HLN update België, Griekenland, de Verenigde Staten, Italië en het Verenigd Koninkrijk worden door de VN-kinderrechtenorganisatie Unicef met de vinger gewezen omdat ze hun meest kwetsbare kinderen veel verder achterop laten geraken dan andere welvarende OESO-landen.

Het Unicef-onderzoekscentrum Innocenti publiceert vandaag een rapport over ongelijkheid in welzijn bij kinderen. Denemarken, Finland, Ierland, Zwitserland en Nederland komen als beste uit het rapport.

"Aandacht omzetten in beleid"
Ons land scoort evenwel beduidend slechter. Vooral op het vlak van onderwijs laat België de zwakste kinderen ver achterop raken. Professor Chris De Neubourg, die aan het onderzoek meewerkte, blijft voorzichtig over een verklaring waarom België helemaal achteraan bengelt in de rangschikking wat betreft gelijkheid in het onderwijs. "Meerdere factoren kunnen een rol spelen. We gaan dat nu verder onderzoeken. Wellicht speelt de demografische samenstelling van de Belgische bevolking een rol. Kinderen met dezelfde sociaal-economische achtergrond zitten ook vaak samen in dezelfde school."

Kinderen uit de laagste sociale klassen die naar scholen gaan met gemiddeld veel sociaal-economisch zwakkere kinderen, hebben meer kans om achterop te raken, blijkt uit het rapport. "België is momenteel voorzitter van de Europese Unie. Er is veel te doen over armoede bij kinderen, maar er staat nog niet veel op papier", zegt Gaëlle Buysschaert van Unicef België. "We willen de aandacht omgezet zien in beleid. Armoedebestrijding bij kinderen vraagt een coherente aanpak die zich uitstrekt over alle beleidsdomeinen."

"We weten dat het nu niet het moment is om meer budget te vragen, maar we pleiten er wel voor om op zijn minst goed na te denken alvorens te gaan snoeien", besluit Buysschaert.

Ongelijkheid meten
De ongelijkheid bij kinderen werd gemeten in drie categorieën: materieel welzijn, welzijn op het vlak van onderwijs en welzijn op het vlak van gezondheid. In elk land werd een "gemiddeld" kind vergeleken met kinderen die achterophinken (het tiende percentiel). Hoe groter het verschil, hoe groter de ongelijkheid.

Volgens Unicef tonen honderden studies aan dat kinderen die te ver achterop geraken, een zware kost met zich meebrengen. "De zwaarste kost is voor het kind", zegt het rapport, "Maar ook de maatschappij krijgt de rekening gepresenteerd in de vorm van een toegenomen druk op gezondheidsdiensten, bijscholing en welzijn- en sociale beschermingsprogramma's."

Uitsluiting snel opsporen
Uit het rapport blijkt volgens Unicef dat een grotere gelijkheid onder kinderen kan worden bereikt zonder in te boeten op het vlak van efficiëntie en economische prestaties.

"De 24 landen die in de studie met elkaar vergeleken worden, zijn allemaal sterk ontwikkelde landen. Het feit dat sommige onder hen beter doen dan andere, bewijst dat het patroon van ongelijkheid kan worden doorbroken, en dat als uitsluiting in een vroeg stadium geïdentificeerd is, actie kan worden ondernomen om een diepe val te voorkomen", concludeert Unicef. (belga/vsv/tw)

www.hln.be

Mijn mening: Ik vind dit nogal een vreemd artikel eigenlijk. Mijn mening is dat de kinderen die hier in België wonen normaal gezien wel een goed leven lijden. Oké, ook hier zijn kinderen die achterop lopen maar dit is overal zo. Bij ons is het daarom nog niet het ergste, het verschil tussen de twee is gewoon het grootst. Ik vind dit wel een niet zo correcte manier om zoiets te onderzoeken. Als men zou zien hoe sterk de kinderen achteruit gesteld zouden zijn bijvoorbeeld, zou België volgens mij niet zo slecht scoren. Het is maar hoe je het bekijkt. Bij het artikel liet men dan ook een foto zien van kinderen in de kou, kinderen die samen met hun ouders asiel kwamen aanvragen. Dit is ook niet echt correct. Wij hebben momenteel te weinig plaatsen, dit is inderdaad niet correct. Maar wat ook niet correct is, is dat asielzoekers binnen blijven stromen. Zo blijft er natuurlijk een probleem.

Bij het lezen van dit artikel ben ik wel verbaasd dat België hier slecht scoort.
Ik heb altijd al het idee gehad dat er in onze maatschappij veel gedaan wordt voor kinderen die iets achterop staan ten opzicht van anderen. In het onderwijs wordt ieder kind individueel gevolgd en krijgt bijscholing daar waar nodig. Ik vraag me toch af of de situatie van de ouders hier niet aan de basis ligt? Wanneer er in de test vele kinderen van migranten, die misschien onze taal niet spreken, gevolgd zijn, dan begrijp ik dat deze kinderen een kost voor onze maatschappij betekenen.Toch ben ik ervan overtuigd dat in België alle kinderen veel kansen krijgen om zicht optimaal te onwikkelen.

ie naar scholen gaan met gemiddeld veel sociaal-economisch zwakkere kinderen, hebben meer kans om achterop te raken, blijkt uit het rapport. "België is momenteel voorzitter van de Europese Unie. Er is veel te doen over armoede bij kinderen, maar er staat nog niet veel op papier", zegt Gaëlle Buysschaert van Unicef België. "We willen de aandacht omgezet zien in beleid. Armoedebestrijding bij kinderen vraagt een coherente aanpak die zich uitstrekt over alle beleidsdomeinen."

"We weten dat het nu niet het moment is om meer budget te vragen, maar we pleiten er wel voor om op zijn minst goed na te denken alvorens te gaan snoeien", besluit Buysschaert.

Drie categorieën
De ongelijkheid bij kinderen werd gemeten in drie categorieën: materieel welzijn, welzijn op het vlak van onderwijs en welzijn op het vlak van gezondheid. In elk land werd een "gemiddeld" kind vergeleken met kinderen die achterophinken (het tiende percentiel). Hoe groter het verschil, hoe groter de ongelijkheid.

Volgens Unicef tonen honderden studies aan dat kinderen die te ver achterop geraken, een zware kost met zich meebrengen. "De zwaarste kost is voor het kind", zegt het rapport, "Maar ook de maatschappij krijgt de rekening gepresenteerd in de vorm van een toegenomen druk op gezondheidsdiensten, bijscholing en welzijn- en sociale beschermingsprogramma's."

Uit het rapport blijkt volgens Unicef dat een grotere gelijkheid onder kinderen kan worden bereikt zonder in te boeten op het vlak van efficiëntie en economische prestaties.

"De 24 landen die in de studie met elkaar vergeleken worden, zijn allemaal sterk ontwikkelde landen. Het feit dat sommige onder hen beter doen dan andere, bewijst dat het patroon van ongelijkheid kan worden doorbroken, en dat als uitsluiting in een vroeg stadium geïdentificeerd is, actie kan worden ondernomen om een diepe val te voorkomen", concludeert Unicef.

Datum: 03/12/2010
Bron: De Morgen

Eigen mening:
Dat een land als België dit nog kan laten gebeuren. België is een sterk ontwikkeld land en heeft vroeger toch altijd hoog gescoord op onderwijsniveau. Waarom kan ons land dan de zwaksten in de kou laten staan? Elk individu heeft recht op leren en als dat wat moeilijker gaat, moet er extra hulp komen.