|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
|
#1
|
|||
|
|||
Waarom cocaïne de drug is die deze maatschappij verdient
Waarom cocaïne de drug is die deze maatschappij verdient
Leven en snuiven in zesde versnelling Cocaïne is de laatste jaren overal – maar toch vooral in Antwerpen. In 2015 waren er in Vlaanderen 1.118 nieuwe aanmeldingen van mensen die hulp zochten voor hun cocaïneverslaving, bijna twee keer zoveel als in 2011. "We leven in een ratrace. Cocaïne is de ideale drug in deze prestatiemaatschappij." Een Antwerpse vriendin vertelde dat ze onlangs een paar gasten een lijn coke had zien leggen op een tafeltje in een café. De bazin had hen eruit gegooid – ze moeten ook niet overdrijven. Maar van het gebruik op zich kijkt ze niet op, mijn vriendin. Iedereen ziet het. Meisjes stappen per twee een toilethokje binnen, of gaan samen ‘even naar de auto’. Als ze je het aanbieden, weet je het zeker. En als het wat lang duurt in dat toilethokje, dan klop je eens hard op de deur. Het is overal, ’s nachts, op het Antwerpse Zuid. In een café aan het museum – vroeger hip, nu niet zo – was er een gat onder de wasbak van de vrouwen-wc dat uitkwam in het mannentoilet. Handig om spul door te geven. Evelien* (29) uit Antwerpen gebruikte nog geen jaar geleden voor de eerste keer cocaïne. “Op een feestje. Ik snoof een lijntje met een opgerold briefje. Het prikte in mijn neus, maar deed geen pijn. Het effect vind ik moeilijk te beschrijven. Anders dan xtc, dat je een liefdevol gevoel geeft. Je voelt je goed door coke, maar vooral over jezelf. Je praat veel, maar tegelijk voel je je minder verbonden met mensen dan met xtc. In die zin maakt coke je wat asociaal. Maar ik voelde me dus wel su-per-goed. Ik durfde alles uit te spreken en durfde alles te voelen. Alle beperkingen in het dagelijkse leven die maken dat je jezelf niet kunt zijn, vallen weg. Alles lijkt ertoe te doen. Alsof je eindelijk vrede hebt met elk duister hoekje van je ziel.” “De eerste keren had ik er de volgende dag geen last van, later wel”, zegt ze. “Misschien omdat ze er soms rommel bij gooien. Je weet nooit hoe zuiver het product is. Ik heb het in Mexico ook gebruikt en daar had ik de indruk dat de kwaliteit beter was, met minder speed erbij. Het gaf meer een high gevoel, en ik kon achteraf slapen.” “Als je één keer hebt besteld via je gsm – een dealer brengt het naar het café waar je zit – blijf je sms’jes ontvangen. Ik krijg om de twee weken een berichtje met een boodschap genre ‘4 kopen, 1 gratis’, dat soort promoties. Meestal ken ik het nummer niet, omdat dealers zo vaak van nummer veranderen. Soms staat er iets bij als: ‘Het is de echte Kenny van ’t Stad’.” “Sinds ik het heb gedaan, kom ik meer mensen tegen die het doen. Omdat ik het nu beter opmerk? Ik denk niet dat het per se iets Antwerps is. Mijn laatste lief kwam uit een bourgeois milieu in Brussel en daar was het normaler.” Afvalwater Professor criminologie Tom Decorte (UGent), die al jaren cocaïnegebruik bestudeert in België, ergert zich aan het beeld van Antwerpen als cocaïnestad. “Je ziet het in alle grote metropolen en verstedelijkte gebieden. In een wereldhaven heb je allerlei handelsverkeer en passeren er allerlei soorten illegale drugs.” Toch liegt afvalwater niet. Antwerpen-centrum – met zijn uitgaansbuurten – voerde eind 2016 de lijst aan van steden met de hoogste concentratie cocaïneresten. Nog voor Londen. Dat wil iets zeggen. Professor Decorte: “Toch is het alsof je enkel zou weten hoeveel liter alcohol er jaarlijks wordt verkocht. Zo’n cijfer zegt wat over de totale consumptie, maar je weet niet wie gebruikte, hoe vaak of waarom.” België houdt geen jaarlijkse cijfers bij over druggebruik onder de algemene bevolking. Volgens de laatste gezondheidsenquête, uit 2013 alweer, zou 0,5 procent van de algemene bevolking het voorbije jaar cocaïne hebben gebruikt. De enquêtes onder specifieke doelgroepen zijn recenter. Volgens het tweejaarlijkse uitgaansonderzoek onder jongeren uit 2015 blijkt dat het cocaïnegebruik in België stabiel is gebleven. In 2003 had 11,3 procent van de jongeren die uitgaan het jaar ervoor cocaïne gebruikt, tegenover 12,3 procent in 2015. Hoeveel mensen verslaafd raken, weet niemand. Volgens professor Decorte gebruikt de meerderheid zonder in de problemen te komen. “Ik kan het niet staven met cijfers, omdat we niet goed bijhouden hoeveel mensen uit de algemene bevolking cocaïne gebruiken, maar dat is mijn aanvoelen na jarenlang onderzoek. De meesten functioneren gewoon in de maatschappij.” “Het is ook niet zo dat het om twee volledig gescheiden groepen gaat,” zegt hij, “de verslaafden en de niet-verslaafden. Het spectrum gaat van occasioneel gebruik tot zware verslaving. De ene periode gebruikt iemand meer, de volgende minder. Mensen komen tegenslagen tegen in hun leven –*denk aan het verlies van een partner – en dan grijpen ze naar de middelen die ze kennen. Net zoals bij alcohol is het mogelijk dat ze eerst twintig jaar gecontroleerd cocaïne gebruiken en alsnog ontsporen.” King of the world Kristoff (41) is een gebruiker die ontspoorde. Hij speelde bijna alles kwijt door cocaïne, van zijn job tot zijn gezin; zijn echtgenote had de scheiding al aangevraagd. Hij is nu ruim een jaar clean. In herstel, zegt hij. Want genezen van een verslaving doe je nooit. Hij woont in een dorpje in de Kempen. Huis in landelijke stijl. In de tuin, met schommel, glijbaan en speelhuisje, zoemt de robotmaaier. “Dit is mijn leven nu. Hier, op de buiten. Ik ben bezig met mijn kinderen en studeer weer. Ik ben blij met kleine dingen. Klinkt makkelijk, maar het is moeilijk. In het begin dacht ik soms: fuck, het gewone leven is saai.” “Ik heb twintig jaar gebruikt. Op mijn zestiende kroop ik het huis uit om naar La Rocca te gaan. Eerst probeerde ik speed, maar dat vond ik niets. Dan een paar keer xtc. Leuk effect, wat psychedelisch. Maar als anderen één pil slikten, nam ik er twee, om de grave gast te zijn. Dat is een rode draad in mijn leven: me beter willen voordoen, omdat ik bang was niet goed genoeg te zijn. Geen enkele verslaafde gebruikt zomaar.” Hij gebruikte voor het eerst cocaïne op zijn achttiende. “Het was beter dan xtc, want ik verloor niet graag de controle en kreeg zo een ontzettende controleboost. Ik voelde me king of the world. Cocaïne was toen voor de hogere klasse. Ik kwam uit een welgesteld milieu en het sfeertje rond de drug sprak me aan. Op de echt goede feestjes zie je altijd coke: zo zat het in mijn hoofd, hoewel dat nergens op slaat. In die jaren speelde ik veel tennis en ook daar werd er gebruikt.” “Vijfentwintig jaar geleden was cocaïne inderdaad een jetsetdrug”, zegt professor Tom Decorte. “Een gram kostte in 1999 zo’n 57 euro. In 2005 was dat al 2 tot 3 euro minder. Dat verschil lijkt klein, maar als je de levensduurte meerekent, gaat het om een prijsdaling.” Kristoff begon nog meer te feesten toen hij toegepaste economische wetenschappen ging studeren in Leuven. Zijn medestudenten zeiden in maart: ‘Nu gaan we drie maanden studeren.’ Hij gebruikte voort en bakte er dat jaar niets van. Aan de hogeschool haalde hij wel zijn diploma, in financiën en verzekeringen, later kreeg hij via zijn vader een job bij een accountantskantoor. “Ik kon niet mee, maar wilde mijn imago hooghouden. Nu kan ik zeggen dat mijn vertroebelde relatie met coke daar is begonnen. Omdat ik het gebruikte om mijn emoties niet meer te voelen.” Psychose Uiteindelijk ging hij elders aan de slag, als auditor. Werk dat hem lag. “‘Work hard, play hard’ was jarenlang mijn levensmotto. Ik heb in New York en Amsterdam gewerkt en voor de buitenwereld had ik een mooi leven. Maar hoewel ik goed verdiende, had ik altijd geld te weinig. Ik heb een paar keer de kredietkaart van het werk misbruikt. Op den duur was het eerste wat ik deed als ik betaald werd, coke kopen en een feestje bouwen. Na een week was het geld altijd op.” “Ik was begin dertig en woonde in Amsterdam toen mijn gebruik de spuigaten uitliep. Het oorspronkelijke leuke gevoel verdween. Wie niet verslaafd is geweest, snapt niet waarom je iets blijft doen wat niet leuk is, maar je blijft gebruiken omdat het alternatief nog minder is. Ik was obsessief bezig met hoe ik het zou kopen. Hoe ga ik het geld bij elkaar krijgen? Op een gegeven moment zat ik met drie maanden huurachterstand.” Hij verloor vrienden en bleef vaak ‘ziek’ thuis. Gebruikte nog meer. “Als je dan in je eigen wereld vastzit, kun je een psychose krijgen. Ik had mijn ramen afgeplakt met zilverpapier en alle deurklinken aan elkaar vastgebonden met touwtjes, omdat ik dacht dat de politie me zocht. Op een dag is de brandweer me komen ontzetten omdat mijn werkgever zich zorgen maakte, want ik was al lang niet meer opgedaagd op het werk. Eerst brachten ze me naar een politiekantoor in Amsterdam, naar zo’n 'panic room', een kamer met kussens zodat ik mezelf geen pijn kon doen. Daarna zat ik een paar dagen in de psychiatrische afdeling van een ziekenhuis. Toen heb ik ingezien dat het zo niet verder kon.” Tijd voor een schone lei, in België. Kristoff leerde zijn toekomstige vrouw kennen, maar vertelde niets over zijn verleden. Ook zijn ouders zwegen, net als iedereen die iets over zijn verslaving wist. Daar is zijn echtgenote nog boos om. Kristoff vond een nieuwe, goede job. In 2012 trouwden ze. Hoewel Kristoff de cocaïne afzwoer, had hij een vervangmiddel: alcohol. “Ik ging enorm veel drinken. Op zakenreis begon ik weer cocaïne te gebruiken. Toen mijn vrouw zwanger werd, hield ik mezelf voor dat ik zou stoppen als ons kind was geboren. Dat is niet gelukt. Wat later in Spanje heb ik drie dagen lang gefeest, hoewel ik moest werken. Ik werd ontslagen en loog tegen mijn vrouw dat het om een reorganisatie ging. Maar daar zat ik dan, thuis met een baby. Toen begon ik pas echt veel te drinken. Zo veel dat ik eens met ons dochtertje uit de zetel ben gevallen. (stil) Een dieptepunt waar ik me nog over schaam.” “Ik heb in die periode veel geroepen tegen mijn vrouw. Op een dag is ze weggelopen, met de baby, naar haar ouders. De politie is erbij gehaald en ik ben enkele weken opgenomen in een ontwenningskliniek. Ik ben daar tot rust gekomen en heb meer dan een jaar niets gebruikt of gedronken. Weer vond ik een goede job, en omdat alles zo goed ging, werd mijn vrouw zwanger van ons tweede kindje. Toch liep het opnieuw fout, want ik had nooit aan de onderliggende reden van mijn verslaving gewerkt.” In april vorig jaar zat hij aan de grond. “Ik was zo ver heen dat ik geen normen en waarden meer had. Mijn vrouw heeft me het huis uitgezet. Terecht. Bij mijn ouders thuis, die op vakantie waren, heb ik een feestje gegeven en zwaar volk uitgenodigd. Na vier dagen uit de bol gaan heeft mijn oom me afgevoerd naar de verslavingskliniek van Solutions.” Plekken mijden Daar is zijn echte herstelverhaal begonnen. Twee maanden werken aan zichzelf. Zonder contact met zijn familie –*zijn vrouw wilde hem ook niet meer zien en had de scheiding aangevraagd. Hij kreeg ‘schadebrieven’ waarin zijn naasten hem confronteerden met de ellende die hij had aangericht. Die van zijn echtgenote was twaalf bladzijden lang. Kristoff: “Ik heb bij Solutions ingezien dat verslaving een ziekte is. Een verslaving is deels genetisch en heeft deels te maken met je opvoeding – mijn ouders hebben hun best gedaan, maar ik heb van jongs af een gedrag aangeleerd om mijn minderwaardigheidsgevoel te compenseren door erkenning te zoeken. Ik had altijd het gevoel dat ik de beste moest zijn op school en in de sport. En dan zijn er de sociale relaties. Ik zat in een milieu waar er geld was.” Zijn leven heeft Kristoff drastisch moeten omgooien. “Ik ga naar Narcotics Anonymous. Ik zit niet op Facebook en op restaurant wil ik geen frisdrank uit een longdrinkglas of wijnglas: om niet in de verleiding te komen. Er zijn plekken waar ik niet meer kom. Brussel-Noord. Brussel tout court. (somt op) In Antwerpen het Zuid, het Kiel, de Seefhoek, de Waagnatie. Omdat ik binnen vijf minuten cocaïne vind. Discotheken, bruine kroegen, beach bars en festivals laat ik links liggen.” “Ik werk elke dag aan mijn herstel. Mijn vrouw is niet weggegaan, ondanks de immense pijn en het verdriet die ik haar heb aangedaan. De rechter heeft wel een minnelijke schikking uitgesproken. Als ik herval, moet ik het huis uit. Alles staat op haar naam. Zo heb ik geen stress meer over geldzaken – en heb ik dat excuus niet meer om te gebruiken. Ik heb nooit meer dan 20 euro op mijn bankrekening. De laatste jaren van mijn verslaving gebruikte ik vijf gram per dag, plus drank en sigaretten. Als je weet dat een gram 50 euro kost, weet je genoeg.” Jachtige tijden Er is een enorme toename van mensen die hulp zoeken, bleek onlangs uit cijfers van de Vlaamse Vereniging Behandelingscentra Verslavingszorg (VVBV). In 2015 zochten 1.118 nieuwe mensen hulp voor hun cocaïneverslaving, tegenover maar 669 nieuwe gevallen in 2011. Dirk Vandevelde, voorzitter van de VVBV en directeur van het therapeutisch centrum De Kiem in Gent: “Bijna twee keer zoveel. In Gent is een behandelaanbod voor cocaïneverslaafden*ge*creëerd, maar dat kan die stijging niet verklaren. Ik denk dat er nu meer cocaïne wordt gebruikt. We stellen vast dat er voor het eerst meer nieuwe aanmeldingen zijn voor cocaïne en amfetamines samen dan voor cannabis. Het hoge gebruik van pepmiddelen vind ik niet verrassend in deze jachtige tijden.” Daar sluit professor Decorte zich bij aan. “Ergens geloof ik dat elke samenleving het drugsgebruik krijgt dat ze verdient. We leven in een ratrace. Je moet meedraaien of je telt niet meer mee. Cocaïne is de ideale drug in deze prestatiemaatschappij, want je kunt er langer op doorgaan, net als op andere pepmiddelen. Coke wordt daarom veel gebruikt door bankiers, reclamemensen en journalisten, maar evengoed door mensen die lange dagen moeten draaien in de horeca.” Kristoff snapt dat. Het gaat om altijd maar meer willen, zegt hij. En nooit is het genoeg. Hij kan niet meer terug naar zijn vorig werk. “De arts heeft me medisch ongeschikt verklaard voor mijn oude job, want het komt te dicht bij mijn verslaving. Vlak voor ik zogezegd een burn-out kreeg, stond ik op het punt om chief risk officer te worden en toe te treden tot het directiecomité bij een groot verzekeringsbedrijf. In die wereld draait het om prestatiedrang en werk je veel met je ellebogen. Voor alle duidelijkheid: het is niet de schuld van het bedrijf dat ik mezelf daarin verlies, maar voor mij is dat gevaarlijk. Ik studeer nu voor ervaringswerker aan de sociale hogeschool: maatschappelijk werker, maar in de verslavingszorg.” “Ik wil anderen laten zien dat herstel voor iedereen kan”, zegt hij. “Je kunt het niet alleen en je moet hulp vragen, maar je moet het wel zelf doen. Mijn ouders hebben altijd mijn schulden en mijn behandelingen betaald; daar ben ik heel dankbaar voor. Ook mijn vrouw ben ik oneindig dankbaar.” Of je in de problemen komt, hangt af van genetische, sociale en individuele factoren, zegt professor Decorte. “Wie kampt met drugsproblemen, heeft op andere vlakken ook vaak problemen. En bij wie maatschappelijk kwetsbaar is, is de ravage dikwijls groter. Daarom helpen boetes voor druggebruik niet. Dat is klassejustitie. De ene persoon kan die 75 euro nooit betalen, terwijl de andere zijn hand er niet voor omdraait.” Hij benadrukt dat drugs van alle tijden en alle samenlevingen zijn. “De vraag is alleen: hoe komen we tot het kleinste aantal problematische gebruikers? Niet door gebruikers te criminaliseren, wel door ze te informeren. Zoals we mensen overtuigen geen tabak meer te gebruiken. De schade voor de volksgezondheid zoveel mogelijk beperken, dat moet het doel zijn.” Dopamine 'Harm reduction' of risicobeperking, heet dat in het jargon. Dat is wat ze doen bij de organisatie Safe en Sound. Haar doel is jongeren objectief te informeren over de risico’s verbonden aan het uitgaansleven: alcohol- en druggebruik, gehoorschade en veilig vrijen. Veldwerker Tiny Devriendt stond onlangs op Extrema Outdoor, een elektronisch muziekfestival in Houthalen-Helchteren, waar er, zoals op elk festival, drugs worden*gebruikt. Aan de stand liggen gratis oor*dopjes en condooms. Af en toe neemt iemand een flyer mee met uitleg over een middel, van minder bekende zoals 4fa (“stimulerend zoals speed”) tot de klassieke zoals lsd (“zorg voor een tripsitter”) en natuurlijk cocaïne (“het uitzicht zegt niets over de samenstelling”). Tiny Devriendt: “We ontraden gebruik niet en stimuleren het niet. We geven objectieve informatie, ook over de gevaren.” Voor cocaïne zijn dat er wel wat. “Leverschade, bijvoorbeeld. Wie coke gebruikt, drinkt meestal veel alcohol. Wie te ‘strak’ staat van de coke, te gefocust, wil vaak meer drinken en omgekeerd: het lijkt alsof je met een lijntje coke nuchterder wordt. De combinatie verergert de schade.” En dan is er nog het mogelijke littekenweefsel rond je hart en de potentiële chronische sinusitis. Waarom doen mensen het dan? Tiny Devriendt: “Een lijn heeft een half uur effect en werkt op je dopamine, de stof in je hersenen die maakt dat je je goed voelt. Cocaïne is een subtiele drug waarbij je blijft functioneren. Dat trekt aan. Onder invloed denk je dat je alles beter aankunt: handig in deze neoliberale meritocratie, waarin succes centraal staat. Coke was in de jaren 80 meer voor de hogere klasse, maar burn-outs zijn niet meer voorbehouden voor wie een topjob heeft. Weet je wat stress geeft? Als je met twee voltijds werkt en je rekeningen maar net kunt betalen. Eigenlijk ben ik vooral bezorgd over jongeren met een moeilijke achtergrond. Bij hen zie ik veel gebruik dat te hoog ligt voor een goede psychosociale ontwikkeling op die leeftijd.” “Ik geloof dat de meeste gebruikers gecontroleerd gebruiken. Maar de reden waarom je begint, uit nieuwsgierigheid of omdat het leuk is, is niet dezelfde als waarom je blijft gebruiken. Niemand vertrekt met het idee verslaafd te worden.” Toch is preken het laatste wat Safe en Sound doet. De organisatie schakelt peers of vrijwilligers in, jongeren zoals Bas* en Emilie*, die soms ervaring hebben met drugs, al staan ze altijd nuchter aan de infostand. Bas: “Veel druggebruikers van 18 of 19 weten niet waar ze mee bezig zijn. Als je gebruikt, informeer je je beter om de risico’s te beperken: neem nooit een hele xtc-pil en begin bijvoorbeeld met een kwartje.” Emilie: “Hoe meer voorlichting ik geef, hoe minder ik gebruik, want ik word me bewuster van de gevaren. Zo deel ik nooit meer een snuifbuisje, want dan loop je meer risico op hepatitis C.” Een van de grootste risico’s is dat gebruikers nooit precies weten welk product ze kopen. Zo gebeuren ongelukken. Tiny Devriendt: “Je denkt dat je het ene product neemt, terwijl het misschien iets anders is. Ik heb het meegemaakt op een festival, een meisje dat per ongeluk een grote lijn ketamine had gesnoven. Een vreselijke vergissing, want ze dacht dat het coke was. Een hoge dosis ketamine geeft een dissociatief effect: je voelt je lichaam niet meer en kunt zelfs niet meer stappen. Een totaal ander effect dan van cocaïne. Het duurde ‘maar’ een kwartier, maar voor haar leek het een eeuwigheid. Ze dacht dat ze zou sterven.” Kwetsbaar zijn In Brussel kun je bij de organisatie Modus Fiesta drugs laten testen op de samenstelling, maar dat mag in Vlaanderen niet. Vandaar de tip om nooit te kopen van iemand die je niet kent. Hoewel illegaal druggebruik natuurlijk nooit zonder risico is. Professor Tom Decorte: “Gebruikers weten nooit hoe zuiver of onzuiver het product is. Ik heb eens dertig stalen opgevraagd bij gebruikers en hen vooraf gevraagd: hoe zuiver is het? Ze sloegen de bal zowat allemaal mis. Iemand zei dat hij een goede band had met een dealer en dat het product rechtstreeks uit Latijns-Amerika kwam, maar dan bleek het maar 28 procent zuiver. Het omgekeerde kwam ook voor. Iemand vertelde dat de coke alsmaar slechter werd, maar dat staal bleek juist voor zo’n 70 procent zuiver.” Wat het risico op afhankelijkheid betreft, is iedereen het erover eens: gebruik nooit omdat je je slecht voelt, want zo begint een verslaving. Opvallend: ook Emilie en Bas beginnen over dat harde werken in de week en alle remmen los in het weekend, als reden waarom coke zo populair is. En ja, ze hebben het al fout zien gaan bij wie je het niet zou verwachten. Een bevriende chirurg die overdag coke snuift, bijvoorbeeld. Emilie: “Overdag gebruiken is een slecht teken. Net als in je eentje thuis. Maar samen blijft het leuk: de babbelkicks die je hebt op café en de heerlijke discussies, over van alles en nog wat. En je wint altijd. Of dat denk je toch.” (lacht) Intussen twijfelt de 29-jarige Evelien in Antwerpen of ze nog cocaïne zal blijven doen. “Ik merk dat ik er vooral zin in heb wanneer het slecht gaat. Ik weet dat coke een instantoplossing geeft, maar dat duurt heel kort. De laatste keer was zalig, maar de dag erna was ik er heel erg aan toe. Wat je dan voelt, is de grootste zelfhaat. Dat weegt niet op tegen dat kortstondige fijne gevoel. Dan wil ik liever iets duurzamers.” Kristoff spreekt nu soms op scholen over zijn verslaving. “Het leven zoals in de videoclips van Dimitri Vegas & Like Mike, met al die champagne, dat was het mijne, vertel ik dan. Ik hield van snelle wagens en veel feesten; ik ging elk jaar naar Ibiza en Miami. Maar als ik die zogezegd mooie herinneringen ontleed, blijft er niet veel over. Ik was vooral bezig met niet door de mand te vallen.” “Eerlijkheid, openheid, spiritualiteit, nederigheid en dankbaarheid voor mijn gezin, daar gaat het nu om. In dat andere leven had ik zogezegd alles en toch was het nooit genoeg. Ik was nooit genoeg. Ik weet nu: ik ben oké zoals ik ben, met kwaliteiten en gebreken. Ik aanvaard het leven zoals het is. Als mijn vrouw boos is of er is een ziekte in de familie, dan is dat geen reden om te gebruiken, want ik weet nu dat dat bij het leven hoort. Als iets me pijn doet of bang maakt, dan zeg ik dat. Als ik iets niet weet, dan geef ik dat toe. Ik hoef me niet meer beter voor te doen. Ik kan kwetsbaar zijn.” * Evelien, Bas en Emilie zijn schuilnamen. Bon: De Morgen, 02.07.2017 https://www.demorgen.be/binnenland/...dient-b739d5d3/ Eigen mening: Zelf kan ik met zuiver geweten zeggen nooit coke gebruikt te hebben. Als ik rondkijk in mijn omgeving, die geringe keren dat ik uitga, kan ik me ook geen extreme gevallen herinneren van mensen die “gesnoven” hebben. Natuurlijk zijn er nog steeds de “creeps” die je lastig vallen – hier denk ik aan mijn geweldige oudejaarsnacht in Turnhout (mistakes mistakes) – , maar of deze net cocaïne gesnoven hebben… Ik denk dat ze wel meer/andere rommel op hebben. In het artikel haalt men vooral grootsteden aan. Toch heb ik ook bij ons, in Vorselaar-city, “doodsangsten” doorstaan aan de bushalte. Na mijn vader opgebeld te hebben zodat hij me kwam halen aan het station – de gast wou niet bij me weg gaan, praatte heel luid en ging te dicht bij me zitten in de bus; zijn ogen zaten op een vreemde manier in hun kas en nu en dan maakte de heer in kwestie een spastische beweging waarbij hij riep dat hij “ketchup rook” – vertelde hij me dat de man waarschijnlijk “vloeibare” (GHB) genomen had. Nu vraag ik me echt af of ik ooit al een aanvaring gehad heb met iemand onder invloed van coke. Wanneer ik rondom mij kijk tijdens het uitgaan of gewoon in de stad, denk ik dat de “hippe” drugs nu vooral joints zijn. “#420BlazeIt”* Ik ben me er van bewust dat ik, als “braaf meisje” niet in het milieu zit van drank & drugs.** Om nog extremer te gaan: ik drink enkel alcohol free beverages (persoonlijke reden voor). Eigenlijk ben ik best wel nieuwsgierig naar een tabelletje met de correcte cijfers over het gebruik/misbruik van drank en drugs hier bij ons in de Kempen. Iemand zin om dat te onderzoeken? Moeten we onszelf als samenleving zorgen maken over de stijging in gebruik? *http://www.urbandictionary.com/defi...20%20blaze%20it ** https://www.youtube.com/watch?v=_swivbEsD50 |