|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
|
#1
|
|||
|
|||
"9 op de 10 federale ambtenaren onder Vlaamse voogdij"
De Vlaamse ministers in de federale regering hebben samen de voogdij over liefst 92,7 procent van de federale ambtenaren. Dat blijkt uit onderzoek van de Franstalige studiegroep Gerfa, waarover La Libre Belgique bericht. De krant spreekt van een 'alarmerend' cijfer.
Hoe voorzichtig het regeerakkoord ook was over de communautaire kwestie in ons land, in Franstalig België wordt die sinds kort weer dagelijks opgerakeld. De Franstalige denktank Gerfa, die zich richt op 's lands ambtenarij, heeft zich nu onledig gehouden met het berekenen van de weerslag van de postjesverdeling in de federale regering op de ambtenaren. Daaruit blijkt dat de MR, de enige Franstalige partij in de federale regering, via haar ministerposten 3.968 ambtenaren onder zich heeft. De rest, 51.889 mensen dus, werkt onder de Vlaamse partijen CD&V, N-VA en Open Vld. "Dat is een ratio van 92,9 procent tegenover 7,1 procent." Diensten als het leger, de federale politie, de magistratuur en het personeel in de griffies en rechtbanken zijn niet opgenomen in de telling, maar ook die 57.763 mensen hangen af van Vlaamse ministers (Defensie, Binnenlandse Zaken, Justitie). "Nadelig" Hoewel de telling overduidelijk symbolisch is, vindt Gerfa die 'nadelige' verdeling voor de Franstaligen ongehoord. Volgens de denktank is er iets mis met de bevoegdheidsverdeling. "Het leeuwendeel van de Franstalige ministers (Buitenlandse Zaken en Begroting uitgezonderd) krijgt bevoegdheden die vroeger toegewezen werden aan gewone staatssecretarissen". Dat het veiligheidsapparaat - Binnenlandse Zaken en Justitie - niet verdeeld is tussen de twee taalgroepen, "zoals gebruikelijk was", en dat de staatssecretariaten allen naar Vlamingen zijn gegaan, noemt Gerfa ook "problematisch". Bron: De Morgen, 23 oktober 2014 (artikel door SG) weblink Eigen mening: Al vanaf de stembusgang werd duidelijk dat het landsdeel dat het eerste een blok kon vormen, de federale regering zou overheersen. Door de snelle totstandkoming van de Vlaamse regering was aan Nederlandstalige zijde van het land het team snel duidelijk. Men ging met dezelfde partners naar de federale onderhandelingstafel. Aan Waalse zijde hetzelfde verhaal, zij het niet dat er één groot detail verschilt: de MR. Aan Waalse zijde werd de MR bij de vorming van de Waalse regering in snelheid gepakt door PS en cdH. Charles Michel noemde het een ‘coalitie van verliezers’ en ‘een kaakslag voor de kiezers’. Charles Michel heeft hier geen ongelijk: de MR heeft 25 (van de 75) zetels in het Waalse Parlement en vormt hiermee een zeer stevige oppositie. Maar liefst een derde van de Waalse kiezers had een blauw bolletje aangeduid. De Vlaamse partijen zagen het graag gebeuren, want de MR had op federaal niveau ook een aardig aantal stemmen achter haar naam. En zo geschiedde. De relatie tussen de Waalse partijen was verzuurd en de Vlaamse partijen heetten Charles Michel maar al te graag welkom aan de federale onderhandelingstafel. Vanaf hier af aan werd het duidelijk voor beiden dat ze elkaar nodig hadden: Michel wou maar al te graag premier worden en de Vlaamse partijen wisten dat zij de belangrijkste ministerposten konden innemen. En zo dus ontstond Michel I. Is dit alarmerend? Misschien. Is de balans te hard doorgeschoven naar de Vlaamse kant? Naar mijn mening wel. Is het legaal? Helemaal. Is het logisch? Ook ja. Niet iedereen kan dit verkroppen, wat leidt tot zeer theatrale debatten in de Kamer. Zet er dan nog een Kamervoorzitter die niet weet hoe hij de hamer moet hanteren en het spel zit helemaal op de wagen: maar liefst DERTIG uur had de kersverse premier nodig om de Kamer zijn regeerakkoord voor te leggen, van een entree gesproken… Laatst aangepast door Lode.G*vers : 23rd October 2014 om 10:31. |