#1
|
||||
|
||||
Behoorlijk bestuur? (1)
Verreikende schokgolven
De zaak rond de West-Vlaamse textielmachineproducent Picanol blijft etteren. De indrukwekkende occulte vergoedingen die topman Jan Coene voor zijn diensten ontving, zijn nu al legendarisch. Maar het frauderapport dat de auditgroep PwC opstelde, toont aan dat het geval-Coene niet op zichzelf stond. Familiale aandeelhouders die in het bedrijf actief waren, bleken, naast stevige weddes en normale winstdeelnemingen, allerhande extra voordelen te genieten. Een ,,onduidelijk kostenbeleid'' noemt PwC dat. Die omschrijving kan als understatement van het jaar gelden. We spreken hier niet over een paar lichtjes overdreven restaurantrekeningen en wat aangedikte reiskostennota's. Picanol droeg voor de familie Steverlynck de kosten van schoonmaak en verwarming van hun privé-verblijf. Residenties werden gratis of tegen een belachelijke huurprijs ter beschikking gesteld. De firma organiseerde zelfs jachtpartijen, inclusief de personeelskosten en pachtgelden die daarmee gepaard gingen. Meteen wordt ietwat helderder waarom Jan Coene de kans kreeg om zich zo vorstelijk te laten betalen en waarom de raad van bestuur daar niet zo nauw op toekeek. In de politiek zou men dit een sfeer van normvervaging noemen. De ene hand wast de andere. Als jij zwijgt, zwijg ik ook. De vraag rijst in hoeverre dit soort praktijken in ons bedrijfsleven, waar familiale aandeelhoudersstructuren nog de regel blijven, wijdverspreid is. De schokgolven die deze zaak verwekt, kunnen ver reiken. De werknemers van het Ieperse bedrijf kregen als troost voor hun verontwaardiging een habbekrats van een 250 euro. Maar zij zijn niet de enigen die vragen hebben. De sociale onderhandelingen bevinden zich in de fase van het sectorale overleg. Het is een beetje lastig om daar aan werkgeverszijde te beweren dat de internationale concurrentie absoluut geen ruimte voor loonstijgingen biedt, als intussen blijkt op welke schaal ondernemingswinsten worden afgeroomd. En als belastingbetalers zijn we in dit dossiers allemaal bestolen. Deze week verscheen bovendien een onderzoek dat 23 landen vergelijkt inzake behoorlijk bestuur (corporate governance). België viel er genadeloos door de mand, samen met Griekenland en Japan. De ondoorzichtigheid van het management en de ondoordringbare verstrengeling van belangen worden in toenemende mate een handicap voor onze economie. Niet alleen op de markt voor goederen en diensten vallen de grenzen weg. Dat geldt in nog grotere mate voor de markt van het geld. Op dit ogenblik beleven we een nieuwe fase in de schaalvergroting van de Europese kapitaalmarkten. Er bestaat een reële kans dat Euronext, waar de Brusselse beurs deel van uitmaakt, binnenkort één geheel vormt met de Londense beurs. Dat Brussel in die club mee rond de tafel zit, is een gunstige zaak. Maar dat neemt niet weg dat het voor kleine en middelgrote ondernemingen moeilijker wordt om toegang te krijgen tot de kapitaalverschaffers. Eerlijke en klare communicatie is, meer dan ooit, van levensbelang. Bedrijven uit dezelfde sector worden internationaal met elkaar vergeleken. Een slechte reputatie op het vlak van behoorlijk bestuur kan de balans doen doorslaan. Daar hangen banen van af. Dat risico weegt vele keren zwaarder dan de begrijpelijke ergernis over bestuurders die hun eigen bedrijf tillen. 12/03/2005 Door Bart Sturtewagen ©Copyright De Standaard
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |