|
#1
|
|||
|
|||
Bolleboos door blokkendoos
Bolleboos door blokkendoos
Met de blokken spelen, verhaaltjes voorlezen of voorwerpen tellen. Slechts een kwart van de Vlaamse *ouders zegt in een internationale studie geregeld leerrijke spelletjes te spelen met z’n kleuter. Daarmee bengelen we onderaan de lijst van álle deelnemende West-Europese landen. ‘Nochtans hebben die spelletjes een grote impact op de schoolresultaten later’, zegt pedagoog Michel Vandenbroeck (UGent). We doen te weinig leerrijke *activiteiten met onze kleuters. Tenminste, als we vergelijken met andere Europese landen. 68 procent van de Noord-Ieren speelt vaak eens een woordspelletje met zijn kleuter of zingt samen een liedje. In Vlaanderen is dat amper 28 procent. Dat blijkt uit de studie Trends in International *Mathematics and Science Study (TIMSS). Die toetst om de vier jaar de kennis van wiskunde en wetenschappen bij leerlingen uit het vierde leerjaar, maar ook de ouders vulden een vragenlijst in. Liefst 5.400 kinderen uit 153 scholen namen in Vlaanderen deel. Aan hun ouders werd gevraagd hoe vaak ze *‘stimulerende activiteiten’ deden met hun kind, alvorens het naar de basisschool ging (zie lijst). Bitter weinig dus, en dat heeft een nefast effect op de resultaten van hun kinderen op de toetsen. Kleuters die vaak gestimuleerd zijn, haalden in het vierde leerjaar gemiddeld 18 punten meer voor wiskunde en 23 voor wetenschappen. Professor Michel Vandenbroeck van de UGent is duidelijk: ‘De leeromgeving thuis heeft een grote en langdurige impact op de resultaten van onze kinderen later op school. Dat wil niet zeggen dat we onze kleuters allemaal moeten leren lezen of schrijven. Het is net belangrijk dat ze spelenderwijs in contact komen met cijfers en letters. Laat ze ontdekken, proberen en falen. Dat wakkert hun leer- en nieuwsgierigheid aan.’ Geen tijd Alleen ontbreekt het ons vaak aan tijd om intensief met onze kinderen te spelen. ‘Dat Noord-Ierland zulke hoge scores haalt, is niet toevallig: vrouwen werken daar veel minder’, zegt Vandenbroeck. ‘Ze kunnen veel meer tijd doorbrengen met hun kinderen dan Vlaamse vrouwen.’ Dat ook landen als Frankrijk of Duitsland beter scoren, zou volgens de professor te maken kunnen hebben met culturele verschillen of sociale gewoontes. Mogelijk heeft het ook te maken met ons kleuteronderwijs. ‘Want ook daar is minder aandacht voor cijfers en letters dan in andere landen’, zegt onderzoekster Margo Vandenbroeck (KU Leuven), die meewerkte aan de Vlaamse analyse van TIMSS. ‘Leren lezen en schrijven behoort bij ons veel strikter tot het lager onderwijs.’ Toch moeten we niet helemaal wanhopen, want over het algemeen scoren de Vlaamse 10-jarigen uitstekend op de wiskundetoets. Daar staan we op plaats elf van 49 landen. Voor wetenschappen bengelen we wel achteraan het peloton, met plaats 31. Die slechte score verklaren de onderzoekers door de ‘stiefmoederlijke’ behandeling ervan in het lager onderwijs. mening: Ik ben er van overtuigd dat je met je kinderen veel met de blokken moet spelen of verhaaltjes voorlezen. Dit is niet alleen om beter punten te halen op wiskunde of wetenschappen maar ook om een betere motorische ontwikkeling te krijgen. Als je deze spelletjes doet met je kind dan zal hij ook socialer zijn en een betere band hebben met jou. Met andere woorden het is op vlak van ontwikkeling super belangrijk om dingen samen te doen. De eerste levensjaren van een kind zijn het belangrijkste naar ontwikkeling toe. Het kind is erg leergierig en ontwikkeld zich daarom heel snel op dat moment. Als het kind dan nog eens aangespoord wordt om extra nieuwe dingen te leren zoals de juiste vorm in het huisje te stoppen, zo zal het kind op latere leeftijd zeker de positieve effecten ondervinden. |
#2
|
|||
|
|||
bron
|