|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
|
#1
|
||||
|
||||
Hoe hoger het IQ, hoe meer ze zich vervelen in de les
Hoe hoger het IQ, hoe meer ze zich vervelen in de les: ‘Er gaat te veel talent verloren’
Ze hebben minder zin om naar school te gaan, de leerstof interesseert hen niet en plezier in het studeren hebben ze al helemaal niet. Een grootschalig onderzoek van de KU Leuven, de UGent en de UAntwerpen toont dat hoogbegaafde leerlingen zich vaak stierlijk vervelen op school. ‘Er gaat te veel talent verloren’, zegt onderzoeksleider Karine Verschueren. Gemiddeld zit er in elke klas wel één: een kind met een IQ dat de 130 overstijgt. Hoogbegaafd noemen we hen. Ze denken razendsnel, leggen verbanden die jij en ik niet zien, en lossen problemen sneller op dan wij ze opmerken. Klinkt misschien goed, maar op school botsen ze te veel op een muur. Dat blijkt uit het eerste grootschalige onderzoek naar hoogbegaafdheid – Project TALENT – in ons onderwijs. 3.024 leerlingen uit het eerste middelbaar kregen een IQ-test en vulden een vragenlijst in. 270 van hen waren ‘meerbegaafd’ – met een IQ tussen 120 en 130 – en 124 jongeren scoorden nog hoger. De antwoorden van de begaafde leerlingen werden vergeleken met die van de ‘gewone’ leerlingen. De conclusie? Op verschillende fronten gaan de alarmbellen af voor hoogbegaafde kinderen. Zo vinden ze het schoolwerk minder boeiend en hebben ze ’s ochtends minder zin om naar school te gaan. Ook ervaren ze minder plezier in het leren en noemen ze de leerstof vaker saai dan de ‘normaal’ begaafden. ‘Ze zijn minder gemotiveerd en vinden school minder uitdagend’, zegt Karine Verschueren, onderzoeksleidster en professor schoolpsychologie aan de KU Leuven. ‘We zouden hun sterktes veel meer moeten benutten. Hen een aanbod geven dat hen stimuleert en uitdaagt. Voor hun welbevinden én onze economische welvaart.’ Schoolmoe Uit de eerste meting is nog onduidelijk welke gevolgen het gebrek aan motivatie heeft op langere termijn. ‘Dat moeten drie volgende metingen over twee jaar uitmaken’, zegt onderzoekscoördinator Jeroen *Lavrijsen. Zo zou het kunnen dat een deel schoolmoe uitvalt. Dat merken ze toch bij Exentra, het expertisecentrum voor hoogbegaafden. ‘Twee op de drie leerlingen die bij ons aankloppen, zijn schoolmoe’, zegt bestuurder Kathleen Venderickx. ‘In die mate dat we psychologische interventies moeten doen om hen op school te houden. Een ander deel volgt thuis onderwijs of gaat naar een privéschool.’ De impact op onze samenleving is enorm, zegt cognitief psycholoog Wouter Duyck (UGent). ‘Onderzoek heeft aangetoond dat een extra IQ-punt bij de toppers op school een land 410 euro bruto nationaal product extra oplevert per inwoner. Dat kan alleen als we voldoende aan de bovenkant trekken en niet al onze middelen reserveren voor de zwakkere leerlingen. Het zijn onze toppers die later naar de universiteit gaan, patenten aanvragen, een bedrijf oprichten. We zijn een kenniseconomie en dus moeten we het hebben van onze grijze massa.’ Er zijn wel scholen die aandacht hebben voor de sterke leerlingen, ‘maar de overheid voert daar geen systematisch beleid voor’, zegt Verschueren. Regeringspartij N-VA diende eind september in het Vlaams Parlement nog een nota in om extra begeleiding voor hoogbegaafden te krijgen. ‘Voor ons wordt dit een belangrijk item bij de Vlaamse verkiezingen’, zegt parlementslid Kris Van Dijck. N-VA wil onder meer extra aandacht voor de problematiek in de lerarenopleiding én in de bijscholing voor huidige leerkrachten. Onderwijsminister Hilde Crevits (CD&V) wil de voorstellen bespreken in het parlement, maar zegt dat veel zaken al gebeuren in scholen. Klopt, zeggen de netten, maar om zowel de leerlingen met leerstoornissen als de hoogbegaafde jongeren onderwijs op maat te geven zijn extra handen nodig in de klas. ‘Door de veelheid aan uitdagingen moeten scholen nu soms keuzes maken, want de middelen zijn beperkt’, zegt de woordvoerder van het katholiek onderwijs. ‘Hierdoor kan het dat in bepaalde scholen minder aandacht gaat naar cognitief sterke leerlingen. Maar zelfs met een sterk uitgebouwde leerlingenbegeleiding zullen er altijd leerlingen zijn die meer ondersteuning nodig hebben.’ DS, 06-11-2018 (Jens Vancaeneghem) |