|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
||||
|
||||
Duitse uitgevers saboteren persvrijheid
Duitse uitgevers saboteren nieuwe Europese wet voor persvrijheid
De Europese Commissie heeft een wet voorgesteld om de persvrijheid te garanderen. De lidstaten hebben de ontwerpverordening afgezwakt, na hevig verzet van grote uitgevers. Verrassend genoeg waren Hongarije en Polen niet de grootste tegenstanders. Het waren vooral de Duitse onderhandelaars die tegenwerkten en hun oor leenden aan Duitse uitgeversgiganten. Anders dan gewoonlijk had Paris Match op 7 juli vorig jaar geen glamourfoto op de cover. Het Franse weekblad hanteert meestal een lichte toets en combineert profielen van politici met royaltynieuws. Maar ditmaal was het meest prominente beeld op de omslag gewijd aan kardinaal Robert Sarah. Hij droeg een lang zwart gewaad versierd met een groot borstkruis en had zijn handen vroom gevouwen. De redactie van Paris Match was verontwaardigd dat de kardinaal op de cover stond. Dat was niet hun beslissing, maar die van de eigenaars van het blad. Verzet van de hoofdredacteur had niet gebaat. Er was geen enkele verwijzing naar de opmerkelijke opvattingen van Sarah. De kardinaal had homoseksualiteit bijvoorbeeld een ideologie genoemd en vergeleek het met nazisme. Het artikel typeerde de kardinaal als ”man van vrede en gezag”. De Franse krant Le Monde beschreef later in detail wat er was gebeurd: Vincent Bolloré was de drijvende kracht achter deze interventie geweest. Deze miljardair heeft een Frans media-imperium opgebouwd dat televisiestations, tijdschriften en uitgeverijen van boeken omvat. De mediamagnaat verklaarde: “Ik gebruik de media in mijn strijd om de beschaving”. De groep achter Paris Match, een tijdschrift met een oplage van 530.000 exemplaren, staat op het punt zijn volgende aankoop te worden. Als de overname slaagt, zal Bollorés bereik ongeveer een derde van alle Franse burgers zijn, zeggen experts. Gevaarlijk niveau Bolloré lijkt zijn media-imperium ideologisch in te zetten. Zijn kanaal C8 katapulteerde de extreemrechtse ex-journalist Eric Zemmour in de mainstream van de samenleving. Zemmour slaagde er zelfs in kandidaat bij voor de Franse presidentsverkiezingen van 2021 te worden. Zemmour stelde dat patriot Bolloré “zich zeer bewust is van de gevaren die ons te wachten staan: de vervanging van de beschaving”. Volgens de Europese Media Pluralism Monitor is de mediaconcentratie naar een gevaarlijk niveau gestegen Mediavrijheid is kennelijk niet alleen een probleem in Centraal- en Oost-Europa. De Europese Media Pluralism Monitor houdt de ontwikkeling van de mediavrijheid in heel Europa bij. Volgens die monitor lopen alle media momenteel een “gemiddeld risico” en is de mediaconcentratie naar een gevaarlijk niveau gestegen. Deze waarschuwingen zetten Commissievoorzitter Ursula von der Leyen ertoe aan de vrijheid “die stem geeft aan alle andere vrijheden, de mediavrijheid” te beschermen. Ze gaf Věra Jourová, vicevoorzitter voor Waarden en Transparantie, opdracht een Europese wet over mediavrijheid op te stellen: de European Media Freedom Act (EMFA). Journalistieke onafhankelijkheid Het wetsontwerp, dat in september vorig jaar werd gepresenteerd, is niet al te drastisch. Tot de meest verstrekkende maatregelen behoren de bescherming van hoofdredacteurs tegen inmenging van eigenaars in dagelijkse redactionele beslissingen, een verplicht rapport over de effecten van mediafusies op pluralisme en de oprichting van een Europese raad die niet-bindende adviezen over mediavrijheid uitbrengt. De richtlijn over mediavrijheid introduceert een reeks maatregelen om de journalistieke onafhankelijkheid te beschermen. Lidstaten moeten zorgen voor onafhankelijke bestuursstructuren en toereikende financiering voor publieke media. Staatsreclame in de media moet transparant zijn. Particuliere mediabedrijven moeten hun eigendom bekendmaken en de onafhankelijkheid van redactionele beslissingen waarborgen. Politie, inlichtingendiensten of gerechtelijke autoriteiten mogen journalisten niet aanhouden, fouilleren of aan toezicht onderwerpen om hen te dwingen hun bronnen vrij te geven. Een nieuw op te richten Europese raad voor mediadiensten zal toezicht houden op de uitvoering en niet-bindende adviezen geven over de naleving door de lidstaten. Cruciaal is dat de Media Freedom Act de mediaregulering voor het eerst onder Europees recht brengt. Dat betekent dat schendingen van de wet voor het Europees Hof van Justitie kunnen worden gebracht. De Europese Commissie hoopt dat dit zal helpen om de mediavrijheid te waarborgen, ook in lidstaten zoals Polen, waar de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht door de regering zelf wordt aangevochten. Felle oppositie “De EMFA zal de situatie niet direct verbeteren”, zegt Joan Barata van de dienst mediabeleid aan het Stanford Cyber Policy Center van Stanford University. “Het zal instellingen hooguit meer instrumenten geven om zelf voor mediavrijheid te vechten.” Maar afgaande op het standpunt van de lidstaten en de voorgestelde amendementen van het Europees Parlement zou de mediawet nog lauwer kunnen worden. En verrassend genoeg zijn de grootste boosdoeners niet Hongarije en Polen. Duitsland nam het voortouw in dit proces. Of beter gezegd: Duitse mediamagnaten. Grote uitgeverijen en hun belangenorganisaties voerden de boventoon in de oppositie tegen een aantal artikelen in het wetsontwerp. Meteen nadat het voorstel was gepubliceerd, maakte de meest fervente lobbygroep – de European Newspaper Publishers Association (ENPA) – er korte metten mee en noemde het de European Unfreedom Act. “De ENPA was het meest agressief in de campagne”, zegt Renate Schröder, directeur van de Europese Federatie van Journalisten (EFJ). Zoals een anonieme ambtenaar van de Commissie het verwoordde in de Franse krant Libération: “Ze zijn met ons in oorlog”. Missie van Springer Eén mediamagnaat in het bijzonder maakte er zijn missie van om de EMFA in te perken: Mathias Döpfner, ceo en mede-eigenaar van mediareus Axel Springer. Hij beschouwt zijn media-imperium als een instrument om te sleutelen aan de samenleving, blijkt uit een artikel van de Duitse krant Die Zeit. In privéberichten smeekte Döpfer zijn rechterhand, de hoofdredacteur van de Duitse krant Bild, om de liberalen een handje te helpen bij de Duitse verkiezingen van 2021. Die waren “de enige kans om de definitieve ondergang van het land te voorkomen”. Döpfner lobbyde via allerlei wegen tegen de EMFA. Tot vorig jaar was hij voorzitter van de Duitse uitgeversbond BDZV en hij heeft veel geld van Axel Springer in de lobby gestoken. Hij is ook een uitgesproken voorstander van de ENPA en vroeg zijn collega’s in andere landen om de gelederen te sluiten. Zoals Renate Schröder het verwoordde: “We hebben specifiek van onze collega’s in Polen gehoord dat Springer veel druk uitoefent op uitgevers om op één lijn te zitten met wat zij zeggen”. De uitgeversorganisaties bekritiseren de vermeende wankele wettelijke basis van de EMFA, de administratieve kosten die erbij komen kijken, het gebrek aan aandacht voor nationale culturele gebruiken en het streven om de pers onder een hogere autoriteit te plaatsen. “Voor het eerst in onze geschiedenis sinds de laatste Europese dictaturen ten val werden gebracht”, zoals uitgeverskoepel European Publishers Council (EPC) stelde. Culturele identiteit Na verloop van tijd en na onderzoek bleek de soep minder heet te zijn dan de uitgevers opdienden. In maart van dit jaar bevestigde de gerespecteerde juridische dienst van de Europese Raad de wettigheid van het voorstel. De Europese Commissie stelde in haar effectbeoordeling vast dat de kosten voor bedrijven gering waren en verzekerde dat die in evenwicht met de voordelen zouden zijn. Het argument van de ‘culturele identiteit’ snijdt meer hout: de wet zal inderdaad de handelswijze in alle lidstaten veranderen, een doel dat de Commissie omarmt. “Het is onderdeel van de inspanning om gedeelde Europese democratische waarden op te bouwen. Respect voor culturele gebruiken is precies wat staten als Polen, Hongarije en Rusland ter verdediging aanvoeren wanneer ze de pers beknotten”, stelt Barata. En die persautoriteit, dat spookbeeld uit vroegere dictaturen? Voor deze zorgen heeft Barata meer begrip. Volgens haar moet de wet duidelijker zijn om te voorkomen dat in toekomst een weg wordt gecreëerd naar inmenging in de pers. Maar in het huidige opzet zal de mediaraad weinig meer kunnen doen dan adviezen uitbrengen over fusies. De autoritaire vergelijking gaat volgens Barata een beetje te ver. Wat veroorzaakte dan de felle tegenstand tegen de EMFA? “Media-eigenaars lijken nogal bang te zijn dat journalisten het zullen overnemen”, zegt EFJ-directeur Schröder. Verbeterde garanties Met hun lobbybudgetten, die oplopen tot miljoenen euro’s, hebben de uitgevers en hun organisaties een machtig en ondoorzichtig arsenaal tot hun beschikking. Het transparantieregister van de Europse Unie biedt enig inzicht in hun inspanningen. Dat laat zien dat de uitgeversbonden en hun leden die zich tegen de EMFA verzetten en ruim twintig ontmoetingen met de belangrijkste Europarlementariërs hebben geregeld. Terwijl, zoals Schröder opmerkt, ze herhaaldelijk hebben afgezien van een gesprek met de Europese Federatie van Journalisten. Ondanks al het verzet bogen de Europarlementariërs in de cultuurcommissie van het Europees Parlement zich over een compromistekst die de belangrijkste bepalingen van het voorstel grotendeels intact laat. Hun voorstel omvat verbeterde garanties voor de onafhankelijkheid van de publieke omroep en de transparantie van eigendom in particuliere media. Eerder voegde het Civil Liberty Committee sterkere bescherming toe voor journalisten tegen surveillance, inclusief het gebruik van spyware door overheden. De Europese Federatie van Journalisten roept Europarlementariërs op een stap verder te gaan en een absoluut verbod op het gebruik van spyware tegen journalisten in de wet op te nemen. Het Europees Parlement stevent af op een bittere strijd met de Europese Raad, die in juni van dit jaar voor de afzwakking van belangrijke punten in het wetsontwerp stemde. Lidstaten willen een algemene uitzondering behouden voor het gebruik van toezicht op journalisten voor ‘nationale veiligheidsdoeleinden’. Stempel van uitgeverslobby Andere wijzigingen dragen duidelijk de stempel van de uitgeverslobby, waaronder een bepaling die journalisten slechts redactionele vrijheid geeft ‘binnen de redactionele lijn’ die media-eigenaars hebben getrokken. Lidstaten willen een algemene uitzondering behouden voor het gebruik van toezicht op journalisten voor nationale veiligheidsdoeleinden Hoe hebben de standpunten van de uitgevers de overhand gekregen? Vertrouwelijke diplomatieke documenten van de onderhandelingen in de Raad die in handen van de journalistieke vereniging Investigate Europe zijn, laten zien dat onder meer de Duitse delegatie dezelfde argumenten gebruikt als de uitgevers. Die spreekt aanzienlijke bezwaren uit tegen de beperking van de beslissingsruimte voor uitgevers en beweert dat de EMFA “niet verenigbaar is met de Duitse regelgeving”. Diverse theorieën die deze inschikkelijkheid van de lidstaten ten aanzien van de uitgevers verklaren, doen in EU-beleidskringen de ronde onder voorstanders van journalistiek. De belangrijkste daarvan is wantrouwen jegens de Europese Commissie en een reflexmatige reactie op alles wat op mediaregelgeving lijkt. De meest verbreide theorie is dat de Duitse regering geen enkele magnaat op de tenen wil trappen. Anti-EMFA lobbyist Mathias Döpfner beschikt over een goed wapen: zijn mediakanalen. Hem niet tot vijand willen maken is, volgens velen, een kwestie van gezond politiek instinct. Een wetsontwerp dat onbekend is bij de burgers die deze politici vertegenwoordigen, is dan een klein offer. Toch baanbrekend Zouden de meest vergaande eisen van de uitgevers worden geaccepteerd, dan kan de wet weinig uithalen om de redactionele onafhankelijkheid tegenover uitgevers te beschermen. In dat scenario kan Vincent Bolloré, als hij dat wil, zijn eigen redacteurs blijven negeren en kardinaal Sarah elke dag van het jaar op de cover van Paris Match zetten. Toch zijn experts en activisten positief: alleen al dat de Europese Unie besluit wetgeving op te stellen over mediavrijheid is baanbrekend. “Het wetsontwerp is niet zwak”, stelde de bevoegde Eurocommissaris Jourová in een interview met Investigate Europe. “Wanneer de wet van kracht wordt, zal het een sterke basis zijn voor mogelijke gerechtelijke geschillen, terwijl je momenteel in veel landen absoluut geen kans zou maken.” “Voor Polen en Hongarije zal de wet niet veel nut hebben. Die landen zijn al verloren”, zegt Barata. “De EMFA is geen toverformule. Maar de wet kan landen helpen waar de machtigen soms in de verleiding zijn om dingen te doen die niet helemaal in orde zijn.” Blog Apache, 16-09-2023 (Loïc Michels - Follow the Money) |