Internetonderwijs voor alle langdurig zieken

Bednet, een dienst waarbij langdurig- of chronisch zieke kinderen thuis via een webcam de lessen in hun klas kunnen volgen, krijgt de Prijs van het Europees Burgerschap 2014. Om tegemoet te komen aan de vele aanvragen, verviervoudigt Vlaams minister Hilde Crevits (CD&V) de ondersteuning van Bednet.
Europarlementslid Ivo Belet (CD&V) en zijn partijgenoot Vlaams Onderwijsminister Hilde Crevits overhandigden de prijs in de Basisschool Massemen (Wetteren), waar de 9-jarige Evelien uit het derde leerjaar al twee jaar les volgt via Bednet.
‘Tijdens de zomervakantie 2013 werd bij haar een hersentumor vastgesteld waarvoor zij in behandeling is in het UZ te Gent’, zegt directrice Conny Decorte. ‘Evelien volgt les in het ziekenhuis. De lessen vanuit de klas worden thuis gevolgd via Bednet. Op die manier wordt de leerachterstand beperkt en blijft zij contact houden met haar klas en de school, wat voor haar héél belangrijk is.’
Bednet is één van de 47 projecten in de Europese Unie die in 2014 de prijs krijgt. Bednet vzw maakt het in Vlaanderen mogelijk om via een technologisch systeem, langdurig zieke kinderen en jongeren van thuis uit simultaan lessen te laten volgen en actief te laten participeren aan het onderwijsgebeuren. Zo wordt de leerachterstand beperkt en kan zittenblijven zo veel mogelijk vermeden worden.
De kandidatuur werd voorgedragen door Belet. ‘Onderwijs en opleiding zijn essentieel om in onze samenleving zijn plaats te kunnen innemen, en één van de fundamenten voor een echt burgerschap’, zegt Belet daarover.
Bednet is voor de kinderen en scholen gratis en wordt geleidelijk uitgebouwd voor alle langdurig zieke kinderen door een decretale verankering, vanaf 1 september 2015. Vanaf dan is het een recht voor elk langdurig ziek kind.
Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits voorziet vanaf dit jaar ruim één miljoen euro voor Bednet, dat is vier keer meer dan nu het geval is. ‘Synchroon Internetonderwijs is sinds 23 april structureel ingebed in onze regelgeving’, zegt Crevits.

Bron: http://www.standaard.be/cnt/dmf20150127_01496001
Datum: 27/01/2015 om 12:41

Mening

Dit is een interessant artikel. Ik vind het goed dat er geld vrijgemaakt wordt om langdurig zieke leerlingen te helpen. De ziekte op zich is voor de leerlingen al heel zwaar. Als deze leerlingen niet meer naar school kunnen en hun vrienden niet meer kunnen zien zullen ze zich verdrietig voelen. Ze zijn er niet in levende lijve, maar gewoon het zien van de klas en het gevoel hebben dat ze erbij horen kan al een grote steun zijn door deze zieke leerlingen. Nog een voordeel is dat de leerling in kwestie dan geen onnodige schoolachterstand oploopt. Het is onmogelijk om van de ouders te verwachten dat ze de leerling met alles kunnen helpen en alles op een correcte manier kunnen uitleggen. Ze zullen het zeker proberen, maar dit geeft nog altijd een ander gevoel dan wanneer de leerling ‘aanwezig’ kan zijn tijdens de les. Op die manier weet de leerling ook exact wat de andere leerlingen geleerd hebben en kan hij/zij vragen stellen als er iets onduidelijk is. Ik denk dat het ook belangrijk is dat de medeleerlingen op de hoogte gesteld worden zodat ze weten wat er aan de hand is om misverstanden te voorkomen. Laat desnoods de zieke leerling zelf uitleggen hoe de situatie in elkaar zit. Dit geeft hem/haar weer het gevoel dat er naar hem/haar geluisterd wordt. Het is erg belangrijk om langdurig zieke leerlingen toch zo veel mogelijk te laten deelnemen aan dagdagelijkse activiteiten, al is het via een computerscherm, zo voorkom je dat de leerling geïsoleerd raakt van de buitenwereld en zich een buitenbeentje voelt. Er is niets zo onprettig als denken dat je er niet bijhoort, dus deze leerlingen zullen het ten zeerste appreciëren dat er aandacht aan hen besteed wordt.