Toffe column!
------------------------------------------------
KAMPIOEN VAN DE GLOBALISERING
Het voetbalseizoen zit erop, leve het voetbal. De Champions League is voorbij, over twee weken begint het Europees voetbalkampioenschap in Zwitserland en Oostenrijk. En zoals bij alle grote tornooien schuiven de studiediensten van de Nederlandse banken de gevolgen van de hoge olieprijs dan even terzijde, om zich te buigen over wat echt belangrijk is: de relatie tussen voetbal en economie.

Zo onderzocht het Economisch Bureau van ABN Amro ter gelegenheid van het Wereldkampioenschap 2006 welke overwinnaar de wereldeconomie het meest baat zou bijbrengen. Italië, luidde de conclusie, omdat het de zieke man van de eurozone was en een wereldtitel een broodnodige injectie zou geven aan het consumentenvertrouwen. Het was een schot in de roos. Italië werd wereldkampioen en, gemeten aan de afvalbergen in Napels, zit het met de consumptiedrift weer helemaal snor.

De economen van ABN Amro hebben dus recht van spreken. In hun 'Soccernomics 2008' hebben ze de relatie omgekeerd: wie wordt, op basis van trends in de wereldeconomie, Europees kampioen? De geschiedenis van het EK leert dat het helpt om een welvarende economie te zijn (er moet eerst brood op de plank liggen voor men zich druk kan maken over spelen). Maar daarnaast blijkt de globalisering het voetbal te veranderen. Enerzijds kunnen door het verdwijnen van de grenzen goede voetballers uit kleinere landen makkelijker aan de slag bij clubs in grote landen, waardoor ze betere spelers worden. Anderzijds staat de komst van buitenlandse spelers de ontwikkeling van nationaal talent in de weg. Na becijfering van al die factoren komen de economen van ABN Amro tot deze top drie voor het EK: Frankrijk, Italië en, jawel, Nederland.

Alleen zullen de Nederlandse spelers de klus zelf moeten klaren, want hun landgenoten hebben er weinig geld voor over. De ING-bank onderzocht de emotionele en financiële waarde van het EK. Daaruit bleek dat Nederlanders maar 30 euro willen betalen als ze daarmee de Europese titel voor het nationale elftal kunnen veiligstellen. Ter vergelijking: Duitsers is zo'n titel 80 euro waard.

Volgens hetzelfde rapport is dertig procent van de Nederlanders van plan zijn alcoholverbruik tijdens het Europees kampioenschap op te voeren en wil 28 procent geld uitgeven aan Oranje-artikelen. De kans is groot dat het om dezelfde groep gaat, want brouwerijen spelen traditioneel graag in op de Oranjegekte. België, dat afwezig is op het EK, laat zich daarbij niet onbetuigd. Jupiler biedt deze maand in Nederland bij elke krat de HollandHoorn aan, een oranjekleurige Alpenhoorn die alle tegenstand op weg naar de titel omver moet blazen.

Ophef was er eerder al over de Trom-Pet van Heineken, een hoge hoed in de vorm van een trommel. Met de bijgeleverde stokjes kan er vrolijk op geroffeld worden. De kans is evenwel groot dat supporters er niet mee in het stadion raken. Niet omdat het een verboden wapen betreft, maar omdat de Europese voetbalbond Uefa niet wil dat sponsors van het EK, zoals de Deense brouwer Carlsberg, met ongewenste concurrentie geconfronteerd worden.

Er is overigens een precedent, dat misschien om begrijpelijke redenen uit het collectieve geheugen gewist is. Bavaria, een andere Nederlandse brouwer, lanceerde voor het WK 2006 de 'Leeuwenhose', een oranje tuinbroek met staart. De Amerikaanse brouwer Anheuser-Busch, met het merk Budweiser sponsor van het WK, was not amused. Duizenden Nederlandse supporters moesten in Stuttgart hun Leeuwenhose uittrekken om de wedstrijd tegen Ivoorkust te kunnen bekijken, in onderbroek.


Peter Cuypers is chef eindredactie van De Standaard.

Bron: www.standaard.be, zaterdag 24 mei 2008.

__________________