Werklozen krijgen kwart minder

BRUSSEL - De werkloosheidsuitkeringen zullen vanaf 1 november, in fases, met gemiddeld een kwart dalen. Daarover zijn de federale topministers het eens. Voor samenwonenden daalt de uitkering finaal tot 483 euro per maand.


De geleidelijke daling van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd, de zogenaamde degressiviteit, is een van de opmerkelijke onderdelen van het federale regeerakkoord. De liberalen eisen al jaren dat de RVA-uitkeringen na een (lange) tijd werkloosheid helemaal worden stopgezet, maar dat is voor de socialisten een brug te ver. Tijdens de regeringsonderhandelingen, eind vorig jaar, kwam een compromis uit de bus: de uitkeringen zouden na verloop van tijd afnemen, maar wel blijven bestaan. Meteen komt ons land ook tegemoet aan één van de zes sociaal-economische aanbevelingen die Europa vorig jaar deed. De maatregel levert een budgettaire besparing op, maar er is ook een belangrijke inhoudelijke doelstelling: werklozen aanzetten sneller een job te zoeken.

Over de concrete uitvoering van die afspraak werd al weken achter de schermen gebakkeleid. De sociale partners raakten het in het beheerscomité van de RVA eens over een advies voor de minister van Werk, Monica De Coninck (SP.A).

De Coninck mag dat advies in een koninklijk besluit gieten, dat vanaf 1 november van dit jaar in werking treedt. Over het geheel bestaat sinds gisteren een politiek akkoord tussen de topministers.

Helemaal nieuw is die degressiviteit niet. De werkloosheidsuitkeringen dalen ook nu al een stukje, maar dat wordt voor sommige werklozen vanaf november wel een pak forser. Voor gezinshoofden ligt de daling het laagst: 12procent. Voor alleenstaanden gaat de uitkering met 17,5procent omlaag. Samenwonenden worden het hardst getroffen. Zij zullen het met 41,5procent minder moeten doen.

De nieuwe regeling slaat op ongeveer 131.000werklozen. Het gaat om ongeveer 55.000 alleenstaanden, 50.000 gezinshoofden en 25.000 samenwonenden.

Wanneer begint hun uitkering te dalen? Dat is afhankelijk van het aantal jaren dat de betrokkenen hebben gewerkt. Voor wie minder dan vijf jaar op zijn teller heeft staan, begint het bedrag na één jaar en twee maanden te dalen. Voor de anderen is dat pas na twee jaar. Vanaf dan gaat het bedrag om de zes maanden omlaag, met een maximum van vier keer. Na twee jaar bereikt de uitkering dus een minimumbedrag dat niet meer omlaag kan.

Hoe dan ook blijven nog vrij veel werklozen gespaard. De bestaande uitzonderingen blijven immers geldig en daarnaast zullen werklozen met een arbeidsongeschiktheid van 33procent, al wie twintig jaar heeft gewerkt en 55-plussers financieel niets verliezen.

Bron: De Standaard

-----------------------------------------------------------------------
Mijn mening:
Deze maatregel zal zowel positieve als negatieve gevolgen hebben. Er zijn nu eenmaal mensen die profiteren door bv. niet voldoende naar werk te zoeken of door naar de dokter te lopen en één of ander mankement te veinzen. De belastingen die de werkende mens moet betalen gaan ook naar zulke profiteurs. Mensen die echt veel moeite doen om een job te vinden worden nu dus benadeeld door deze maatregel, wat dan weer een negatief gevolg is van het doen dalen van de werkloosheidsuitkeringen.
Ook is dit een groot nadeel voor ons, leerkracht in wording. Het eerste jaar of de eerste jaren zullen velen onder ons er zijn om vervangingen op zich te nemen. Af en toe zitten deze dus zonder werk en zal de werkloosheidsuitkering ook voor hen een stuk lager liggen.
Ik denk dat het beter is om eerst eens strenger toe te kijken op diegenen die werkloos zijn.