|
#1
|
||||
|
||||
‘Arm? Ze hebben toch een gsm!'
Armoede is al jaren een ‘beleidsprioriteit', waarom blijven de armoedecijfers dan zo dramatisch, vraagt WIM VAN LANCKER zich af. Zijn antwoord: omdat zowel de overheden als wijzelf tekortschieten in ons doen en denken over armen.
Heel wat lokale verenigingen en vrijwilligers dragen wezenlijk bij aan het bestrijden van het complexe probleem dat armoede heet. Maar zonder ondersteuning van het beleid blijft het dweilen met de kraan open. Verhoog de minima Een van de belangrijkste instrumenten die een impact hebben op het leven van mensen in armoede is het niveau van de uitkeringen, met name de bijstandsuitkeringen. Het leefloon, uitgekeerd door de OCMW's maar grotendeels gefinancierd door de federale overheid, is het allerlaatste vangnet van onze sociale zekerheid. Het is een vangnet dat in niets lijkt op de hangmat die sommige kwatongen er moedwillig van maken: de uitkeringen zijn niet alleen laag in internationaal perspectief (zeker als er kinderen in het spel zijn), ze bevinden zich grotendeels onder de Belgische armoedegrens en volstaan niet om de kosten voor een menswaardig leven te dekken. Op basis van de huidige prijzen voor wat levensnoodzakelijk is (voeding, huur, verwarming enz), kom je niet rond met een leefloon. Dus: verhoog de bodemuitkeringen tot ze mensen in staat stellen om volwaardig deel te nemen aan de samenleving. Als vanzelf weerklinkt dan de schreeuw der verontwaardigden: ‘Wie zal dat betalen?' Wel, wij allemaal, omdat we er met z'n allen beter van worden. Ten eerste houden te lage uitkeringen mensen afhankelijk, terwijl we toch net het omgekeerde willen bereiken. Wie elke dag strijd moet leveren om het levensnoodzakelijke te bekostigen, heeft tijd noch middelen om de keten van de armoede te doorbreken. Ten tweede willen de meeste mensen wel degelijk een job, en stellen hogere uitkeringen hen in staat om die op een menswaardige manier te zoeken (en vaak ook te vinden). Zo dragen zij meteen weer bij aan de samenleving. Ten derde zijn een aantal mensen, om diverse redenen, niet zomaar in te schakelen in de arbeidsmarkt: veroordelen we hen dan maar tot de bedelstaf? Ken sociale rechten automatisch toe Een andere hervorming die al jarenlang op het prioriteitenlijstje van beleidsmakers staat, maar waar nog altijd niets van in huis is gekomen, is de automatische toekenning van sociale rechten. Administratieve mallemolens doorgronden en doorworstelen is niet altijd een eenvoudige opdracht en vereist vaak heel wat (voor)kennis. Veel mensen uit de lagere inkomensgroepen hebben die knowhow niet en maken geen gebruik van voorzieningen, ook al hebben ze er recht op. Het bekendste voorbeeld is dat van het Omnio-statuut (dat instaat voor een verbeterde terugbetaling van geneeskundige kosten voor lage inkomens): slechts een kwart van de potentiële rechthebbenden maakt van deze maatregel gebruik vanwege de zware administratieve lasten. Deze voordelen automatisch toekennen zou een onmiddellijk en positief effect hebben. Investeer in opvang, niet in een kindpremie Ook op het Vlaamse niveau formuleerde men ambitieuze doelstellingen, zoals de kinderarmoede halveren tegen 2020. Ook hier is er een groot verschil tussen woord en daad. Het voorbeeld van de geplande Vlaamse kindpremie is sprekend. Die zou aan elk kind jonger dan 3 jaar worden toegekend zonder onderscheid, wat neerkomt op een jaarlijks bedrag van 150 tot 200 euro. Leuk geschenkje misschien, maar simulaties wijzen uit dat het effect op kinderarmoede vrijwel nihil zal zijn. Is dit geld goed besteed als men armoedebestrijding serieus wil nemen? Onderzoek toont aan dat het gebruik van kinderopvang in Vlaanderen zeer ongelijk verdeeld is: hoger geschoolde tweeverdieners maken er volop gebruik van, lage-inkomensgezinnen nauwelijks. Zou het dan niet beter zijn het budgetoverschot aan te wenden om het aanbod aan betaalbare en kwaliteitsvolle opvang uit te breiden, zodat ook deze gezinnen van opvang gebruik kunnen maken? Dat zou een dubbel positief gevolg hebben: moeders in lage-inkomensgezinnen zijn zo in staat deel te nemen aan de arbeidsmarkt en vergroten zo hun beschikbaar inkomen (wat een rechtstreekse impact zal hebben op hun armoederisico en op het welzijn van hun kinderen), waardoor ze meteen ook financieel kunnen bijdragen aan de samenleving. Toon begrip Wij kunnen allemaal een steentje bijdragen door mensen met een armoederisico niet te veroordelen, maar begrip te tonen voor de moeilijke omstandigheden waarin deze mensen moeten leven en voor de – in onze ogen soms foute – keuzes die zij maken. Want hoe vaak krijgen we niet oprispingen te horen als ‘ze hebben het zelf gezocht' of ‘ze zijn zogezegd arm, maar ze hebben wel een gsm'? Het bezit van materiële goederen die noodzakelijk zijn om op een normale manier aan onze samenleving deel te nemen (een gsm, een televisie, een computer) wordt voor de goegemeente een bewijs dat armoede een kwestie is van ‘foute keuzes'. Dat is fundamenteel oneerlijk. Iedereen, arm of rijk, wil voldoen aan de verwachtingen van een normaal levenspatroon met alle uiterlijke kenmerken die daarbij horen, maar alleen mensen in armoede worden daarvoor veroordeeld. Ik wil niet beweren dat mensen niet zelf verantwoordelijkheid dragen, of dat er geen slechte keuzes bestaan. Wel dat deze dubbele moraal het leven voor de meest kwetsbaren alleen maar moeilijker maakt. Laat deze week tegen – en maandag de Werelddag van verzet tegen – armoede een goede aanleiding zijn voor onze beleidsmakers (en voor onszelf) om in de spiegel te kijken en de vraag te stellen: doen we werkelijk alles wat in onze macht ligt om de zwaksten te helpen? Bron: http://www.standaard.be/artikel/det...ikelid=DO3GVR3M Verantwoording: Ik ben het helemaal eens met dit Wim Van Lancker. "Wie elke dag strijd moet leveren om het levensnoodzakelijke te bekostigen, heeft tijd noch middelen om de keten van de armoede te doorbreken." Als voorbeeld gebruik ik als eerste een alleenstaande zonder kinderen. Zij of hij zal een leefloon krijgen van: 755,08 per maand! Laten we daar in het beste geval €350,00 euro huishuur vanaf trekken, (dit ben je minstens kwijt voor een kleine studio met woonkamer, keuken, douche, toilet en slaapkamer) dan blijft er nog maar 405,08 over. Elke maand zit er dan nog standaard een rekening van de elektriciteitsmaatschappij, watermaatschappij en verplichte brandverzekering in de bus. Alles samen mag je hier toch ook zeker 100 euro voor aftrekken. Daarnaast komen er elke jaar eindafrekeningen aan en moet je sowieso rekening houden met onverwachtse kosten zoals een ziekenhuisopname. Hier zet je best elke maand een bedrag voor opzij om te voorzien in deze kosten. Als je hier 30 euro per maand voor opzij zet blijft er per maand nog € 275,08 over. Hier moet je dan heel de maand van 'leven'. Dit wil zeggen: €9,17 per dag om te eten, drinken, vervoer mee te betalen, kleren te kopen, ... Je mag al blij zijn dat je heel de maand eten kan kopen. Veel zal er niet meer overblijven van al dat geld. Deftige kleren kopen lukt niet wegens de budgettaire beperkingen. Elke dag opnieuw moet zij/hij het doen met die € 9,17 want anders komen ze op het eind van de maand in de problemen. Kledij zal van de kringloopwinkel moeten komen of van de OCMW-winkel en ga daar maar eens mee solliciteren! Als jullie eerlijk zijn met jullie zelf heeft bijna iedereen wel een mening over 'sociale gevallen'. Vaak zie je mensen op straat waarvan je denkt: 'wat een sociaal geval'. Sta er volgende keer eens bij stil dat deze mensen gewoon het geld niet hebben om deftige kledij te kopen. Dat zij of hij misschien 1 van die mensen is die met 9 euro per dag moet overleven. De berekening hierboven geldt voor een alleenstaande zonder kind. Leefloon voor een persoon met een gezin ten laste bedraagt: 1006,78. Dit bedrag ligt ong. 245 euro hoger maar hier moeten dan ook wel 2 of 3 mensen van onderhouden worden. Bijkomend zal het studiootje van €350,00 te klein zijn voor 2 of 3 en zit je al in een prijsklasse tussen de €400,00 en €500,00. Jullie kunnen zelf de berekening al wel maken denk ik he? bron: http://www.aclvb.be/werknemers/soci...fonds/leefloon/ |