|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
|||
|
|||
Eén op de twaalf worstelt ermee: postnatale depressie bij vaders onvoldoende erkend
Ruim één op de twaalf kersverse vaders worstelt met een postnatale depressie, maar het gros zoekt geen hulp, zo toont nieuw onderzoek. ‘Het is echt iets anders dan de typische uitputting’, zegt de Zweedse professor Elia Psouni. Maar deze vaders botsen én tegen het maatschappelijke dictaat van de roze wolk én tegen de verwachting dat mannen stoer blijven.
Het is niet omdat we er nooit iets over horen dat het niet bestaat. Bekend is dat minstens tien procent van de nieuwe moeders met een postnatale depressie af te rekenen krijgt, maar internationale onderzoeken tonen dat ook tussen de 8,7 en de dertien procent van de nieuwe vaders in die put belanden. De nieuwe studie van professor Psouni, hoofd van de afdeling ontwikkelingspyschologie aan de Universiteit van Lund, suggereert zelfs dat het om nog meer mannen gaat, omdat postnatale depressie bij mannen veel minder herkend wordt, zowel door zorgverleners als door de mannen zelf. “Meer dan tachtig procent zoekt geen hulp”, zegt Psouni. Verbazend is dat niet, want de meesten weten niet eens dat het bestaat. “Maar zowel de praktijk als studies laten dat zien dat sommige vaders hier wel degelijk mee te maken krijgen”, bevestigt perinataal psychiater Titia Hompes (UPC KU Leuven). Zelfverminking En het om meer dan de eerste aanpassingen na een geboorte. “We hebben gevalideerde methodes om depressie vast te stellen en. Deze mannen lijden onder een reeks symptomen die daaraan voldoen en die veel verder gaan dan de klassieke vermoeidheid in de eerste periode”, zegt Hompes. SHARE 'De impact van postnatale depressie bij vaders is niet te onderschatten. Ze verwaarlozen de interactie met hun kind, wat de ontwikkeling kan remmen, of ze putten zich net helemaal uit om vooral niets verkeerd te doen, wat ze dan niet volhouden' ELIA PSOUNI, HOOFD ONTWIKKELINGSPSYCHOLOGIE AAN DE UNIVERSITEIT VAN LUND Psouni ziet in haar onderzoek zelfs dat zelfverminking een van de symptomen is bij één derde van de vaders die hiermee worstelen. “Niets om weg te relativeren dus”, aldus de Zweedse professor. “Ook al niet omdat de impact niet te onderschatten is. Deze vaders verwaarlozen de interactie met hun kind, wat later problemen kan geven in de ontwikkeling, of ze putten zich net helemaal uit om vooral niets verkeerd te doen, wat ze dan niet volhouden. In extreme gevallen gedragen ze zich erg hard tegenover hun kind.” Te weinig rolmodellen TITIA HOMPES, PERINATAAL PSYCHIATER (UZLEUVEN) Oorzaken zijn een combinatie van sociale, psychologische en zelfs biologische factoren. Zo blijkt dat bij mannen in deze fase het testosterongehalte zakt, wat hen kwetsbaarder maakt voor een donkerder gemoed. Ook moeilijkheden op het werk, een pover sociaal netwerk, een recent verlies, zich niet gehoord voelen in hun relatie en samen zijn met een mama die postnataal depressief is, verhogen het risico. De mannen in het onderzoek van Psouni noemen als triggers ook te weinig rolmodellen hebben en de combinatie van hun nieuwe vaderrol met redelijk snel na de geboorte opnieuw presteren op het werk. Maar de postnataal depressieve vaders blijven dus onder de radar. Naast gebrek aan kennis over het fenomeen, speelt hier ook maatschappelijke druk. Hompes: “Ook vaders voelen hoe de buitenwereld verwacht dat je op een roze wolk drijft. Dit naast het feit dat mannen minder makkelijk hun emoties uiten. De neiging erover te zwijgen is bij mannen dus nog groter.” Psouni ziet ook dat mannen hun worsteling anders uiten. “Zweedse moeders worden op postnatale depressie gescreend via een specifieke vragenlijst. Maar als mannen daar al aan zouden meedoen, blijkt dat niet op hen afgestemd, omdat mannen zij andere symptomen vertonen. Bij hen gaat het eerder om snel geïrriteerd zijn, weinig zelfcontrole hebben en rusteloos zijn. Die signalen worden zelden herkend”, zegt Psouni. Een app voor mannen Daarom heeft haar team een vragenlijst ontwikkeld die wel op mannen is afgestemd. Omdat zij na een geboorte niet of nauwelijks met zorgverleners in contact komen, stelt Psouni voor er een app van te maken die iedere nieuwe vader toegestuurd krijgt, waarop dan indien nodig contact met hulpverleners mogelijk is. TITIA HOMPES, PERINATAAL PSYCHIATER (UZLEUVEN) Hompes is enthousiast. “Momenteel worden vaders al te vaak genegeerd in dit verhaal. Door de resolutie betreffende ‘de vroegtijdige detectie en behandeling van de postnatale depressie’ wordt er momenteel nagedacht over goede screening bij (wordende) moeders. Ideaal zou zijn als er ook aandacht en screening zou zijn bij (wordende) vaders. Uiteraard dient dit alles dan ook gebed te zijn in de uitbouw van goede zorgpaden om kwalitatieve zorgverlening te garanderen voor kwetsbare (wordende) ouders. Het zweedse idee is een inspirerend voorbeeld.” EIGEN MENING: Ik heb er zelf nooit eerder bij stil gestaan maar na het lezen van dit artikel besef ik dat vaders inderdaad op de achtergrond verdwijnen als het over postnatale depressies gaat. Als er artikels verschijnen gaat dit meestal over het moeilijk aanpassen aan de nieuwe levensstijl bij vrouwen bij het ouderschap. Als ik lees dat er vaders zijn die zichzelf gaan verminken dan schrik ik hier wel erg van. Dit vind ik heel ver gaan. Vaders worden inderdaad verwacht op die roze wolk te zitten en zich niet zwak te laten overkomen omdat ze dan een deeltje van hun mannelijkheid zouden verliezen. Het wordt volgens mij beter geaccepteerd dat vrouwen het emotioneel moeilijk hebben na de geboorte van hun kind dan de vader. Ik vind het schrijnend dat vaders een minder intense band zouden hebben of hard zouden zijn tegen hun kind. De combinatie van slaaptekort,druk van buitenaf,werk, ... is niet te onderschatten. BRON: https://www.demorgen.be/binnenland/...rkend-b85d1680/ op 8/11/2017 |