Brouwerijsector en horeca maken einde aan "wurgcontracten"

De brouwers, horeca-federaties en de Federatie van Belgische drankenhandelaars hebben vandaag een gedragscode ondertekend die een eind moet maken aan de zogenoemde "wurgcontracten". De horecasector drong al lang aan op een versoepeling van de brouwerijcontracten. Horeca Vlaanderen, dat het akkoord mee ondertekende, reageert tevreden.
In veel van de huidige brouwerijcontracten staat dat de ondernemers enkel de bieren van de brouwerijen of drankenhandelaars mogen verdelen. Vaak is ook een minimaal af te nemen hoeveelheid vastgelegd. De verplichting strekt erg ver, want ook frisdranken, wijn, koekjes, detergent en zelfs toiletpapier moet bij de brouwer voor een vaste prijs worden gekocht.

Volgens de horecasector weegt dit op de winstgevendheid van de horecazaken. Op vraag van Horeca Vlaanderen werd de kwestie opgenomen in het federaal regeerakkoord. Op initiatief van de federaal minister van Economie Kris Peeters (CD&V) en zijn collega Willy Borsus (MR), bevoegd voor Zelfstandigen en KMO's, raakten alle partijen het eens over een gedragscode.

VRT
Daarin staat onder meer dat brouwerijen geen exclusiviteit meer kunnen eisen voor goederen die geen dranken zijn. Cafébazen zullen hun nevenproducten voortaan dus vrij kunnen kopen bij de goedkoopste leverancier. Ze zullen ook twee speciaalbieren op fles mogen kiezen, al geldt dat niet voor cafés die eigendom zijn van een brouwer of drankenhandelaar. De minimale afnameverplichtingen blijven bestaan, maar moeten uitgaan van een realistische benadering.

Er is ook overeengekomen dat de brouwerijsector verplicht een opleiding voor kandidaat-cafébazen moet financieren.

"Erfgoed koesteren"

Horeca Vlaanderen reageert tevreden. "De verwachtingen liggen erg hoog", zegt Danny Van Assche. "Het is de eerste keer dat de sector met de brouwers en drankenhandelaars dergelijk akkoord afsluit. De meest extreme uitwassen worden aangepakt. De ondernemer krijgt meer vrijheid, transparantie en rechtszekerheid."

Voor Jean-Louis Vanderperre van de Belgische brouwers gaat het om een historisch akkoord waardoor de horecasector in leven kan blijven. "De horecasector is essentieel voor de Belgische brouwers, want ze omvat 45 procent van de bierconsumptie in België. Het is een deel van ons sociaal en cultureel patrimonium. Men moet dat beschermen en koesteren."

Bron: De Redactie, 21 december 2015, http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/economie/1.2529366

Mening: Persoonlijk vind ik dit als horecamedewerker zeker geen slechte zaak. Het feit dat veel cafés met deze verplichtingen tegenover een brouwer stonden, had zowel voor het café als voor de klanten nadelen. Het café zat met een vaste kost buiten de drank die vrij hoog lag (denk maar aan chips en het toiletpapier dat hierboven al vermeld stond). Dit wordt sowieso naar de klant doorgerekend. Langs de andere kant geeft de optie om twee speciaalbieren op fles te kunnen aanbieden die niet bij de desbetreffende brouwerij hoort ook een optie aan de cafés om te variëren, zich te kunnen onderscheiden maar ook vooral om te kunnen inspelen op de vraag van de klant. Ik denk dat heel veel cafés hiervan voordelen gaan ondervinden en dit is niet slecht in een tijd waarin het ene café na het andere de boeken moet neerleggen.