ik je ongelooflijk sympathiek. Natuurlijk wil je helpen, maar als er aan de grens tienduizenden mensen staan, weet je ook dat je geen mythes moet verkopen: dat lukt niet.’

‘Toen later een enorme groep vluchtelingen aan de poorten van Europa kampeerde in erbarmelijke omstandigheden omdat sommige landen hen niet binnenlieten, oordeelde Merkel: dit is een noodsituatie, we moeten dit aankunnen op een of andere manier. En ik vind dat de Duitsers dat vrij goed hebben gedaan; het is niet min, 700.000 tot 800.000 mensen inpassen – met strubbelingen uiteraard, maar toch: dat is een ongelooflijke prestatie.’

‘Het is logisch dat Merkel nadat die absolute noodsituatie wat was weggeëbd, is teruggevallen op de uitspraak die ze tegen dat Palestijnse meisje heeft gedaan: er zijn grenzen aan wat wij kunnen. Het is wat cynisch dat diegenen die haar al die beslissingen hebben zien nemen, toen zeiden: zie je wel, ze heeft ook eindelijk ingezien dat het niet kan. Terwijl Merkel als een van de weinigen in Europa de noodsituatie heeft erkend en heeft aangegeven: dit gaat om de kern van de waarden waar we in Europa voor staan. Als we dit nu niet doen, treden we die met de voeten. Ik vond het moedig dat ze toen, tegen een stuk van de publieke opinie in, dat standpunt heeft ingenomen.’


Zowel politiek rechts als links schermt met empathie, maar op een verschillende manier. Rechts verwijt links naïviteit, omgekeerd verwijt links rechts onverschilligheid.

‘Het is frappant dat links en rechts allebei empathie claimen, en tegelijk de ander verwijten dat ze ofwel te weinig of te veel empathie vertonen. Links lijkt de voorkeur te hebben liever een vluchteling dan een Vlaming te omarmen. Want als we elkaar te veel omarmen, glijden we uit in nationalisme, is het idee. Terwijl rechts net heel emotioneel is als het om de eigen identiteit gaat. Kijk naar Catalonië, dat is alleen maar emotie, eigenlijk. De klassieke opdeling tussen enerzijds links - emotie - soft - empathie, versus rechts - zakelijk - rationeel gaat niet op. De realiteit is veel complexer.’


Ze claimen allebei empathie omdat empathie per definitie als iets positiefs wordt gezien. Daar bent u het niet mee eens.

‘Er zijn grote beperkingen aan empathie. Als je het maatschappelijk wil inzetten en gebruiken als middel om sociale conflicten te reguleren of ongelijkheid te bestrijden, dan vormt het een heel floue basis. Omdat het leidt tot bewustzijnsvernauwing: je kijkt met een tunnelvisie naar één specifiek probleem, vaak van één persoon of een bepaalde groep, waar je dan in volle betrokkenheid jezelf in verliest. Empathie is bijziend. Wat op beleidsniveau nooit de bedoeling kan zijn. Daar moet je het overzicht behouden en kijken hoe je de beperkte tijd en middelen zo goed mogelijk kunt verdelen over de bevolking, daar komen onpersoonlijke criteria bij kijken. Ik vind het opvallend dat, als er vanuit liberale hoek voor empathie wordt gepleit, er tegelijk vraagtekens worden geplaatst bij de onvoorwaardelijke solidariteit. Mijn vrees is een beetje: als je solidariteit en rechtvaardigheid uitholt en empathie in de plaats stelt, dan neig je naar een soort liefdadigheidsmodel waarbij mensen alleen maar iets krijgen omdat anderen er zich goed bij voelen dat ze iets krijgen.’


Dan staat de deur open naar een soort meritocratisch model. Jij bent een kettingroker, je hebt je ziekte aan jezelf te danken en verdient dus geen of minder steun.

‘Dat zie je inderdaad al geregeld opduiken in debatten over gezondheidszorg. Het klassieke model van onvoorwaardelijke solidariteit komt onder druk. Ik heb er geen probleem mee dat mensen beseffen dat ze hun gezondheid deels zelf in handen hebben, maar als je dat als mainstreambeleid gaat doorvoeren, wordt iedereen een verzameling van eigen verdiensten. Terwijl de basisidee van solidariteit net is dat ons dingen kunnen overkomen waar we noch schuld, noch verdienste aan hebben. Omdat het iedereen kan gebeuren, zijn we solidair met degene die op dat moment getroffen wordt. De Nederlandse televisiezender BNN heeft eens een Grote Donorshow opgezet: een terminaal zieke vrouw mocht uit drie kandidaten kiezen aan wie ze haar gezonde nier zou doneren. Ze had een preselectie gemaakt: de kandidaten mochten niet ouder zijn dan 50 en niet jonger dan 18, mochten niet roken en niet werkloos zijn. Achteraf bleek de hele show opgezet spel, met de bedoeling aandacht te vestigen op het tekort aan donororganen, maar hij toonde tegelijk mooi aan wat er gebeurt als je het principe van de solidariteit uitholt: alsof je geen recht zou hebben op een nieuwe nier omdat je werkloos bent. Zo ontstaan zware perversies.’

‘Een steuntrekker hoeft niet sexy te zijn om steun te krijgen. We hoeven elkaar niet persoonlijk te kennen om te beseffen dat het werkbaar kan zijn dat we allemaal een stuk van onze wedde afstaan in ruil voor het idee dat we er ook een beroep kunnen op doen. In die zin vond ik het vreemd dat Gwendolyn Rutten in haar boek Nieuwe vrijheid de anonimiteit en vervreemding van het systeem aanklaagt: je geeft aan de anonieme Waal, de anonieme Griek… Dan denk ik: dat hebben we toch altijd gedaan? Als je dat model in vraag stelt, schaf dan meteen de hele sociale zekerheid af. Dan is het duidelijk dat je alleen zegt: wat we in onze eigen kring doen, doen we beter. Die anonimiteit is geen issue. Gelukkig maar dat het er in zekere mate onpersoonlijk of onverschillig aan toe gaat. Stel je eens voor dat je die onvoorwaardelijke solidariteit uitschakelt en zuiver empathie in de plaats stelt: dan haal je er onvermijdelijk een paar panda’s uit en de rest blijft in de kou staan. Niet iedereen is een panda, niet iedereen is aaibaar. Bij een noodsituatie mag dat geen rol spelen.’


‘Ik voel me net een babypanda die je probeert te adopteren op een website.’ Dat was wat de haar land ontvluchte Turkse schrijfster Ece Temelkuran antwoordde aan een Engelse vrouw die medelijdend vroeg: ‘Wat KUNNEN we voor je doen? U noemt dat verschijnsel in uw boek de slachtofferplicht.

‘Veel mensen erkennen niet dat als ze iets geven, ze dat ook een stuk voor zichzelf doen. Degene aan wie je geeft, wordt in de positie geduwd die je een goed gevoel moet geven, hij moet een onschuldig slachtoffer zijn. Als dan blijkt dat het om mensen gaat met goede en kleine kanten, met morele ambivalenties, dan kan die empathie omslaan in een soort chagrijn, verontwaardiging ook, zelfs woede. Dan noemen we hen ondankbaar en worden onverschillig in de slechte zin van het woord. Het doet me ook denken aan de film Import Export van de Oostenrijker Ulrich Seidl. Daarin migreert een Oekraïense verpleegster naar Oostenrijk omdat ze in Oekraïne niets verdient. Haar diploma is in Oostenrijk niet geldig. Ze vindt een baan als poetsvrouw bij een bourgeois gezin, waar ze bijna letterlijk op de knieën moet vallen omdat ze dankzij hen een baan heeft en met een tandenborstel de spijlen van de trap mag poetsen. Ze loopt na twee dagen van brute colère weg omdat het niet uit te houden is. Seidl toont beenhard dat degene die geeft, zichzelf in een moreel superieure positie plaatst. En als degene die krijgt dat gevoel frustreert, volgt verontwaardiging. Wie zich het meest bedrogen voelt in zijn empathisch gevoel, zal zich het meest verontwaardigen over wat er gebeurt. Op die manier kan empathie omslaan in een vorm van geweld. Dat is iets wat we moeten onderkennen.’


Een van de problemen van empathie is ook dat het gemanipuleerd kan worden, zoals bleek toen het chemiebedrijf Alexion met de hulp van betaalde tussenpersonen de publieke opinie bewerkte via het zieke jongetje Viktor Ameys. Met de bedoeling haar peperdure geneesmiddel Soliris door de Belgische ziekteverzekering te laten erkennen en terugbetalen.

‘Het probleem met empathie is dat iets het op een bepaald moment lijkt over te nemen van onszelf. We redeneren niet meer, we denken alleen nog: deze jongen moet worden geholpen. Het gaat om instinctieve morele gevoelens, die onze zin voor nuance en kritisch denken op een laag pitje zetten. Maar het beleid moet denken aan het hele plaatje, en het moet coherent en verdedigbaar zijn. Anders wordt het afhankelijk van willekeur.’

‘Beelden kunnen heel krachtig inwerken: als er geen foto van de zieke zevenjarige Viktor was geweest, had dit nooit zo’n emotie kunnen opwekken. Een beeld is een krachtig medium om empathie op te wekken.’


De publieke opinie kan op zulke momenten een enorme druk uitoefenen op beleidsmakers via de sociale media.

‘Ja, die hebben een enorm mobiliserend vermogen, en werken met het middel van de verontwaardiging. Die wordt op zo’n momenten heel snel gedeeld: één zin wordt uit zijn context gehaald, één casus wordt opgelicht, en je krijgt de massale reflex: dit kan niet. Daar zie je heel goed die bewustzijnsvernauwing aan het werk. Als je dan een beleidsmaker bent en je ziet die aantallen van uur tot uur stijgen, dan moet je verdomd sterk in je schoenen staan om te zeggen: ik ga hier niet in mee. Ik zou beleidsmensen adviseren niet te veel met die sociale media mee te doen, want dan is je beleid nog meer afgestemd op je perceptie. Je moet in staat zijn op iets langere termijn te kijken. Maar het wordt er niet gemakkelijker op.’


Tonen sociale media ons dan soms de ranzige kant van empathie?

‘Sociale media kunnen mensen ophemelen, en mensen vernietigen. Dat kan heel snel omslaan: één verkeerde uitspraak, één verkeerde handeling en je wordt door de vleesmolen gehaald. Het is ook verbazend hoe snel je alleen maar vergif krijgt als je iets op Twitter post. Zo ga je in een gewoon café toch niet met elkaar om? Dat is beangstigend, omdat je die enorme rauwheid van emoties aan het werk ziet. Ik denk dat we heel goed moeten nadenken over welke plaats dit kan krijgen in de maatschappij, want het kan enorm veel kapotmaken.’


Het centrale idee in uw boek is dat we op zoek moeten naar een werkbare onverschilligheid. Dat klinkt tegendraads.

‘Onverschilligheid is een term die ook best een positieve betekenis mag krijgen. Het is goed om empathisch te zijn, maar je kunt nu eenmaal niet op alles en iedereen betrokken zijn. Dan leg je de lat te hoog. Empathie heeft grenzen. Als je die niet respecteert, kom je in een gevarenzone. Wie empathie overaccentueert, lijkt te pleiten voor een warme samenleving, maar creëert een risico op die omslag naar meer hardheid, woede en verontwaardiging. Dat is de kwestie: je hebt best wel een emmertje empathie bij de hand, maar maak er geen hele rivier van. Anders dreig je op termijn te belanden in onwerkbare onverschilligheid.’


DSL, 27-10-2017 (Veerle Vanden Bosch)
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you
down to their level and beat you with experience." (c)TB
Met citaat antwoorden
Antwoord


Onderwerp Opties Zoek in onderwerp
Zoek in onderwerp:

Uitgebreid Zoeken
Weergave Modus Stem op dit onderwerp:
Stem op dit onderwerp::

Posting Regels
Je mag niet nieuwe onderwerpen maken
Je mag niet reageren op posts
Je mag niet bijlagen posten
Je mag niet jouw posts bewerken

vB code is Aan
Smilies zijn Aan
[IMG] code is Aan
HTML code is Uit
Forumsprong



Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 18:52.


Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.