actualiteitsforums  

Ga Terug   actualiteitsforums > NASLAG > Boeken, Artikels, Muziek & Films > Artikels & Boeken
Gebruikersnaam
Wachtwoord
Home FORUMS Registreer Arcade Zoeken Posts van vandaag Markeer Forums als Gelezen

Antwoord
 
Onderwerp Opties Zoek in onderwerp Waardeer Onderwerp Weergave Modus
  #1  
Oud 28th May 2017, 16:37
Barst's Avatar
Barst Barst is offline
Administrator
 
Geregistreerd op: Jun 2004
Locatie: L'burg
Posts: 16,562
Post Piet, de andere Colruyt

‘Af en toe denken ze wellicht: hij staat weer in de gazet’

Piet Colruyt - Steven Serneels, ‘Allemaal sociaal 3.0. Kunnen ondernemers de wereld redden?’ Manteau, 2017.


Het is makkelijk verontwaardigd zijn als geld geen zorg is. Maar Piet Colruyt is het oprecht. Binnen het familiebedrijf dat hem naam en vermogen schonk, zocht hij zich een eigen pad. Als sociaal investeerder is zijn doel even simpel als complex: de wereld verbeteren. ‘Maak van tijd de belangrijkste maatschappelijke waarde.’


Hij heeft geen schuldgevoel meer – veelzeggender kan een ‘meer’ niet zijn. De erfenis is er één om trots op te zijn. Als je naam in duizenden huishoudens zo ongeveer één keer per week weerklinkt, dan ‘kun je er goeds mee doen, of dat alvast proberen’. En dat deel van zijn genen dat zijn naamkaartje niet heeft gehaald, heeft hem net zozeer bepaald. ‘Mijn moeder was een Hemerijckx, familie van Frans Hemerijckx, die in onze catecheselessen in één adem met Pater Damiaan werd genoemd. Een lepradokter, die zijn leven gaf voor de melaatsen. Het zit allebei in mij: het ondernemende en rationele, het onbaatzuchtige en idealistische.’

Vijftien was Piet Colruyt (47), toen hij zich luidop deze vraag stelde: ‘Moéten wij wel elk jaar zoveel winst maken?’ Eigenlijk hoefde hij er niet eens te zijn, op die zaterdagse vergaderingen waar de Colruyt-jeugd werd geprepareerd, of op z’n minst geïnformeerd. Hij was het derde kind van de derde zoon, de druk lag bij anderen, bij zijn broer en zus, zijn neven en nichten, Jef in de eerste plaats – de oudste zoon van de oudste zoon. ‘Voor mij was het comfortabeler, iets vrijblijvender allemaal.’

Maar hij gíng, naar wat de Raad van Bestuur Junior werd genoemd. Het bedrijf, door zijn grootvader Franz in 1925 gesticht, boeide hem, hij wou weten wat er werd gezegd. Hij luistervinkte, absorbeerde plannen en jaarresultaten zoals ze door nonkel Jo – toen ceo – werden toegelicht, stelde af en toe een vraag. Zoals die ene, die dertig jaar later nog steeds zijn denken en doen bepaalt: hoeveel winst moet een onderneming maken? Wanneer is ‘goed’ goed genoeg? En vooral: wát is winst? Rendement zoals dat zo vaak wordt gedefinieerd: opbrengst voor de aandeelhouders? Of zijn ook andere belangen van tel?

‘Het grootste deel van mijn vermogen zit nog steeds in Colruyt en Korys, de familieholding boven het bedrijf, mijn loyauteit is groot. Wij hechten, zoals steeds meer bedrijven, sterk aan de drie p’s: profit, people en planet. We hébben het geprobeerd, hoor: investeren in een sector als de IT. In 2001, net na de grote boom, een volstrekt verkeerd moment – we hebben toen veel geleerd, en veel verloren. (lacht) Sindsdien stoppen we ons geld in wat we maatschappelijk zinvol vinden. Korys en Colruyt waren een van de eersten om in windmolens offshore te investeren, lang voordat ook de Electrabels van deze wereld interesse toonden. We hebben toen onze nek uitgestoken, risico genomen, in een nog weinig gekende technologie.’

‘Alleen: profit blijft daarbij vooropstaan. Geen impact zonder groei, vinden mijn neven Jef en Frans: haal je marktconforme rendementen, dan kun je groeien en als grote speler de toon zetten. Nog méér invloed hebben. Daar valt veel voor te zeggen, misschien blíjkt over tien jaar hun gelijk. Maar ik stel me de vraag: waar heeft dat systeem van groei, competitie en winstmaximalisatie ons gebracht? De welvaart zit in de lift, maar we hebben op het verkeerde knopje geduwd. Mens en planeet zijn systematisch miskend. Móet je als aandeelhouder 15 procent krijgen, als dat 5 of 6 kan zijn met een zinvolle, duurzame investering? Hoeveel is een betere wereld je waard?’


De rijken subsidiëren

Het is makkelijk verontwaardigd zijn als je meer dan genoeg hebt om vrij te kunnen investeren en proberen. ‘Maar moet ik zwijgen omdat ik rijk ben?’ De projecten die hij steunt, zijn divers, maar hun missie is eensluidend: een maatschappelijk probleem verhelpen. Van wachtlijsten in de sociale huisvesting tot borstvoeding die niet voor alle vrouwen evident is – Boobs-’n-Burps is een van de eerste bedrijfjes waarin hij via zijn sociaal fonds investeerde.

‘Wie zijn de greenwashers, voor wie groen alleen een imago is, en wie méént het? Wij gaan altijd met kandidaten praten: wat is hun doel, waarom willen ze ons als investeerder? Een zaak als Boobs-’n-Burps moet een duidelijk streefcijfer naar voren schuiven: hoeveel minder gegoede vrouwen éxtra zullen die betaalbare borstvoedingsbeha’s kunnen kopen? Klassieke investeringsfondsen zien alleen het financiële plaatje bij de waardering van een bedrijf.’

‘Veel social entrepreneurs menen het goed, maar tellen te weinig. Een voorbeeld: LivingStones, een sociaal huisvestingsproject in Brussel. Op initiatief van drie sociaalverhuurkantoren (SVK’s) ben ik in 2005 als privé-investeerder in die sector gestapt. De bedoeling was woningen op te kopen, te renoveren en tegen sociaal tarief te verhuren. Maar na tien jaar hadden we nog steeds maar elf appartementen. Dit is niet goed, zei ik. Laten we meer en grotere investeerders zoeken, tegen een rendement van 3 tot 4 procent. Grotere schaal, maar aan nog steeds dezelfde prijs voor de huurders. Kun je niet maken, riepen de sociaalverhuurkantoren: 4 procent, dan subsidieer je rijken met sociale huisvesting!’

‘Dus hebben we, naast LivingStones, Inclusio opgericht, meer dan 50 miljoen in de privé opgehaald, en intussen hebben we al honderd woningen. We vullen een gat, zonder dat de huurders een cent meer betalen, want België heeft nood aan 180.000 éxtra sociale woningen. Maar voor velen in de sociale sector ben ik in een geldwolf, een kapitalist.’


En voor veel van uw collega-ondernemers wellicht de naïeve wereldverbeteraar?

‘Ongetwijfeld. Soms zitten ze tijdens meetings instemmend te knikken bij de drie p’s, maar zeggen ze nadien, als iedereen weg is, dat “uiteindelijk toch alleen het geld telt, nietwaar?” Veel social entrepreneurs vinden dan weer dat maximaal 2 procent naar de aandeelhouders mag gaan. Bij Colruyt is het dividend ook maar 2 procent, zeg ik dan. Maar wat we niet uitkeren, wordt weer in het bedrijf geïnvesteerd, waardoor het aandeel in waarde stijgt – en je dus meer dan 2 procent krijgt als je verkoopt. Ik vind daar niets mis mee.’


Het is niet vies om in termen van winst of efficiëntie te denken?

‘Nee, een sociale onderneming heeft een goed doel, ik mag hopen dat ze een succesverhaal nog eens kan overdoen. Daarvoor is winst nodig, die niet naar mij of andere aandeelhouders gaat, maar in de onderneming blijft. Neem de overheid: zoveel gebouwen in portefeuille maar geen geld om er zonnepanelen op te leggen. Terwijl we weten dat zonnepanelen zelfs zonder subsidies rendabel zijn, want ze gaan twintig jaar mee en na vijftien jaar zijn ze afbetaald. Een overheid leent tegen 1 procent op dit moment. Als ze óók als een sociale onderneming dacht, legde ze massaal panelen.’

‘Zelf heb ik twee jaar geleden in de renovatie van rusthuizen geïnvesteerd. We hebben bij twaalf huizen de hele energie-infrastructuur vernieuwd. Dat bleek zo goed te werken dat KBC een stuk van mijn investering heeft overgenomen, tegen een veel lagere rente, waardoor ik dit nóg eens kan doen. Zelfs de Vlaamse overheid is nu geïnteresseerd, tegen een rendement van “maar” 6 procent.’

Hij is ervan overtuigd: de beste social entrepreneurship-projecten zullen door ‘gewone’ bedrijven worden opgepikt. Zoals omgekeerd Inclusio intussen aan een beursgang denkt, tegen 3,5 procent. ‘Peanuts, maar hoe mooi is dat: als sociale bevak naar de beurs?’ Het is kruisbestuiving die bevorderd moet worden, want de kloof blijft groot, weet hij. Hij schreef er met collega’s een boek over, Allemaal sociaal 3.0, ondertitel: Kunnen ondernemers de wereld redden? – een poging om de kloof te dichten.

‘Bedrijven als Unilever, Umicore en Danone vinden nu al dat ze andere belanghebbenden hebben dan alleen hun aandeelhouders: hun personeel, hun klanten, buurtbewoners, dieren, planten, het klimaat. Volgens critici is dat eigenbelang, altijd weer. Maar wat maakt het uit? Wat geeft het dat een onderneming goed of beter doet omdat ze denkt daar baat bij te hebben? Steven Serneels, collega-investeerder en coauteur van het boek, noemt dát precies de toekomst: het meest rendabel zullen die bedrijven zijn die ál hun stakeholders in acht nemen. De kritische consument, die minder vlees eet of verantwoord gemaakte kleren wil. De maatschappij, voor wie milieuproblemen geen collateral damage meer zijn. “Winst” zal almaar ruimer worden ingevuld.’

‘Andersom kan een social entrepreneur niet zonder plan. Blijven aanmodderen en op subsidies teren is niet duurzaam. Ik zou een autobiografie kunnen schrijven, Leven van een loser, met al mijn mislukte investeringen . En ik kan er net zo goed één schrijven over wat wel is gelukt. Ik denk niet dat ik aan social investing al veel heb verdiend, het is pionieren.’


Family, friends & fools

Stelde hij de vraag in 1985 al, ‘wat met de winst?’, toch was het voortschrijdend inzicht dat hem jaren later in beweging bracht. Én een midlifecrisis. ‘Klassiek, 40 worden en denken: wat ben ik aan het doen?’ In 2000 bij Colruyt begonnen, als architect (wat hij van opleiding was), in de winkel gewerkt, bij de boekhouding gezeten, weer naar het architectenbureau. Van alles een beetje, en niets was het helemaal. Tot hij met twaalf andere high potentials op opleiding mocht: een leerwegtraject, zes keer drie dagen op zoek naar jezelf. Mindfulness, meditatie, yoga.

‘Die coach heeft me toen gevraagd: wat zit jij eigenlijk bij Colruyt te doen? Ja maar, zei ik, ik wíl dit. Bullshit, zei hij, jij dénkt dat je dit wilt. Hij confronteerde me met mijn koers die, dácht ik, altijd een vrije keuze was geweest. De vreugde op mijn vaders gezicht, toen ik zei: ik ga voor Colruyt werken. Hij had me dat nooit gevraagd, en toch zocht ik wellicht zijn bevestiging. En later die van Jef, die niet alleen baas is van Colruyt maar haast van de familie.’

‘Ik wil een beetje appreciatie voor wat ik doe, zei ik tijdens die opleiding. En wat moest ik doen om góed te doen? Ik heb ook filosofie gestudeerd: wat is een ethisch leven? Wat werd van mij verwacht? Niets, zei die coach. Doe wat je écht wil doen, vertrouw erop dat dát dan het goede zal zijn. En stop met oordelen, en vinden dat iederéén het net als jij moet doen.’


Toch een katholieke bekeringsdrang?

‘Bekeren wil ik zeker, anders had ik geen boek geschreven. Of gaf ik dit interview niet. Ik heb in die cruciale fase een boek gekregen. How to change the world, van David Bornstein. Wat een openbaring! Het kon dus: ondernemen op sociaal verantwoorde wijze. Intussen heb ik verschillende fondsen. Het ene investeert in bedrijven die groeiende zijn, een ander in ideeën die nog niet meer zijn dan dat. Dat is echt zaaikapitaal, hoog risico. Wij denken snel: o, die eerste 50.000 euro om te starten, die vinden mensen wel. Maar niet iedereen heeft family, friends and fools die even wat kunnen lenen.’


Vinden ze u bij Colruyt een lastpost?

‘Officieel niet. (lacht breed) Af en toe denken ze wellicht: hij staat weer in de gazet. Mocht wat ik doe negatief op Colruyt afstralen, dan hield ik er meteen mee op. Maar ik hoef niet te zwijgen omdat ik een Colruyt ben, vind ik. Als een paar van mijn projecten goed beginnen te lopen, tegen een solide rendement van 6 procent, dan inspireren ze misschien ook Colruyt – of andere bedrijven. En verander ik een beetje de bedrijfscultuur.’


Hoe ver moeten aanpassingen en correcties aan ons marktsysteem gaan?

‘Mijn principe is: de markt is een gegeven, vraag en aanbod bepalen de waarde. Ga daarvan uit, en gebruik dat om sociale doelen te bereiken. Ik geloof heel sterk in een sociaal en ecologisch gecorrigeerde markteconomie. Ik ben een grote voorstander van de true price-beweging, die de werkelijke prijs van een product probeert te bepalen. Die houdt bijvoorbeeld ook een CO2-taks in. Spullen die te veel verpakt zijn, zullen duurder worden, waardoor je producenten motiveert om zuiniger te zijn. Maar net zo goed kan het dat tomaten door de zon in Spanje gerijpt minder CO2 uitstoten dan de Belgische in gasgestookte serres. Ik ben dus niet per se voor lokaal. Je grootste vijand als je impact wil hebben, zijn idealisme en perfectionisme, luidt een uitdrukking. Als je pas mag ondernemen als alles klopt, bio, fair trade, lokaal én ecologisch, dan kom je nergens. We moeten naar een systeem dat zoveel mogelijk aspecten van de prijs in kaart brengt. En dan is het kapitalisme zeer geschikt – veel beter dan het communisme of een dictatuur.’


U stelt het systeem an sich niet in vraag?

‘Alleen onze eenzijdige invulling ervan. Ik weet niet wat Macron precies van plan is, maar zijn voorstellen staan mij aan. Het lijkt me het beste van links en rechts: sociaal liberalisme – zonde dat het hier niet bestaat. Ik heb echt een probleem met ons materialisme. Rechts doet alsof alles om geld gaat, maar links net zo goed. Als elke sociale strijd alleen maar over hogere lonen gaat, opdat toch iedereen het recht moet hebben op een flatscreen, de nieuwste smartphone, een mooie auto en liefst een eigen huis, dan heeft de linkerzijde vooral de kapitalisten rijker gemaakt. Zijn veel mensen zo gelúkkiger geworden? Mij lijkt dat er vooral veel jaloezie ontstaan is, door altijd weer het materiële te benadrukken en hoe schandalig het is dat die zoveel meer verdient dan die.’


Het staat wel in uw boek: de groeiende ongelijkheid is een van de grootste bedreigingen voor onze welvaartsstaat.

‘Wel, dat was een van de gevoeligere hoofdstukken voor mij. Ik was daar eerst niet helemaal van overtuigd: groeit de ongelijkheid wel? Alleen op wereldschaal of ook bij ons? En wat betekent dat dan? Intussen zie ik het zo: de groeiende ongelijkheid leidt tot spanningen onder andere door hoe eenzijdig we naar geld kijken. Heb je Howard Gutman, de voormalige VS-ambassadeur, onlangs in De Afspraak gezien? De verbazing op zijn gezicht toen hem naar de 400.000 euro voor een lezing van Obama werd gevraagd? Hij begreep niets van de ophef hier. Als een bedrijf Obama zoveel geld wil betalen, is dat vraag en aanbod. En als Obama daar vervolgens de helft belastingen op betaalt, dan is dat toch fantastisch?’

‘We hebben vandaag al een geweldig herverdelingsmechanisme: een progressief belastingsysteem. Alleen betaalt niet iedereen keurig zijn belastingen omdat die zo hoog zijn. En ze zijn zo hoog omdat het systeem alleen op looninkomsten werd ingevoerd. Door álle inkomsten te belasten – vermogenswinstbelasting, huurinkomsten – kunnen de tarieven naar beneden, en voelt het systeem voor iederéén fairder aan. Dus ja, ik ben ook voor een vermogenswinstbelasting. Als de overheden die inkomsten bovendien efficiënter zouden gebruiken, zouden we met z’n allen zelfs fier kunnen zijn belastingen te mogen betalen. Ik zou het dus niet erg vinden mocht aan dat systeem gesleuteld worden – maar vind maar eens een meerderheid.’


Velen vinden: het is niet voor iedereen gelijk.

‘Volstrekte gelijkheid bestaat niet. Ik vind het legitiem om auto’s meer te belasten en met dat geld het openbaar vervoer uit te bouwen. Ook als dat betekent dat de rijken met hun auto kunnen blijven rijden, en een arme op de bus of trein een beroep moet doen. De meest ontwikkelde samenleving is niet die waar ook de armen een auto hebben, wel waar de rijken het openbaar vervoer nemen. Vandaag kijkt iedereen naar geld en materieel succes, maar maak van tijd de belangrijkste waarde in je maatschappij, en de verhoudingen liggen heel anders. Dan zijn de altijd drukke yuppies arm, en werklozen en gepensioneerden rijk. En alweer: ik heb makkelijk spreken. Maar we zijn rijk genoeg als maatschappij om 11 miljoen mensen een basisinkomen te geven, dat hen de vrijheid laat. Te veel gepamper leidt tot populisme en verrechtsing.’


Is dat niet de aard van het beestje: we willen altijd meer. Aandeelhouders meer winst, consumenten meer waar voor minder geld.

‘Ik denk dat we altijd een beetje dieren zullen blijven, handelend vanuit eigenbelang. Maar ik mag hopen dat daar toch een laagje cultuur over zit. Het inzicht dat het stilaan in ons eigen belang is wat meer aan het algemeen belang te denken. Ik denk dat Kant ooit het beeld van het bos heeft gebruikt. Waarom bestaat een bos uit mooie rechte bomen? Omdat elke boom zoveel mogelijk licht en lucht wil, dat ze tegen elkaar op naar boven groeien. Beneden in dat bos groeit niets meer, het is er donker en doods. Dus stel ik me de vraag: willen we zo’n bos, waarin we elkaar bekampen en beconcurreren? Of willen we er één dat solidair is en divers?’


DS Weekblad, 27-05-2017 (Griet Plets)
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you
down to their level and beat you with experience." (c)TB
Met citaat antwoorden
Antwoord


Onderwerp Opties Zoek in onderwerp
Zoek in onderwerp:

Uitgebreid Zoeken
Weergave Modus Stem op dit onderwerp:
Stem op dit onderwerp::

Posting Regels
Je mag niet nieuwe onderwerpen maken
Je mag niet reageren op posts
Je mag niet bijlagen posten
Je mag niet jouw posts bewerken

vB code is Aan
Smilies zijn Aan
[IMG] code is Aan
HTML code is Uit
Forumsprong



Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 17:22.


Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.