|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
|||
|
|||
Waarom hoger inschrijvingsgeld vooral een psychologische impact heeft
Uit cijfers die De Morgen opvroeg blijkt dat het inschrijvingsgeld de voorbije decennia geen gelijke tred hield met de stijgende lonen. "Zelfs als het inschrijvingsgeld aan de universiteiten en hogescholen verdubbeld wordt, verandert er eigenlijk niet zo heel veel. En toch schreeuwt iedereen nu moord en brand. Het debat moet sterk gerelativeerd worden", zegt Ides Nicaise, onderwijsexpert aan de KU Leuven.
"Inschrijvingsgeld van 1.000 euro of meer brengt de democratisering van ons onderwijs in gevaar." "Sommige jongeren uit minder gegoede gezinnen zullen de stap naar de universiteit of hogeschool minder snel zetten." Het is een angst die bij velen leeft, maar is hij ook terecht? Neen, zegt onderwijsexpert Ides Nicaise van de KU Leuven. "Er zullen nauwelijks studenten afhaken." In 1978 kopte de eerste editie ooit van De Morgen met 'Akties tegen 10.000 lonend'. Dat de verhoging van het inschrijvingsgeld aan de universiteiten naar 10.000 frank, zo'n 250 euro, voor enige ophef zorgde, is een understatement. Psychologische grens Of we dat de komende maanden ook mogen verwachten, blijft koffiedik kijken.Toch zijn er veel overeenkomsten tussen 1978 en vandaag. Ook toen moest er worden bespaard en moest het inschrijvingsgeld eraan geloven. De 10.000 frank, een verdubbeling ten opzichte van het collegegeld dat voordien moest worden betaald, was niet alleen een fors bedrag, het was ook een psychologische grens. Bijna 36 jaar later botst minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) opnieuw op zo'n grens, alleen bedraagt die tegenwoordig 1.000 euro. "We zijn bang dat er dan studenten gaan afhaken", klinkt het bij de uniefs en hogescholen. "De democratisering komt in gevaar", zeggen ook de studenten. Maar is dat wel zo? In 1978, toen de studenten massaal op straat kwamen, verdiende de gemiddelde Belg zo'n 971 euro bruto per maand. Een jaar studeren kostte dus een vierde van een maandloon. In 1986, toen het collegegeld steeg naar 325 euro, maakte het 22,2 procent uit. In de jaren die volgden hield het inschrijvingsgeld geen gelijke tred met de stijgende lonen. Vandaag kost het 619,90 euro, een vijfde van een gemiddeld loon. Om terug uit te komen op het niveau van 1978 zou het collegegeld moeten stijgen tot 837 euro. Private kost Die lage kostprijs van een jaar studeren zou de democratisering vooruit helpen, menen voorstanders. Maar in werkelijkheid doet het dat niet (meer). In Vlaanderen komt amper 5,75 procent van alle studenten uit laaggeschoolde gezinnen. Diezelfde gezinnen beslaan nochtans 18 procent van de bevolking. "Het debat moet sterk gerelativeerd worden", zegt Nicaise dan ook. "Zelfs als de inschrijvingsgelden verdubbeld worden, verandert er eigenlijk niet zo heel veel. En toch schreeuwt iedereen nu moord en brand." Nicaise wijst wel op de zogeheten private kost voor studenten en hun gezin. Die bedraagt al snel meer dan 6.000 euro per jaar en het inschrijvingsgeld is daar slechts een fractie van. Als daar het inkomensverlies van studenten - want ze kunnen door hun studie niet voltijds werken - wordt bijgeteld, dan valt dat bedrag nog hoger uit. Andere uitgaven wegen daardoor nog zwaarder door dan het collegegeld. De UGent berekent dat een student gemiddeld tussen de 2.322 euro en 3.960 euro per jaar uitgeeft aan een kamer of een studio. Ruim twee tot vier keer zoveel als de psychologische grens van 1.000 euro. Kotprijs aanpakken Het verbaast socioloog Ignace Glorieux (Vrije Universiteit Brussel) dat deze kosten zonder morren worden betaald. "Als het van de overheid komt, staan mensen meteen op hun achterste poten, omdat ze onderwijs als een basisrecht zien. Maar we leven in tijden van besparingen en iedereen moet bijdragen. De prijs van een kot is dramatisch gestegen, maar daarvoor komt niemand op straat. Waarom niet? Die prijzen kunnen ook dalen. Maar omdat het zich in de privésfeer afspeelt en er dus marktwerking heerst, zucht iedereen alleen eventjes om vervolgens gewoon te betalen." Dat stuit ook Nicaise voor de borst. Volgens hem zou het aanpakken van de kotenprijzen zinvoller zijn dan het instandhouden van het huidige inschrijvingsgeld. "Het huidig systeem is veel minder democratisch dan het lijkt", zegt Nicaise. "De Vlamingen met een lager inkomen participeren te weinig aan het hoger onderwijs, de hoge inkomensgroepen eigenlijk te veel. Het zorgt ervoor dat Jan Modaal in feite de studie betaalt van de kinderen uit de hogere middenklasse. Een hoger inschrijvingsgeld voor die laatste groep is veel democratischer." Bron: De Morgen (19/9) Commentaar: Op zich is het niet meer dan normaal dat het inschrijvingsgeld stijgt. Scholen worden alsmaar "moderner". WI-FI is een must, in nagenoeg ieder klaslokaal bevindt zich een PC, zonder projector valt haast geen les meer te geven, en noem maar op ... Al deze "luxe" brengt uiteraard de nodige kosten met zich mee. |