Zowat 800 manifestanten, hoofdzakelijk vrouwen, zijn vrijdag door Brussel getrokken in het kader van de Internationale Vrouwendag, die zondag plaatsvindt. De deelnemers aan de mars trokken van het Centraal Station naar het Poelaertplein.

2015 is het wereldwijde actiejaar van de Wereldvrouwenmars, een internationale beweging die meer dan 5.000 netwerken, organisaties en militanten uit 164 landen en gebieden groepeert om te manifesteren “zolang niet alle vrouwen vrij zijn”. De hoofdthema’s van de Wereldvrouwenmars zijn geweld tegen vrouwen en gemeenschapsgoederen.

Zelfs in België blijven de cijfers over geweld tegen vrouwen onaanvaardbaar, zegt woordvoerster Vroni Lemeire. Vanaf de leeftijd van 15 jaar is 24 procent van de Belgische vrouwen slachtoffer van partnergeweld. Bewustwording alleen is ontoereikend, er is nood aan politieke actie en verhoogde budgetten, klinkt het.

Daarnaast vrezen de vrouwenorganisaties door de huidige besparingen een sociaal bloedbad dat vrouwen extra hard zal raken. De Wereldvrouwenmars pleit voor kwaliteitsvolle jobs en publieke diensten, een sterke sociale zekerheid en een rechtvaardig en solidair belastingsysteem. Ook de verdeling van huishoudelijke taken tussen mannen en vrouwen, het aanpakken van seksistische stereotypen en een solidariteit voor de economische zelfstandigheid van alle vrouwen staan op de agenda.

Voor het vertrek van de optocht nam Brussels staatssecretaris voor Gelijke Kansen Bianca Debaets (CD&V) het woord. Zij laat momenteel het fenomeen van geweld tegen vrouwen in Brussel in kaart brengen. “Ook genitale verminking is een groot probleem in de hoofdstad. Maar liefst 6.000 vrouwen zijn potentieel slachtoffer van vrouwenbesnijdenis.”

Bron: http://www.standaard.be/cnt/dmf20150306_01566164
Eigen mening: Zondag is het wereldvrouwendag. Er zijn schrikwekkend hoge cijfers van vrouwen die met partner geweld te maken hebben. Dit vanaf een leeftijd van 15jaar. Dus ook jongeren waar wij les aan gaan geven kunnen slachtoffer zijn. Ik denk dat wij als leerkrachten een belangrijke rol zijn in deze situatie. Leerlingen kunnen ons in vertrouwen nemen omdat wij buiten de situatie staan, maar wat kunnen wij doen? Welke stappen mogen wij ondernemen?
Doorheen de opleiding hoop ik hier een antwoord op te vinden, omdat ik denk dat het toch wel belangrijk is.