Kinderen die opgroeien in sloppenwijken in ontwikkelingslanden, hebben minstens twee keer zoveel kans om voor hun vijfde levensjaar te overlijden dan hun leeftijdgenoten in rijke wereldsteden. Er ontstaat een steeds grotere kloof tussen arm en rijk in steden, waardoor een ‘Survival of the Richest’ ontstaat. Dat blijkt uit het 16e State of the World’s Mother Report ‘The Urban Disadvantage’ van de ngo Save the Children.

Voor hun vijfde verjaardag lopen arme kinderen in steden tot twee keer zo veel kans om voor hun vijfde verjaardag te sterven dan hun rijkste leeftijdgenoten. In landen als India, Ghana, Peru, Cambodja of Rwanda is dit zelfs drie tot vijf keer zoveel. De armste moeders ontbreekt het vaak an gezondheidszorg om het leven van hun kinderen te kunnen reden, aldus het rapport.

Sloppenwijken

Voor het eerst in de geschiedenis leeft meer dan de helft van de wereldbevolking in steden. Vooral in ontwikkelingslanden trekken steeds meer moeders en hun kinderen naar de grote stad, op zoek naar een beter leven. Op dit moment leeft 54 procent van de bevolking een stad, naar verwachting zal het aantal stedelingen tegen 2050 zijn toegenomen tot 66 procent of twee derde van de wereldbevolking. 860 miljoen mensen wonen vandaag in sloppenwijken. De overlevingskansen van kinderen in sloppenwijken zijn klein. Kinder- en moedersterfte ligt 50 procent hoger dan het gemiddelde. Door een gebrek aan schoon drinkwater, sanitaire voorzieningen en medische zorg lopen zij grote risico’s.

Save the Children publiceert elk jaar rond Moederdag het rapport, waarin 179 landen met elkaar worden vergeleken. Hiervoor legt de ngo indicatoren naast elkaar, zoals kind- en moedersterftecijfers, het opleidingsniveau van vrouwen en meisjes, inkomen en de vertegenwoordiging van vrouwen in de politiek.

Op dit moment is Noorwegen de beste plek om moeder te zijn. Moeders in Somalië zijn, net als vorig jaar, het slechtst af.

Washingtopn

De tien ontwikkelingslanden met de grootste overlevingskloof zijn Bangladesh, Cambodja, Ghana, Kenia, India, Madagaskar, Nigeria, Peru, Rwanda en Vietnam. Van de hoofdsteden in landen met een hoog inkomen, scoort Washington het slechtst. Het heeft de hoogste kindersterftecijfer en grote ongelijkheid. Ook Wenen (Oostenrijk), Bern (Zwitserland), Warschau (Polen) en Athene (Griekenland) doen het niet goed

Bron: http://www.standaard.be/cnt/dmf20150506_01666573

Mijn mening: Het verbaast me niet dat kinderen die geboren worden in rijke landen, meer kans hebben op overleven dan kinderen in arme landen. In welvarende landen zijn er voldoende mogelijkheden om kinderlevens te redden. De goed uitgeruste ziekenhuizen, technologie en wetenschap blijven steeds vooruitgang realiseren. Ik vind het onrustwekkend dat kinderen in ontwikkelingslanden deze kansen niet krijgen. Voor het vijfde levensjaar, zijn er al velen van hen overleden. Ik vind dat de mensen daar, evenveel kansen zouden moeten krijgen als wij Westerlingen. Een project rond dit probleem oprichten lijkt me een goed idee. In samenwerking met bijvoorbeeld Artsen zonder grenzen, kan er al heel wat kindersterfte worden teruggedrongen.