|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
||||
|
||||
Vallen mededogen en solidariteit weg bij grote aantallen?
We kunnen niet bang zijn én gierig
De asielcrisis heeft in enkele maanden tijd de ankers losgeslagen die onze samenleving borgden. Het morele vacuüm kan alleen nog met geld worden gevuld. Dat doet nieuwe dilemma’s rijzen, zegt Bart Sturtewagen. Het is kil en stil geworden op de moral highground. De comfortabele plek vanwaar je met een prettig gevoel van morele superioriteit kon neerkijken op het egoïstische, hebzuchtige, kleinburgerlijke gespartel van anderen, is leeggelopen. De zekerheid over onwankelbare en in plechtige verklaringen neergelegde ethische imperatieven is op drift. Het onderscheid tussen ‘ieder voor zich’ en ‘welbegrepen algemeen belang’ is troebel geworden. De felste botsing tussen rechts en links in jaren draait uit op een moreel vacuüm in het centrum. Wat moet er gezegd worden en waarover mag nog gezwegen worden? Wat is onbetwistbaar van ons en wat moeten we voortaan leren delen met nieuwe anderen? Wie en wat kan met recht bescherming opeisen en wat moet onder druk van de realiteit worden prijsgegeven? Is alles pragmatiek geworden of blijft er, na het failliet van de naïviteit, ruimte voor altruïsme? Het is onthutsend hoe de asielcrisis in nauwelijks enkele maanden tijd ankers heeft weggeslagen waarvan we zeker wisten dat ze onze samenleving borgden en er dus onvervreemdbaar mee waren verbonden. Ze bepaalden het verschil tussen het ethische gehalte van onze tijd en de lichtzinnigheid waarmee eerdere generaties waren opgestapt in voor ons onbegrijpelijke onmenselijke ontsporingen. Vandaag weten we niet meer zeker of ze ons nog wel beschermen tegen een toekomst die er onstabieler en onveiliger uitziet dan we ooit voor mogelijk hadden gehouden. Prikkeldraad en kogels Breekt nood dan toch wet? Kan het zijn dat de regels van mededogen, menselijkheid en solidariteit niet meer kunnen worden toegepast als de aantallen te groot worden? Kunnen ze wel standhouden als de vrees toeneemt dat ze zullen worden misbruikt en zelfs onteerd? Alle waarden worden omgekeerd. Hulp bieden wordt miserie aantrekken. Drenkelingen redden wordt meer mensen tot levensgevaarlijk inschepen verleiden. De armen openen voor te veel verschoppelingen komt neer op de eigen cultuur ondermijnen. De hele wereld, zo lijkt het, staat klaar om onze zwakte, onze goedheid, te verschalken. We moeten plots weer grenzen trekken, grenzen stellen, grenzen bewaken. De grenzen die tot voor kort slechts ons en onze economie belemmerden en die we dus met enthousiasme slechtten, blijken nu onontbeerlijk voor onze overleving. De zegeningen van een wereld zonder grenzen, van de globalisering dus, bleken bij nader inzien luchtspiegelingen. De welvaart die ze zou brengen, is ongelijk verdeeld en steunt op onstabiele premissen. Het geloof dat geld ons allen zou verenigen in een doel, er zo veel mogelijk van verzamelen, stuit op onderschatte culturele verschillen en religieuze onverenigbaarheid. Overgeërfde politieke tegenstellingen blijken niet dood, maar juist springlevend. Die ongelijkheid, die onstabiliteit en die tegenstellingen kloppen nu allemaal tegelijk aan op onze deur. Zonder kompas lopen we, rechtsom of linksom, op een muur. We kunnen niet zowel bang zijn als gierig. Hoe groter onze angst is voor destabilisering van onze samenleving en onze sociale zekerheid, hoe meer we bereid zullen moeten zijn die bedreiging met massale investeringen tegen te gaan. Ook al weten we vooraf dat niet al dat geld in de juiste handen zal terechtkomen en is het rendement van wat wel de ontheemden bereikt onzeker. De illusie dat de kostprijs zich kan beperken tot enkele kilometers prikkeldraad of, zoals in Duitsland al klonk, enkele kogels voor wie erover heen wil klauteren, houdt geen steek. Hoe ernstiger we de maatschappelijke kostprijs achten van een te grote en te snelle instroom van nieuwkomers, hoe meer we bereid zullen moeten zijn te betalen voor het alternatief. Dat alternatief kan er niet in bestaan de prijs voor de reis zo hoog mogelijk te houden. Dat hebben we jaren stilzwijgend gedaan, laten we daarover niet hypocriet zijn. Maar het heeft duidelijk niet geholpen. Illusieloos migratiebeleid Er bestaat geen strategie zonder moral hazard. De vrees voor ongewenste effecten heeft jarenlang het beleid bepaald. De onderschatting van de ongewenste gevolgen van die vrees heeft ons gebracht waar we nu staan: meer mensen in beweging, meer doden onderweg, minder draagvlak voor de inschakeling van immigranten, minder Europese slagkracht en coherentie, minder tijd om de chaos onder controle te krijgen. De weg voorwaarts ligt bezaaid met morele dilemma’s. Nu er eindelijk Europese overeenstemming is over de 3 miljard die aan Turkije beloofd is voor de opvang van 2,8 miljoen gestrande vluchtelingen, begint het pas. Onleefbare kampen, vol mensen zonder vooruitzichten, zullen de toestroom richting Griekenland niet duurzaam doen afnemen. Wat we hen hier niet gunnen, zullen we hen ginder moeten bieden. Dat geld zal niet beschikbaar zijn voor noden dichter bij huis. Eender hoe zullen we welvaart met hen moeten delen, zelfs in het besef dat een stuk ervan weglekt door corruptie en inefficiëntie. De frustratie daarover wordt een van de volgende lastige problemen. We hebben ons, hier in Europa, de voorbije jaren grondig verkeken op de stabiliteit van onze grenzen. In het oosten zijn we kwetsbaarder dan ooit sinds het einde van de Koude Oorlog een kwarteeuw geleden. Dat vraagt een potiger defensiebeleid. In het zuiden vragen miljoenen om toegang. Dat dwingt ons tot een illusieloos migratiebeleid. Hoe sneller we beseffen hoeveel er is veranderd, hoe groter de kans dat we er ons nog tijdig aan kunnen aanpassen. DS, 05-02-2016 (Bart Sturtewagen)
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |