|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
||||
|
||||
'We zijn te rijk om nog links te kunnen zijn'
'Dan blijf ik liever die sukkel van links'
Emeritus professor Jaap Kruithof kreeg de tweejaarlijkse prijs van het Vrijzinnig Humanisme. Een gesprek met een notoire dwarsligger en stijfkop. 'Ik word steeds radicaler.' 'Ik ben vergeten jullie een glas water aan te bieden', constateert hij als we ruim twee uur aan het praten zijn. 'Mag het kraantjeswater zijn? Het is het enige wat ik in huis heb. Een man alleen - wat zou je willen?' Twee jaar geleden stierf zijn vrouw. En hoe het nu met hem gaat? 'Ik ben nogal labiel. Om jullie de waarheid te zeggen: na de begrafenis van Els was ik compleet van de kaart. Ik was 40 jaar professor, en voor het eerst in mijn leven kreeg ik écht met filosofie te maken, op een existentiële manier. Het probleem was: zelfmoord of verder leven? Ik had namelijk een prachtig huwelijk gehad, met een prachtige vrouw, en ineens was ik alles kwijt. Ik heb de neiging gehad er een eind aan te maken, want ik twijfelde aan het nut van mijn bestaan. Drie dagen heeft dat geduurd. Die heb ik voornamelijk in bed doorgebracht, met een paar kratten wijn. Na drie dagen was ik natuurlijk strontzat, maar ik had besloten verder te leven. Ik heb het er toen met mijn kinderen over gehad. De enige manier om te overleven, heb ik ze verteld, is dat ik Els loslaat. Ik moet me van haar verwijderen. Dat was natuurlijk een onaangename mededeling, maar wel eerlijk. Er zat ook niets anders op. Als ik aan Els was blijven hangen, had ik zelfmoord gepleegd.' De aanleiding voor ons bezoek is de toekenning van de tweejaarlijkse prijs van de Humanistisch-Vrijzinnige Vereniging (HVV). Eerder ging die prijs naar, onder anderen, Hein Picard, Lucienne Herman-Michielsens, Regine Beer, Leo Apostel en Hubert Dethier. Kruithof werd bekroond wegens zijn 'moed en hoge graad van engagement'. 'De generatie van leraren en professoren die Kruithof heeft gevormd,' zegt het juryrapport, 'betekent een reële en vermoedelijk onomkeerbare inbreuk op de oude Vlaamse zelfgenoegzaamheid, door kerk en haard gekoesterd gedurende eeuwen.' Kruithof ging in 1995 met emeritaat en is intussen 77. Komt die bekroning niet een beetje laat? Eerlijk gezegd dachten wij dat u die prijs al lang had gehad. JAAP KRUITHOF: Wat moet ik daarop zeggen? Het is misschien niet abnormaal dat ik zo lang heb moeten wachten, want ik heb in het verleden stevig ruzie gemaakt binnen het Humanistisch Verbond. Dat is al begonnen in de jaren zestig. Er was toen een ideologisch gevecht aan de gang tussen vrijzinnigen en katholieken, maar ook tussen de conservatieve en de progressieve vleugel - waartoe zowel vrijzinnigen als katholieken behoorden. Het pleit is toen beslecht op een congres, waar de conservatieven 55 procent van de stemmen haalden. Ik heb daar mijn conclusies uit getrokken en heb ontslag genomen uit de raad van bestuur van het Humanistisch Verbond. Dat heeft me niet populair gemaakt. Voor een aantal mensen ben ik altijd de man gebleven die binnen het Humanistisch Verbond een putsch heeft proberen te plegen. Die zijn dat nooit vergeten. Een prijs voor Vrijzinnig Humanisme. Is dat niet dubbelop? KRUITHOF: Nee, want er bestaat ook een christelijk humanisme, bijvoorbeeld. Toen we destijds met het Humanistisch Verbond begonnen, dachten vrijzinnigen dat ze de enige humanisten waren. Maar dat is natuurlijk grote onzin. Je moet een onderscheid maken tussen het christelijke wereldbeeld en de christelijke moraal. Met het christelijke wereldbeeld kun je niets aanvangen, want dat is gebaseerd op een sprookje dat hoogstens symbolische of literaire waarde heeft. Maar als God mens is geworden, betekent dat ook dat de mens goddelijk is. Dat is een bij uitstek humanistische gedachte. Maar ze spoort niet met uw opvatting van het humanisme. Beschouwt u de mens als de maat van alle dingen? KRUITHOF: Niet de mens, maar de natuur - het grotere geheel, waarvan de mens een deel is. Wij humanisten zijn het onderling over een heleboel dingen niet eens. Ik beschouw mezelf als een groene humanist. In mijn boek De mens aan de grens uit 1985 heb ik betoogd dat we het antropocentrisme moeten vervangen door ecocentrisme. Antropocentrisme betekent dat je de mens op een voetstuk plaatst en al de rest je gestolen kan worden. Ecocentristen zien dat breder. Hun moraal geldt niet alleen voor de mens, maar ook voor katten en honden, koeien en paarden enzovoort. Bent u nog altijd lid van GAIA? KRUITHOF: Geen lid meer van de raad van bestuur... Ik was wel met Ward Ruyslinck en Michel Vandenbosch bij de oprichting van GAIA betrokken, maar we kregen al gauw meningsverschillen. Michel Vandenbosch is een leerling van de Australische filosoof Peter Singer, die een theorie heeft ontwikkeld over pijnervaring: alle wezens die pijn kunnen ervaren, hebben rechten en moeten beschermd worden. Dat is natuurlijk juist, maar ik zie het nog veel ruimer. Het begint al bij het water. Het water voelt helemaal niets, maar zonder water is er geen leven. Natuurlijk gaat het lot van de gorilla's en de chimpansees mij ter harte, maar daar mag het niet bij blijven. Wat doe je met de wormen? Het is niet omdat je die in twee stukken kunt snijden zonder dat ze pijn lijden, dat ze geen functie hebben in het ecosysteem. Ze vonden bij GAIA ook dat ik vegetariër of zelfs veganist moest worden. Maar ik huiver voor iedere vorm van fundamentalisme. Enfin, toen hebben ze mij eruit geknikkerd. Zou u een vlieg kwaad kunnen doen? KRUITHOF: Ja hoor. Zo sentimenteel ben ik nu ook weer niet. Maar ik probeer het wel te vermijden. En intussen kunt u zich geweldig kwaad maken op mensen die bloemen in een vaas zetten. Wat is daar mis mee? KRUITHOF: Dat ze dood zijn. Je kunt ze beter levend houden - mij doe je meer plezier met een plant. Ik heb dat al honderd keer gezegd, maar het helpt niet. Bij de uitreiking van de prijs in het Zuiderpershuis kreeg ik godbetert weer een bos snijbloemen. Wat is dat voor een kwaadaardig cadeau? Bent u een misantroop? KRUITHOF: Absoluut niet, maar ik kan me vreselijk ergeren aan mensen. Sinds de dood van Els eet ik 's middags vaak buitenshuis. Daar zit ik dan in het een of andere restaurant tussen al die vrouwen - mannen zie je er nauwelijks - en dan probeer ik een praatje te slaan. In april, toen het ineens volop zomer was, waren ze door het dolle heen, want het zonnetje scheen en in het weekend gingen ze naar de kust. Ik zat daar intussen met een lang gezicht - ik dacht aan de opwarming van de aarde. Ik zei dus: 'Wacht maar tot augustus, dan wordt het 45 graden in de schaduw! Dát wordt pas leuk. Lezen jullie dan geen kranten?' Had je die reacties moeten zien. U bent vast heel populair bij de dames. KRUITHOF: Het is verschrikkelijk. Ze gooien me eruit. In sommige restaurants kan ik niet meer komen, want ze denken meteen: daar heb je die ruziemaker weer. Dreigt u niet te vereenzamen? KRUITHOF: Na de dood van Els had ik ineens zes nieuwe lieven. Als wespen kwamen ze hier binnenvallen. Het ging niet om de seks, hoor - die vrouwen waren niet gek, en ze konden ook wel zien dat ik een man op leeftijd ben. Nee, het ging om gastronomie. Ik moest gevoederd worden. Maar de ene kon niet koken, de andere schepte mijn bord altijd boordevol zonder dat ik daarom gevraagd had. Ik heb ze dus één na één gedumpt. Maar zonder gekheid: alleen zijn is geen pretje. Ik zie mijn kinderen bijvoorbeeld minder vaak dan ik zou willen. Houdt de dood u bezig? KRUITHOF: Bijwijlen. Wie zegt dat hij geen doodsangst kent, liegt. Een vrouw hier uit de buurt zei tegen mij: 'Ik ben niet bang voor de dood. Mijn man, díé is bang.' Wat een arrogantie! Ik was zo kwaad dat ik antwoordde: 'Dat komt omdat uw man veel verstandiger is dan u.' Ze heeft zes weken niet meer tegen mij gesproken. Het is niet alleen de dood die mij bezighoudt, maar ook de angst voor de aftakeling en de pijn. Ik loop bijvoorbeeld moeilijk en dat wordt steeds erger. Als ik niet al eerder de pijp uitga, eindig ik in een karretje. Dat is geen leuk vooruitzicht, maar liever dat dan dood zijn. Ik denk de laatste tijd veel na over euthanasie. Een van mijn knapste leerlingen is vorig jaar overleden. Hij leed aan een ongeneeslijke ziekte en had besloten dat het genoeg was geweest. Maar eerst gaf hij nog een afscheidsfeest voor zijn vrienden. Ik ben niet gegaan. U beschouwt het als valse branie? KRUITHOF: Zo zou je het kunnen noemen. Voor mij werd daar toch een grens overschreden. Je moet geen feest geven om het feit te vieren dat je zelf het moment van je dood bepaalt. Want het blijft natuurlijk een nederlaag. Je moet de boel niet omdraaien. Ik wil in ieder geval zo lang mogelijk leven. Ik leef graag. Bent u een religieus mens? KRUITHOF: Het hangt ervan af wat je daarmee bedoelt. Religieus betekent niet hetzelfde als godsdienstig. Mijn houding tegenover de natuur zou je een religieuze kunnen noemen. Dat is begonnen met een soort afschuw van het feit dat mensen alles kapotmaken. Het ging zelfs zo ver dat ik een tijdlang gezegd heb: in mijn tuin wordt niet gesnoeid. Dat bleek op den duur niet vol te houden, maar alla. Religieus betekent voor mij: heilig. Maar dan moeten we eerst weer definiëren wat heilig betekent. Iets is heilig wanneer het tegelijkertijd aantrekkelijk en angstaanjagend is, en vooral: onaantastbaar. Laat ik een paar voorbeelden geven. Een orgasme kan een religieuze ervaring zijn, of een geboorte. Als mensen op kraambezoek gaan, dan zie je de bewondering en de verwondering in hun ogen: hoe bestaat het? Ik heb eens een experiment gedaan en een baby voor de ogen van zijn moeder uit zijn wiegje proberen te grissen. Dat lukte natuurlijk niet, want baby's zijn zo teer en breekbaar - die wil iedereen beschermen. Poten thuis! Baby's zijn heilig. Daar is iedereen het over eens. Maar toch. Wat voor de ene mens heilig is, is het niet altijd voor de andere. KRUITHOF: Natuurlijk niet. Daarom begrijp ik ook dat moslims diep gekwetst waren door die Deense cartoons over de profeet Mohammed. Wij mogen dat wel onnozel vinden, maar voor hen is de profeet heilig. Is vrijheid van meningsuiting voor u dan niet absoluut? KRUITHOF: Als filosoof ga ik altijd uit van een aantal basiswaarden: waarheid, goedheid, schoonheid, rechtvaardigheid, vrijheid enzovoort. Ik merk nu een tendens om één waarde te verabsoluteren: de waarheid en niets dan de waarheid. Daar ben ik het niet mee eens. Toen mijn vader in het ziekenhuis lag met leverkanker, ging ik hem vaak bezoeken. Ik wist dat hij niet lang meer te leven had, maar moest ik hem dat ook vertellen? Moest ik zeggen: papa, de waarheid is dat je doodgaat? Ik heb daar vierkant staan liegen, omdat dat zowel voor mijn vader als voor mij het beste was. De waarheid is geen absolute waarde, net zo min als de liefde of de schoonheid. Ze beperken elkaar. Je kunt met de waarheid iemand nodeloos kwetsen. En dat zegt Jaap Kruithof, die in het verleden toch niet bang was om katholieken op de ziel te trappen. KRUITHOF: De situatie was toen anders. Ik stel me altijd de vraag: wie is de onderdrukker en wie wordt er onderdrukt? Ik kies de kant van de zwakste. Dat zijn vandaag de moslims, en dat waren in het verleden beslist niet de katholieken. Bent u milder geworden? KRUITHOF: Helemaal niet. Ik ben nu veel radicaler dan twintig jaar geleden. Hoe dat komt? Ik ben ervan overtuigd dat de westerse beschaving ten dode is opgeschreven. Der Untergang des Abendlandes - dat gaan we nu meemaken. Ik zeg dat niet met leedvermaak, want ik ben altijd een bewonderaar geweest van die beschaving. Ik ben een rationalist, een aanhanger van de verlichting en de wetenschap. Maar ik zie nu tot mijn grote verbazing hoe fundamentalisten ook in het Westen hoog van de toren beginnen te blazen, types als Jan Peter Balkenende en Yves Leterme. Ik zie vandaag in heel Europa de politieke partijen naar rechts opschuiven. Er is in ons land geen linkse partij meer over. Ook de SP.A niet. In 1995 was u nog een van de ondertekenaars van de petitie 'De SP is nodig'. KRUITHOF: En daar heb ik spijt van gekregen. In 1963 ben ik samen met Ernest Mandel uit de Belgische Socialistische Partij gestapt, maar ik ben wel altijd links gebleven. De SP.A is intussen een centrumpartij geworden. Zo'n Johan Vande Lanotte heeft met het Generatiepact het proletariaat verraden. Die man verkoopt alleen nog gebakken lucht. Ik kan me daar vreselijk druk over maken, maar in mijn eentje zal ik de verrechtsing niet tegenhouden. Dus heb ik me maar neergelegd bij een verrottingsstrategie. U gaat ervan uit dat alles om zeep gaat? KRUITHOF: Voor Europa zal het de eerste tien, vijftien jaar in ieder geval niet aardig lopen. Voor de wereld is dat anders. Zuid-Amerika maakt zich los van de Verenigde Staten. In China en India speelt de macht van het getal. Het Westen staat bij elkaar voor goed een miljard mensen. Op een totaal van meer dan zes miljard in de hele wereld. Onze economie wordt zwakker. Je kunt in die omstandigheden geen imperialistische politiek in stand houden. Is de conclusie dan: jammer voor de Europeanen, maar de wereld wordt uiteindelijk rechtvaardiger? KRUITHOF: Ik ben een realist. Mijn nieuwe boek gaat over de afbraak van het imperialisme. Europa is niet zo gevaarlijk, maar Amerika wel. Een derde van het Amerikaanse geld is Chinees spaargeld dat in de VS wordt geïnvesteerd. Kunnen ze die schuld ooit terugbetalen? Ze hebben geen geld voor hun oorlogen, voor al hun basissen over de hele wereld. Toch ben ik bang dat hun enige antwoord is: meer oorlog. De Romeinen zijn ooit ook aan imperialisme ten onder gegaan. Twijfelt u weleens? U maakt niet die indruk. KRUITHOF: Dat is waar, en dat is verkeerd. Ik ben waardegeladen. En als ik dat ben, kan ik ontzaglijk boos worden. Ik heb dat nu, bijvoorbeeld, met het zionisme. Als ik lees dat het Amerikaanse Congres 86 miljoen dollar uittrekt om de Palestijnen elkaar te laten uitmoorden, raak ik buiten mezelf van woede. Dan zegt u: 'Achter het zionisme verschuilt zich het fascisme.' Is dat niet een beetje kort door de bocht? KRUITHOF: Dat is woede en ik moet die woede intomen. Maar zo sterk ben ik af en toe niet. Dan analyseer ik niet meer redelijk. Wat houdt u na al die jaren nog over van het marxisme? KRUITHOF: Een heleboel. Steeds meer zelfs. Ik ben via Attac betrokken bij de grote wereldbeweging van andersglobalisten. Daarin zitten verschillende tendensen bij elkaar en ik sta dicht bij marxisten als Samir Amin en François Houtart. Toen ik in 1985 met de marxistische beweging brak, was mijn voornaamste kritiek dat de marxisten even weinig respect voor de natuur hebben als de kapitalisten. Maar als het over de economische ontwikkeling in de wereld gaat, staat de marxistische analyse nog altijd recht overeind. Hoe radicaal bent u eigenlijk? In een filmpje dat op uw huldiging werd getoond, zei Etienne Vermeersch: 'Als ik de revolutie in de weg sta, laat Kruithof mij fusilleren.' KRUITHOF: Waarom zegt hij zoiets? Dat is ongelooflijk arrogant. Ik vertelde op de huldiging ook over mijn leermeester Maurice Merleau-Ponty, die over de processen van Moskou geschreven heeft. Stalin heeft al zijn medewerkers van enig niveau uitgeroeid. Ik ben sinds die tijd 100 procent antistalinist. En wat doet Vermeersch? Hij gaat ervan uit dat ik een stalinist ben. Wat Stalin deed, had niets met socialisme te maken. Als het socialisme in de wereld een toekomst heeft, dan moet en zal het democratisch zijn. Als u terugkijkt, hebt u dan het gevoel dat u het goed hebt gedaan? KRUITHOF: Iemand vroeg me een tijd geleden of het geen tijd was om bekende mensen te vragen een lezing te houden over de fouten die ze in hun leven hebben gemaakt. Ik denk dat ik zes van die lezingen ga houden. Dat is ook niet zo erg: er bestaan geen mensen die zich niet vergissen. U zegt dus niet met Willem Frederik Hermans: 'Ik heb altijd gelijk'? KRUITHOF: Ik heb me in 1968 natuurlijk vergist. Het was dan al te laat voor een revolutie in de westerse samenleving. De omslag was al gebeurd. Europa had macht afgestaan aan de VS. En die alliantie van arbeiders en studenten... In Parijs riepen ze: 'Les fils-à-papa au boulot.' KRUITHOF: Het is helemaal niet gelukt. De linkerzijde was tóén al te zwak. Lenin had in 1917 geluk met zijn revolutie, omdat al die mensen zo ontevreden waren. Maar in 1968 waren we hier al bezig rijk te worden. Zegt u nu dat we te rijk zijn om nog links te kunnen zijn? KRUITHOF: Dat is met elkaar verbonden. In het Venezuela van Hugo Chavez is dat anders. Maar hier? Een andere fout is dat ik te laat heb gemerkt dat de faculteit filosofie in Gent naar rechts evolueerde. Ik wou meedoen aan de ideeënstrijd in de wereld. De grote baas spelen in Gent lag niet in mijn karakter. Maar als filosoof brak u ook nooit echt door. Uw boeken werden, bijvoorbeeld, niet vertaald. KRUITHOF: Dat is volkomen juist. Ik probeer dat ook niet te weerleggen. Ik had ook geen zin in de verovering van de Franse, Duitse of Angelsaksische markten. Dat kost geld en tijd, en ik had het al zo druk. Met een beetje pretentie zou ik denken: na verloop van 50 of 100 jaar wordt iedereen wel vertaald. Wat blijft er dan over? Een druppeltje. Meer zit er niet in. Ik heb iets geprobeerd en ik heb verloren. So what? U was een roepende in de woestijn. KRUITHOF: Ik riep ook in een verkeerde woestijn. Ik neem weinig terug van wat ik heb proberen te doen, maar het Westen ging naar rechts en ik ging naar links. Had ik dan rechts moeten worden om succes te hebben? Dan blijf ik liever die sukkel van links. U komt uit een streng gereformeerd, calvinistisch gezin. Heeft dat uw sombere mensbeeld bepaald? KRUITHOF: U kunt bij mij misschien nog wel een paar trekken ontdekken die protestants zijn, maar ik ben helemaal geen calvinist meer. Mijn arbeidsverheerlijking, bijvoorbeeld, komt van het marxisme. Niet van het calvinisme. Dat is een andere soort. Ik haat het calvinisme ook omdat het zo fundamentalistisch is. Daarom heb ik ook een grotere hekel aan protestanten dan aan katholieken. Ze zijn zo fanatiek, zo absoluut. U bent zelf toch ook lichtjes fanatiek? KRUITHOF: Nee, ik ben kwaad. Samen met onrecht is woede mijn drijfveer. Dat Israël het Palestijnse belastinggeld niet aan de verkozen regering van dat volk overmaakt, daar word ik zo kwaad van. En ik word nog kwader op al die mensen die zeggen: wind je niet zo op. Uw opvolger aan de Gentse universiteit, Ronald Commers, noemde u vorige week tijdens zijn laudatio 'de op onrust gestelde professor'. U bent 77. Waarom geniet u niet nog een beetje? KRUITHOF: Maar dat dóé ik ook. Ik werk nog maar vier uur per dag, dat is aan de lage kant. Verder: met het autootje door Vlaanderen rijden, een nieuw restaurantje zoeken. Een kippenboutje afkluiven. Een glas rode wijn. Ik heb niets tegen genieten. Genieten is levensmoed. Ik heb wel iets tegen nihilisme en cynisme. Dat zijn de vijanden. Maar ben ik naïef als ik de mensen altijd hoop wil geven? Knack, 27-06-2007 (Piet Piryns & Hubert Van Humbeeck)
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB Laatst aangepast door Barst : 2nd August 2007 om 15:31. |