|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
|
#1
|
||||
|
||||
Te weinig plaats voor 'witte' schoolkinderen
Te weinig plaats voor 'witte' schoolkinderen
ANDERLECHT - Vlaamse ouders in Brussel vinden voor hun kinderen moeilijk een plaats in concentratiescholen. 'Alleen een forse capaciteitsuitbreiding kan het tij keren'. Brusselse concentratiescholen - die een overwicht allochtonen hebben - doen pogingen om meer kinderen van autochtone, Nederlandstalige ouders aan te trekken. Maar die pogingen stoten op beperkingen. Neem de basisschool De Voorzienigheid in Kuregem (Anderlecht). Negen Nederlandstalige ouderparen wilden hun kind daar in groep inschrijven. 'Maar ik heb maar plaats voor zes', zucht directrice Katia Van Lysebeth. De periode van inschrijvingen voor volgend schooljaar loopt. Broers en zussen van kinderen die al op de school zitten, kregen voorrang. Vandaag, 1 februari, begint de online-registratie van de anderen. Volgens de regel in Brussel moeten de vrije plaatsen voor 55 procent naar Nederlandssprekende kindjes gaan. Maar veertien broers en zusjes hebben het gros van de plaatsen in het onthaalklasje al ingenomen. Er blijven nog maar zes plaatsen over. 'Ik was blij dat er opnieuw Nederlandstalige ouders de weg naar onze school gevonden hadden', zegt Van Lysebeth, 'nu vrees ik dat ik er enkele zal moeten teleurstellen. Ik kan drie extra plaatsen aanvragen, maar ik heb geen garantie dat die aan de betrokken ouders toegewezen worden. Toch denk ik dat ik het risico ga nemen. Al is het een beetje Russische roulette.' Vorig jaar is De Voorzienigheid met 23 nieuwe leerlingen geëindigd, van wie geen enkele thuis Nederlands sprak. De school telt in totaal 167 leerlingen. Daar is geen enkel kind van autochtone Vlaamse ouders bij. 'Verschillendescholen zitten al zo goed als vol als de broers en zussen zijn ingeschreven', bevestigt Guido François van de vzw Katholieke Opvoeding en Cultuur Brussel (KOCB). 'Vorig jaar had ik weet van vier. Dat is een demografische realiteit: allochtone kinderen komen uit grote gezinnen.' Hij denkt dat De Voorzienigheid niet moet wanhopen. 'Wellicht komen er Vlaamse ouders voor de extra plaatsen in aanmerking, door de 55-procentregel. Het criterium hoever ze van de school wonen, zal de doorslag geven.' Deze toestand toont aan dat een ommekeer realiseren in het profiel van een Brusselse school uiterst moeilijk blijft. Soms lukt het wel, zoals in Laken en Sint-Joost. 'Alleen een forse capaciteitsuitbreiding kan het tij keren', meent Guido François. 'Sint-Joris heeft op een nieuwe campus zijn capaciteit verdubbeld.' 'Een school moet een uitbreiding de jaren nadien ook kunnen dragen. Er moeten lokalen zijn, middelen, personeel vooral. Het is tegenwoordig haast onmogelijk tijdens het schooljaar nog tijdelijke leerkrachten te vinden voor Brussel.' De voorrang voor broers en zussen ligt bij decreet vast. Daar valt niet aan te tornen. Jean-Luc Vanraes (Open VLD), in de Brusselse regering bevoegd voor onderwijs, zegt dat de school binnen haar net een oplossing kan zoeken; als dat niet lukt, mag ze bij hem aankloppen. 'We kunnen overwegen een extra containerklas te zetten, dan moeten we wel in orde zijn met de vergunningen. Het is geen algemeen maar een lokaal probleem, in enkele scholen.' Op termijn (2015) komen er dik tweeduizend plaatsen bij in het Brussels Gewest. De Vlaamse minister van Onderwijs, Pascal Smet (SP.A), zegt zich bewust te zijn van het broer-zussenprobleem en 'zal het in overweging nemen bij het uitwerken van een nieuwe regeling'. 'Wij moeten hopen op de komende generaties allochtonen', besluit Guido François. 'Degenen die in het Nederlands naar school gegaan zijn, zullen hun kinderen wellicht opnieuw naar Nederlandse scholen sturen. Zij beheersen onze taal, kennen het schoolsysteem, kunnen hun kroost helpen. Dat zou het niveau van het onderwijs ten goede komen.' Blog DS, 01-02-2011 (Tom Ysebaert)
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |