actualiteitsforums  

Ga Terug   actualiteitsforums > NASLAG > Sociaal-wetenschappelijke achtergronden
Gebruikersnaam
Wachtwoord
Home FORUMS Registreer Arcade Zoeken Posts van vandaag Markeer Forums als Gelezen

Antwoord
 
Onderwerp Opties Zoek in onderwerp Waardeer Onderwerp Weergave Modus
  #1  
Oud 10th November 2008, 21:13
Barst's Avatar
Barst Barst is offline
Administrator
 
Geregistreerd op: Jun 2004
Locatie: L'burg
Posts: 16,562
Post Hoe Belgisch is Nederland, hoe Hollands Vlaanderen?

Hoe Belgisch is Nederland, hoe Hollands Vlaanderen?


Wat hebben Vlaanderen en Nederland nog met elkaar gemeen? Dat was het thema van de 25ste Pacificatielezing die Herman Pleij afgelopen zaterdag gaf. 'De Hollandse gezelligheid komt uit Vlaanderen. En het is niet alleen bij gezelligheid gebleven.'



'Gezellig' is een Hollands woord dat bij uitstek het Nederlandse welbevinden in kleine kring probeert te karakteriseren. Het typeert een kleinschalige kneuterigheid die met name in het gezinsleven zijn bekroning vindt. Binnenshuis creëert men gezelligheid, dat wil zeggen veiligheid en geborgenheid, die met allerlei rituelen bezegeld wordt: koffiedrinken, verjaardagen vieren in een kring, samen tv-kijken, zelfs gezellig vrijen en natuurlijk ook het vieren van allerlei gezinsfeesten zoals Sinterklaas, Kerstmis, Pasen, Pinksteren, Oudjaar - in Nederland wordt alles aangegrepen voor de cultivering van gezelligheid in huiselijke kring.

Incidenteel kan deze gezelligheid op transport naar het stamcafé of de buurtbioscoop. Maar eigenlijk houdt elke gezelligheid op zo gauw men zich in een publieke ruimte begeeft met meer dan twee personen, om plaats te maken voor massale betuigingen van saamhorigheid. Die nemen steeds hysterischer trekken aan. Voorbeelden zijn de nieuwjaarsduik waarbij honderdduizenden met oranje en rood-wit-blauwe attributen in ijskoud zeewater springen, Koninginnedag als enige nationale feestdag ter wereld die in het teken van de vrijhandel staat en de bij elk internationaal sportevenement overweldigende horden Oranjesupporters die het voetballen, schaatsen of zwemmen aangrijpen om hun verbondenheid luidruchtig te afficheren.

Men moet zich echter niet verkijken op die overal rondhossende massa's in het oranje. Het gaat eerder om compensaties voor de verstikkende gezelligheid die het gezinsleven thuis aanricht. Maar dat blijft hoe dan ook het besliste richtpunt voor de Nederlandse samenleving. Daarin zijn kleinschaligheid en decentralisme sinds de Gouden Eeuw de sleutelwoorden voor een opmerkelijke welvaart, die al eeuwenlang voortduurt en als voornaamste kenmerk de sterke spreiding onder de bevolking heeft - iedereen kan meeprofiteren. Dat is Nederland ten voeten uit: zwak centrum, sterke regio, afkeer van hiërarchie en leiderschap, en een bijna overdreven hang naar gelijkwaardigheid. En steeds valt daarbij het woord 'gezellig(heid)', veelzeggend terug te vinden in de bekendste leuze om de vrede te bewaren in conflictsituaties: het moet wél gezellig blijven…

De bevolking zelf acht het begrip zo typisch Nederlands, dat men graag volhoudt dat het niet te vertalen zou zijn. Maar de betekenisontwikkeling van het woord 'gezellig' in de richting van het gezinsleven wijst onmiskenbaar naar de Vlaams-Brabantse stadscultuur van de late middeleeuwen. Daar wordt het kerngezin populair, bestaande uit vader, moeder en de kinderen. Het vindt zijn inspiratie vooral in de arbeidsdeling die de grondslag vormt voor het succes van de stedelijke economie. Ooit is met 'gezellig' de verbondenheid uitgedrukt van gelijkwaardige mensen die niet zonder elkaar kunnen bestaan. We zijn immers gezellen op aarde, verbonden door hetzelfde lot. In praktische zin benoemt 'gezelligheid' de solidariteit binnen de stedelijke gilden en broederschappen. En van daaruit verhuist het ten slotte naar het gezin. Binnen deze kleinste productie-eenheid kan men niet buiten die noodzakelijke gezelligheid. In dat verband onderstreept een Gentse commentator op Boethius' Troost van de wijsheid (oorspronkelijk uit de vijfde eeuw) in de vijftiende eeuw hoezeer 'de mens van nature gezellig is en niet lang eenzaam en alleen kan blijven.'

Die Hollandse gezelligheid komt dus uit Vlaanderen. En het is niet alleen bij gezelligheid gebleven. Het uiteenvallen van de Lage Landen in de zestiende eeuw en de afscheiding in 1830 (of 1839) hebben een langgerekt proces van concurrerende profileringen in beweging gezet die willens en wetens het zicht benomen hebben op de gedeelde beginsituatie. In Nederland lijkt men zich daar nog het minst van bewust. Zeker vanaf de Tweede Wereldoorlog ziet men België graag als een feestvoorziening van het eigen land. In deze paradijstuin voor culinair en ander zinnelijk genot kan men tijdelijk de beest uithangen, om daarna weer opgelucht de strakke orde van het vaderland te aanvaarden. Door die beeldvorming zijn Belgen uitgegroeid tot bourgondische feestgangers die immer breugeliaans tafelen, het liefst met de vlakke hand in een plas bier slaan, onafgebroken op elkaars vrouwen en mannen jagen, bulderend zingen, met vaandels zwaaien en tegelijkertijd de katholieke kerk in ere houden om door periodieke boetedoening steeds weer opnieuw te kunnen zondigen. Never a dull moment in het Zuiden. En die zekerheid richt navenante slemppartijen aan in het weekend in de centra van Vlaamse steden. Van Nederlanders wel te verstaan.

Die beeldvorming werkt nog zo sterk door, dat Nederlanders desgevraagd de aandoenlijke Vlamingen vanwege hun aanhoudende regeringscrisis met open armen binnen het eigen koninkrijk willen opnemen. Wat aantrekkelijk om het uitgaansparadijs in de eigen achtertuin te hebben! In Vlaanderen zelf leeft deze gedachte allerminst. Hoewel er talrijke scenario's bestaan om uit de impasse te raken, komt de optie van hereniging met het Noorden nauwelijks voor. Heel begrijpelijk, want die eeuwenlange verwijdering heeft beduidend andere gemeenschappen gecreëerd die welke hereniging dan ook op zijn minst heel onwenselijk maken.

Deze inmiddels onderscheiden samenlevingen hebben echter een gemeenschappelijke voedingsbodem, om te beginnen in de taal. Het lijkt verstandig om zich op deze verbondenheid te blijven bezinnen. Europa lukt het best als de lidstaten zich principieel rekenschap geven van hun collectieve mentaliteiten en de groei daarvan, met bijzondere aandacht voor de verschillen en overeenkomsten. Hoe komt het dat we zijn wie we zijn en denken wat we denken?

Zo valt buitenlanders onmiddellijk op hoe snel Nederlanders elkaar tutoyeren. Door meteen je en jij te zeggen (het joviaal vermijden van moeilijke woorden hoort hier ook bij), effent men de vloer voor zakelijke contacten. Daarbij erkent men elkaars gelijkwaardigheid. Bevestigingen daarvan behoren tot de belangrijkste rituelen in Nederland. Verbeeld je maar niets, doe maar gewoon, denk maar niet dat je wat voorstelt. Daarom staan we al in de middeleeuwen bekend als botte Hollanders, nog verdedigd door Erasmus als mensen die recht voor hun raap durven te zeggen waar het op staat. Zulke mentaliteiten horen bij een nederzettingsgeschiedenis die nauwelijks hiërarchieën (er)kent en collegiaal bestuur voorstaat. Vraag je op een congres waar de voorzitter is, dan duikt die pas na veel zoeken op, blijkt geen enkel onderscheidingsteken te dragen en noemt zich bij voorkeur gespreksleider. En het liefst omschrijft hij zichzelf nog als iemand die de boel een beetje bij elkaar houdt.

De contrastering van het eigene in Nederland en Vlaanderen zal eerder verscherpen dan vervagen. Europa en de mondialisering zetten in het bijzonder aan tot profilering van de eigen nederzettingsgeschiedenis. Gaat men daarbij ver genoeg terug, dan komen België en Nederland elkaar vanzelf weer tegen. En de bezinning op de gemeenschappelijke fundamenten en de sporen daarvan in de huidige omgangsvormen en mentaliteiten verhoogt onvermijdelijk het begrip voor elkaars standpunten en ambities. Dat is een groot goed bij de eenwording van Europa en het opgaan in de wereld.

Herman Pleij is emeritus hoogleraar Historische Nederlandse Letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Dit is een bekorte versie van de toespraak. De volledige tekst van de Pacificatielezing wordt uitgegeven door uitgeverij Larcier en is te bestellen op:

www.pacificatielezingen.org


DS, 10-11-2008
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you
down to their level and beat you with experience." (c)TB
Met citaat antwoorden
Antwoord


Onderwerp Opties Zoek in onderwerp
Zoek in onderwerp:

Uitgebreid Zoeken
Weergave Modus Stem op dit onderwerp:
Stem op dit onderwerp::

Posting Regels
Je mag niet nieuwe onderwerpen maken
Je mag niet reageren op posts
Je mag niet bijlagen posten
Je mag niet jouw posts bewerken

vB code is Aan
Smilies zijn Aan
[IMG] code is Aan
HTML code is Uit
Forumsprong



Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 07:31.


Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.