|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
|||
|
|||
Kennismaking met ballen : rollen en botsen
Lesvoorbereiding Lichamelijke Opvoeding
Student: Ralph Janne 2 Baso tel. 0479328540 E-mail: r0615933@student.thomasmore.be Datum stage: 23 maart 2018 Uur: 13u10 – 14u25 School: De knipoog Klassengroep: 1ste leerjaar Aantal lln.: 26 Lokaal: sporthal Mentor: Jan Van Genechten Docent: H. Van Reusel Lesonderwerp Kennismaking met ballen : rollen en botsen Bronnen Leerplan OVSG BaO http://www.schoolsport.be/upload/Br...roch%202012.pdf Beginsituatie De leerlingen hebben weinig balvaardigheid De leerlingen zijn bekend met het onderwerp De klas bestaat uit 26 lln Didactisch materiaal - Welke materialen heb je nodig? Noteer zowel het aanwezige losse als vaststaande materiaal. - Welk materiaal breng ik zelf mee (bv fluitje, chronometer,…)? - Didactisch materiaal (kijkwijzer, taakkaart, prentenboek, 1 chrono, 12 invulbladen,…) - En ander materiaal (1 kast, 1 trampoline, 5 ballen,…) Leerplandoelen en concrete lesdoelen BaO: - ET 1.1 De leerlingen kunnen de motorische basisbewegingen op een voldoend flexibele en verfijnde wijze aanwenden in gevarieerde en complexe bewegingssituaties - ET 1.16 De leerlingen kunnen op verschillende manieren en met diverse tuigen werpen. BD: De lln kunnen een bal rechtdoor rollen De lln kunnen oefeningen doen met een ballon PD: / Werkpunten Lesvoorbereidingen correct en volledig maken Taalgebruik (algemeen nederlands) Feedback mentor of stagebegeleider LEERINHOUD (75’) METHODE Lln kleden zich om. ONTHAAL (2’) LK verzamelt lln en laat ze in stilte aan het sportraam zitten tot iedereen is omgekleed. LK deelt lesdoelen mee: ”we gaan vandaag allerlei oefeningen doen met ballen” OPWARMING (7’) Stoktikkertje Er worden 2 lln aangeduidt die tikker zijn; zij moeten met hun stok zoveel mogelijk lln aantikken. Als je bent aangetikt moet je naast de kant een ballon 5 keer omhoog tikken en mag je terug meedoen. Variatie: ballon 10 keer tikken LK deelt ploegen in, maakt ploegen herkenbaar, deelt materiaal uit en zet hen in de opstelling,… LK creëert voorwaarden voor het geven van een instructie. LK geeft instructie. (instructie bevat standaard uitleg, demo, 'zijn er nog vragen?') Lk geeft start-en stopsignalen. LK observeert, moedigt aan, geeft feedbetween en feedback. LK plaatst materiaal indien nodig. KERN (40’)` Standenwerk Stand 1: ballen rollen met partner + rollen tegen materiaal + rollen tegen materiaal De lln moeten per 2 over elkaar gaan zitten en met de bal naar elkaar rollen. De lln moeten per 2 over elkaar gaan staan en naar elkaar rollen Variaties: de lln rollen de bal over een zweeds bank naar elkaar- de lln rollen de ballen tegen een kegel en proberen deze omver te rollen- Stand 2: ballen botsen: per 2 naar elkaar, botsen en zelf vangen De lln staan tegenover elkaar en botsen de bal naar elkaar toe en proberen deze bal te vangen. De lln hebben elks een bal in de hand en proberen de bal zo hoog mogelijk te laten botsen env vervolgens de bal zelf vangen Variatie: de lln doen dit met een tennisbal, plastic bal, voetbal,… Stand 3: bingokaartjes De lln vormen groepjes van 3 en doen een bingo partijtje. Ze doen een vorm van estafette waarbij ze telkens naar een hoepel moeten lopen met allemaal cijfers in. Vervolgens moeten ze zorgen dat ze een bingokaartje vol krijgen. De cijfers die niet overeen komen met de cijfers op hun kaartje leggen ze aan de kant in een potje Stand 4: balonnen parcours( handen, vingers, stok) De lln doen een balonnenparcours, ze slalommen tussen kegels met een ballon. Vervolgens stappen ze over een zweedse bank en kruipen ze onder een bok. Na 2 standen: hagelbui: kooi met ballen leeg krijgen De lk gaat in het midden van de zaal staan en gooit constant tennisballen uit een plastic doos. De lln moeten de tennisballen oprapen en zorgen dat de bak niet leeg geraakt. Gloeiende ballen (10’) Het spel wordt gespeeld in 2 verschillende ploegen. Elke ploeg krijgt 12/13 ballen in zijn veld toegewezen. Het doel is om zo snel mogelijk al je ballen kwijt te raken aan het andere team. Dit doe je door de ballen te werpen. Als je een bal in je handen hebt mag je niet lopen met de bal en moet je gooien van het punt waar je staat. In het midden van het speelveld staan 2 banken die de ploegen onderscheiden van elkaar. Het team dat al zijn ballen naar de andere ploeg kan werpen of het minste ballen in zijn speelterrein heeft liggen wint. LK creëert voorwaarden voor het geven van een instructie. (dit betekent in opstelling zetten, stiltemoment en aandachtshouding creëren,…) LK geeft instructie. (instructie bevat standaard uitleg, demo, 'zijn er nog vragen?') Lk geeft start-en stopsignalen. LK observeert, moedigt aan, geeft feedbetween en feedback. Lk laat 8 lln 2 zweedse banken gaan halen, Lk laat 6 lln 20 ballen nemen en op aangewezen plaats leggen Lk laat lln in stilte aan sportraam gaan zitten Lk legt spel uit en deelt spelregels mee Lk deelt lln in 2 verschillende ploegen ( klasnummers ) SLOT + (5’) De lln gaan in stilte verspreidt in de zaal zitten en doen hun ogen dicht. Als de lk de lln aantikt mogen ze in stilte aan de deur gaan staan. Lln kleden zich om. LK houdt (vraaggestuurde) terugkoppeling (en legt link naar volgende les.) LK stuurt lln naar omkleedruimte. Bordplan/zaaloverzicht ONTHAAL OPWARMING Tikkertje stok KERN Stand 1: rollen met ballen Stand 2: botsen naar elkaar Stand 3: bingo Stand 4: ballonen parcours Gloeiende ballen Slot |