De lagere en middelbare scholen krijgen steeds meer te maken met spijbelaars. In het schooljaar 2010-2011 waren 7.266 kinderen ongeoorloofd afwezig, 20 procent meer dan in 2009-2010. Dat blijkt uit cijfers van het jaarrapport leerplichtcontrole van het Agentschap voor Onderwijsdiensten, schrijft De Morgen.
De stijging is relatief het grootst bij de basisscholen. Van de 395.018 kinderen waren er in het schooljaar 2010-2011 liefst 1.373 leerlingen niet aanwezig, 35 procent meer dan het jaar ervoor. De meeste spijbelaars zitten in het eerste leerjaar.

Het Agentschap voor Onderwijsdiensten merkt op dat de oorzaak van de afwezigheid vooral gezocht moet worden bij de ouders. Antwerpen en Oost-Vlaanderen moeten de meeste spijbelaars tolereren. Bijna 70 procent van hen heeft een andere thuistaal dan het Nederlands, terwijl 30 procent lid is van de trekkende bevolking.

In het secundair is het aantal ongeoorloofd afwezigen met 16,6 procent gestegen tot 5.893. Ook hier betreft het vooral anderstaligen uit grootstedelijke gebieden. Scholen schakelden 1.438 keer de politie in om leerlingen te traceren.

De meeste absenties worden volgens de scholen veroorzaakt door schoolmoeheid, opvoedingsonmacht van de ouders of een problematische gezinssituatie.
Bron: hln, 11/10/2012
Eigen mening: Weer een nieuwsbericht dat laat zien hoe groot de uitdaging omtrent immigratie voor het onderwijs is. Dat taalachterstand in het onderwijs kan leiden tot leerachterstand in volgens mij algemeen geweten. Nu krijgen we ook nog eens cijfers die laten zien dat deze leerachterstand voor schoolmoeheid zorgt. Jammer wel dat er een cijfer ontbreekt. We weten dat 70% van de spijbelaars TNN leerlingen zijn, maar we weten nog niet hoeveel procent van de TNN leerlingen spijbelt. Dat zou pas laten zien hoe groot het probleem werkelijk is.