Verpleegkunde voor het eerst minder knellend
Één bijsturing van de arbeidsmarkt is gelukt

BRUSSEL - In september was er voor het eerst sinds vele jaren geen stijging, maar een lichte daling van het aantal vacatures voor verpleegkundige dat langdurig blijft openstaan.
Aan de jarenlange stijging van het aantal verpleegkunde-vacatures dat maar niet ingevuld raakt, is in september een einde gekomen. Voor het eerst zijn er een beetje minder vacatures die langdurig blijven openstaan: 1.500 tegen 1.800 in september 2011.

Dat is nog altijd heel veel, zegt Lon Holtzer, maar er is toch een ommekeer, al weet ze niet of die blijvend is.

Lon Holtzer is exact twee jaar geleden door Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) aangetrokken als ambassadeur zorgberoepen om kandidaten voor die beroepen aan te trekken. Ze mag dus een beetje trots zijn.

Aanvankelijk richtte ze zich alleen op verpleeg- en zorgkundigen; nu bestrijkt ze alle beroepen van de gezondheids- en welzijnszorg waarin tekorten heersen.

De verpleegkunde-vacatures die langdurig oningevuld blijven, waren verdubbeld in vijf jaar: 800 in september 2006, 1.800 in september vorig jaar. Niet alleen voor verpleegkundigen daalt dat aantal nu, maar ook voor zorgkundigen.

Waaraan is die kentering te danken?

Niet aan een daling van het aantal vacatures zoals in de rest van de arbeidsmarkt. De werkgelegenheid in deze sector blijft stijgen.

Dus is de kentering toe te schrijven aan een stijging van het aantal kandidaten.

Al enkele jaren stijgt het aantal studenten verpleegkunde. Maar dat betekent niet noodzakelijk dat er ook meer afstuderen en dat die dan ook nog in de sector willen werken.

Maar dat blijkt nu wel het geval te zijn. Het aantal studenten verpleegkunde is nog nooit zo hoog geweest. Vorig jaar waren er 6.750 eerstejaars: 2.880 in HBO5-opleiding, 3.870 in de bacheloropleiding.

Daar zitten twee evoluties achter.

Ten eerste weten de verpleegopleidingen een groter aandeel van de 18-jarigen naar zich te trekken. Jarenlang schommelde dat rond vijf procent, nu is dat acht procent: van één op de twintig werd dat één op de twaalf 18-jarigen.

Nog opvallender is de tweede trend: één op de zes eerstejaars zijn mensen die op latere leeftijd aan de studies beginnen. ‘Zij-instromers', mensen uit andere sectoren die ‘zinvoller' werk zoeken, huisvrouwen, ... Een deel ervan zijn zorgkundigen die tijd vrij krijgen om te studeren en op te klimmen tot verpleegkundige.

Honkvast

Het grootste nadeel van de Belgische arbeidsmarkt speelt ook in het voordeel van de zorgsector. De honkvastheid van de werknemers is in deze sector nog groter dan in de rest van de arbeidswereld, leert een recent onderzoek van SDWorx. Een paar cijfers: in de non-profitsector is 47 procent van de werknemers nog nooit van werkgever veranderd (31 procent elders). In die sector bedraagt de uitstroom amper 10 procent per jaar (gemiddeld 17 procent; in sommige sectoren 25 procent en meer).

Er wordt wel van werk veranderd in de non-profitsector, maar men gaat naar andere voorzieningen of andere subsectoren; men stapt bijna nooit uit de sector.

bron: De standaard 31/10/2012,http://www.standaard.be/artikel/det...121030_00353698

Mening:Ik begrijp niet zo goed dat als er nog veel vacatures openstaan, en er veel werkgelegenheid is waarom komt het dan niet in orde? Als er zoveel vacatures zijn hebben ze toch keuze genoeg om uit te kiezen? 1800 oningevulde vacatures is erg veel in mijn ogen. Het wordt tijd dat ze dit probleem grondig gaan aanpakken. Hopelijk zal de positieve ommekeer blijven opbouwen. Het is toch van groot belang dat er genoeg personeel is in het ziekenhuis of voor thuiszorg enz... Ik vindt het toch wel een erg belangrijk beroep in de maatschappij. Het gaat tenslotte over andere mensen helpen. Verpleegkunde is natuurlijk wel een knelpuntberoep.