|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
|
#1
|
|||
|
|||
PS en vakbonden steken middelvinger op naar werklozen
Met hun kritiek op de indexsprong die de regering-Michel wil doorvoeren, toont de PS aan dat ze niet geïnteresseerd is in banencreatie van werklozen. De vakbonden zijn in hetzelfde bedje ziek.
De PS heeft berekend dat de indexsprong en de btw- en accijnsverhoging die de regering-Michel wil doorvoeren, 336 euro per jaar kost aan een werknemer met een gemiddeld loon van 1900 euro. Een doorsneegepensioneerde levert 562 euro per jaar in. De sociale correcties die de regering wil doorvoeren, zijn ruim onvoldoende om dat verlies te compenseren, is bij de socialistische partij te horen. Het is de spijker waar de PS en de vakbonden nu al wekenlang op slaan: de federale regering tast de koopkracht van de Belgen aan. In economisch slechte tijden is dat domste wat je kunt doen, want een dalende koopkracht betekent minder consumptie, en die leidt tot nog minder groei, is de redenering. De regering-Di Rupo voerde tussen 2008 en 2013 een beleid om de economische groei te stutten met een sterke binnenlandse consumptie. Ze sloeg zich daarvoor op de borst: door het behoud van de koopkracht groeide de Belgische economie sterker dan het Europese gemiddelde. Maar de vorige premier vertelde er niet bij dat die beleidskeuze gepaard ging met een voortdurende verslechtering van de Belgische handelsbalans. Belgische bedrijven bleven marktaandeel verliezen. Dat is dramatisch voor een open economie als de onze, die het vooral van de export moet hebben. Maatregelen om de binnenlandse consumptie te bevorderen zijn in kleine landen als België een cadeau aan het buitenland. De voorbije jaren bepleitte vooral het ABVV aan het begin van elk loonoverleg dat de lonen best mochten stijgen boven op de inflatie. De mensen zouden de reële loonstijgingen omzetten in consumptie, wat meteen voor meer banen zou zorgen. Maar de vakbonden vergaten dat de Belgische consumptiegoederen voor 50 procent uit het buitenland komen. Als de Belgen hun portemonnee opentrekken, zijn het vooral andere landen die ervan profiteren. Bovendien hebben de PS en de vakbonden enkel oog voor de insiders op de arbeidsmarkt - zij die een baan hebben. Hun koopkracht moet tot elke prijs worden gevrijwaard. Maar wat met de outsiders, die geen baan hebben? Dat is blijkbaar de minste van hun zorgen. Door de hoge Belgische loonkosten komen die outsiders amper aan de bak, met als gevolg dat de Belgische werkgelegenheidsgraad (20- tot 65-jarigen) met 67,2 procent nog altijd ver onder de Europese doelstellingen van 73,2 procent ligt. Met een indexsprong - plus een loonstop voor 2015-2016 en andere loonkostendalingen - wil de regering-Michel daar verandering in brengen. De lagere loonkosten moet bedrijven ertoe aanzetten de outsiders en de werklozen aan het werk te helpen, waardoor de koopkracht toeneemt van wie vroeger werkloos was. In een analyse van de Belgische economie vatten de KBC-economen Edwin De Boeck en Johan Van Gompel het goed samen: "Met de beleidswending aangekondigd door de nieuwe federale regering in oktober 2014 verschuift het accent van de Belgische economische politiek voor de komende jaren van consumptie naar een versterking van de aanbodkant van de economie." Bron: knack.be - 04/11/2014 om 12:11 Mening: Ik begrijp beide standpunten heel goed. Het is nogal hard gesproken, maar door inderdaad de focus alleen op de werkende markt te leggen, houd je geen rekening met wat er met de andere (grote) groep gebeurt. Is er geen mogelijkheid om beide te doen? Zowel de kosten voor werkgevers te verlagen als een indexsprong vermijden? Dit klinkt misschien heel ideologisch of teveel van het goede; maar dat lijkt de ideale manier om de economie in z'n geheel een boost te geven. Beter draaiende economie levert de overheid ook weer inkomsten op... |