#1
|
||||
|
||||
De prijs van geluk
De prijs van geluk
Paus Benedictus XVI laat zich niet onbetuigd in de discussies rond de financiële crisis. In juli publiceerde hij een encycliek met zijn visie op de economie en daarin pleit hij voor financiële markten die algemene welvaartscreatie bevorderen. Toen het financiële systeem vorig jaar op instorten stond en beleggers honderden miljarden euro's in rook zagen opgaan, hekelde hij het louter nastreven van materiële rijkdom. Geld is immers futiel en slechts van secundair belang. Daarmee raakte de paus een eeuwenoud thema aan: de vraag of geld al dan niet gelukkig maakt. Gaan welvaart en welzijn hand in hand? Een bekend Vlaams politicus pleitte ervoor om meer Bruto Nationaal Geluk na te streven i.p.v. Bruto Nationaal Product. Lange tijd hield de economische wetenschap zich louter met het materiële bezig en werd vooral in termen van productie en toegevoegde waarde gedacht. Maar sinds enige tijd zijn er ook economen die abstractere concepten zoals geluk bestuderen. De meeste studies vinden dat er een link is tussen inkomen en geluk, maar het verband is veeleer zwak. Eenmaal een mens in zijn basisbehoeften kan voorzien, lijkt inkomen een minder bepalende factor voor het welbevinden. Richard Easterlin, een van de grote pioniers van het economisch onderzoek naar geluk, deed enkele verrassende vaststellingen, die de 'Easterlin'-paradox worden genoemd. Als je het geluksgevoel vergelijkt tussen landen, dan blijken de rijkere landen gemiddeld gezien gelukkiger te zijn. Hetzelfde geldt voor bevolkingsgroepen binnen eenzelfde land: de rijkere inwoners voelen zich gelukkiger dan de armere. Tot daar weinig verrassingen. Het merkwaardige is echter dat wanneer een land welvarender wordt, dat niet noodzakelijk met een toename van het welzijn gepaard gaat. De verklaring schuilt volgens Easterlin in het feit dat ook de behoeften van de mens toenemen naarmate hij rijker wordt, waardoor hij netto gezien niet gelukkiger wordt. Bovendien heeft de mens ook de onhebbelijke gewoonte om steeds zijn eigen situatie met die van de anderen te vergelijken. Dat zorgt voor de vaststelling dat een toename van het eigen inkomen minder gesmaakt wordt als blijkt dat ook de buurman een stuk welvarender is geworden. Perfect te begrijpen. Stel je voor dat je onverwacht een loonsverhoging krijgt van 10%. Dat kan voor een spontaan vreugdesprongetje zorgen. Als achteraf echter blijkt dat alle andere werknemers van het bedrijf 20% opslag hebben gekregen, zou de initiële vreugde wel eens snel kunnen omslaan in depressie. Het is ook vaak zo dat toegenomen rijkdom ten koste gaat van andere zaken die ook belangrijk zijn voor het geluksgevoel. Zo voelen de inwoners van de rijke kuststreken in China zich niet gelukkiger dan de Chinezen die op het arme platteland wonen. Dat heeft te maken met het feit dat de sociale banden die op het platteland zeer belangrijk zijn, in de stad zo goed als volledig verdwenen zijn. Er zijn nog geen recente cijfers die het effect van de financieel-economische crisis op ons welzijn weerspiegelen. Maar voor België hebben we toch al cijfers voor 2008, wat ook al als een crisisjaar kan bestempeld worden. Daaruit blijkt dat we met zijn allen vorig jaar iets minder tevreden waren dan in 2007. Het vermogensverlies lijkt dus toch enige sporen te hebben nagelaten. Maar tegelijkertijd zijn we veel minder gelukkig dan dertig jaar geleden, toen het vermogen en het inkomen van de Belgen een stuk lager lagen dan vandaag. Zou geluk dan toch meer tussen de oren zitten? Peter Vanden Houte is chief economist bij ING België. DS, 29-08-2009
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |