|
Bekijk Resultaten Peiling: Studentenarbeid alleen toelaten *als studies er niet onder lijden? | |||
Akkoord | 0 | 0% | |
Niet akkoord | 0 | 0% | |
Stemmers: 0. U mag niet stemmen in deze peiling |
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
||||
|
||||
Stop studentenarbeid
Stop studentenarbeid
Vanaf volgend jaar mogen studenten 475 uren in plaats van 50 dagen werken in het statuut van studentenjob. Yves Stevens staat er niet bij te juichen: een student moet studeren, niet werken. Vraagt de prof: ‘Maandagochtend om halftien? Zou dat passen?’ Antwoord van de student: ‘Neen, dan moet ik werken.’ Tweede voorstel van de prof: ‘Donderdag om 17u30? Zou dat passen?’ Antwoord van de student: ‘Neen, dan moet ik ook werken’. Al te vaak word ik betrokken in dit soort e-mailconversaties. Het is om moedeloos van te worden hoe moeilijk je tegenwoordig met studenten een afspraak kan maken. Met stijgende verbazing merk ik dat studenten steeds meer werken tijdens hun studies. Je vraagt je af wat voor hen prioriteit is: studeren of werken? Een standaardantwoord is daar niet op. Duidelijk is wel dat werken een meer prominente plaats inneemt in het studentenleven dan pakweg vijftien jaar geleden. En ik heb het hier niet over de werkstudenten maar over de ‘gewone’ studenten die bijklussen. Wat moeten studenten doen? Vorige week lazen we dat het financieel een groot verschil kan maken of je een studentenjob aanneemt in de horeca dan wel als poetser werkt of in de luchthaven aan de slag gaat (DS 8 juli). Maar ik pleit voor een ander antwoord op die vraag. Een antwoord dat ook niet aan bod komt in de discussie over de uitbreiding en flexibilisering van de studentenjobs. En dat antwoord luidt: studeren! De bedenkers van allerhande versoepelingssystemen voor studentenarbeid lijken wel vergeten dat het dat is wat studenten moeten doen. Het zou nochtans het enige vertrekpunt moeten zijn in dit debat. Het beleid zegt wel dat studeren op de eerste plaats moet komen, maar het handelt in de tegenovergestelde richting. Laat mij een aantal vragen stellen die het debat in de juiste richting moeten sturen. Moeten studenten werken? Als het antwoord resoluut ja is, dan is er iets grondig mis met de financiering van ons hoger onderwijs. Dat is ook zo. Elk jaar opnieuw heb ik één of twee studenten die moeten werken om hun studies te bekostigen. Dat is intriest. Zij verdienen beter. Het is onze welvaartsstaat onwaardig, ondanks beurzen allerhande en leeflonen. Die paar studenten (en hun ouders) moeten beter ondersteund worden. Maar laten we eerlijk zijn: het merendeel van de studenten die werken, doet dat niet om zelf de studies te bekostigen – en maar goed ook. Het is hen erom te doen wat extra blingbling te kunnen aanschaffen. Is dat erg? Hangt ervan af. Mógen studenten dan werken? Werken zou idealiter alleen maar toegelaten mogen worden als de studies er niet onder lijden. Als maatschappij promoten we studentenjobs, maar we staan er niet bij stil dat ze in sommige gevallen tot een verlenging van de studieduur kunnen leiden. En wat is daarvan de maatschappelijke kostprijs? Niemand die het weet. Vandaar: laat alleen die studenten die voldoende sterk zijn nog werken, en/of laat ze alleen werken tijdens de vakantieperiodes. Studieresultaten zijn eigenlijk de beste parameter om te bepalen of iemand er nog een studentenjob ‘kan bijnemen’. Vallen er dan studenten uit de boot? Ja, ongetwijfeld. Maar een maatschappij die studenten nodig heeft als motor van de economie moet zich een heel andere vraag stellen. Moeten studenten die werken meer of minder betalen voor hun studies? In Nederland kijken ze allang niet meer op van deze vraag. Bijna alle studenten hebben er een job. En wat wordt dan de onderliggende economische redenering: studenten werken toch al, dus kunnen ze via een lening hun studies op langere termijn afbetalen. Ze worden dan al vanaf dag één geacht een stuk van de studiekosten te dragen. Dit marktmodel van studeren en werken kennen we (gelukkig) nog niet in Vlaanderen, maar ziet niemand dan dat het op middellange termijn ook doorsijpelt naar ons? Studenten die werken, verdienen geld. Vroeg of laat wordt dat mee in het debat over de studiekosten getrokken. Werken brengt geld op, studeren kost geld. Meng studeren en werken niet op zo’n manier dat ze afhankelijk van elkaar worden. Doen werkende studenten geen goede competenties op voor de latere arbeidsmarkt? Ongetwijfeld doen ze competenties op, maar of het de competenties zijn die ze later voor hun beroep nodig hebben, durf ik te betwijfelen. Sommige van mijn studenten in de rechten werken als poetshulp. En dan nog is de vraagstelling eigenlijk fout. De professionele competenties die je later nodig hebt en verder ontwikkelt tijdens je ‘echte’ loopbaan, zijn meestal ofwel verbonden met je studies ofwel met je generieke competenties zoals doorzettingsvermogen of maturiteit. In het belang van de studenten en om nog meer individuele verlengingen van de studieduur tegen te gaan, moeten we de studentenarbeid beperken en de toegang ernaar fijnmaziger maken. Helaas doen de nieuw voorgestelde maatregelen precies het tegenovergestelde. Aan de al werkende studenten die zonder hun bijbaantje ook wel rondkomen, zeg ik: studeer! Je krijgt later nog genoeg kansen om te werken en geld te verdienen. Yves Stevens, hoofddocent aan het *Instituut sociaal recht (KU Leuven) DS, 11-07-2016
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB Laatst aangepast door Barst : 11th July 2016 om 15:05. |