Het vak Nederlands gaat op veel MBO-scholen verdwijnen uit het lesprogramma. Het ministerie van Onderwijs wil dat de taalles vanaf volgend schooljaar in de praktijkvakken aan bod komt. Ook op het VMBO zal er minder apart aandacht zijn voor Nederlands.
In dit 'competentiegerichte onderwijs' krijgen leerlingen bijvoorbeeld Nederlands wanneer zij zich tijdens het vak Marketing moeten richten op het schrijven of samenstellen van een marketingadvertentie. Er zijn nog wel toetsen Nederlands, maar de taal wordt meer doelgericht toegepast.
De brancheorganisatie van de onderwijsinstellingen in het middelbaar beroepsonderwijs en de volwasseneneducatie (Bve Raad) denkt dat deze vorm van lesgeven beter aansluit op de arbeidsmarkt. De stichting Leerplanontwikkeling SLO en de Vereniging van Leraren in Levende Talen denken daar anders over.
Te snel
"Er wordt te snel een andere weg ingeslagen. Op zich is het competentiegerichte onderwijs niet slecht, maar het rigoureus invoeren ervan is niet goed", zo zegt directeur Albert-Jan Peters van de SLO. Volgens hem zijn niet alle leraren per direct geschikt om te kijken hoe het met de kennis van het Nederlands van de leerlingen is.
"Je kan het wel invoeren, maar daar moet je wel een aantal jaren voor uittrekken. Leraren moeten bijvoorbeeld de tijd krijgen om bij te scholen", zo zegt Peters.
Toch benadrukt de directeur dat het geen slecht plan is. "We krijgen in het onderwijs meer te maken met kinderen die praktisch gericht zijn en daar sluit dit nieuwe onderwijs goed bij aan."
Onverantwoord
"Een onverantwoorde ontwikkeling", zo zegt CDA-Kamerlid Jan de Vries. "Juist omdat wij graag zien dat in het beroepsonderwijs de taalachterstand wordt weggewerkt." Ruim een derde van de MBO-leerlingen heeft een taalachterstand.
Scholen mogen voor een groot deel zelf bepalen hoe ze het onderwijs inrichten. "Toch willen wij met de staatssecretaris Rutte van onderwijs in debat", zegt De Vries. "Want wij willen toch dat het vak Nederlands op het programma blijft staan".