|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
|
#1
|
||||
|
||||
Elf geboden voor de fraudebestrijding
Elf geboden voor de fraudebestrijding
In de hoop dat de volgende regering de gecoördineerde en geïntegreerde strijd tegen de sociale en de fiscale fraude voortzet, schuift Carl Devlies elf aandachtspunten voor de onderhandelaars naar voren. 1. De coördinatie van de fraudeaanpak moet worden voortgezet. In 2008 zijn een College en een Ministerieel Comité voor de Fraudebestrijding opgericht. Het College bestaat uit vertegenwoordigers van alle fiscale, sociale en politiediensten, en twee procureurs-generaal. Het Comité omvat alle regeringsleden die bevoegd zijn voor fraudebestrijding en die instaan voor de politieke opvolging. Een voortzetting van die instellingen is noodzakelijk als men de geïntegreerde fraudebestrijding efficiënt wil blijven aanpakken. Het is ook aangewezen dat een regeringslid in zijn takenpakket een coördinerende taak krijgt. 2. Er is nood aan een privacywet voor de gegevensuitwisseling binnen financiën. De uitwisseling van gegevens binnen de verschillende diensten van financiën kan de fraudebestrijding optimaliseren. Maar dat vereist een specifieke privacywetgeving, die de bestaande algemene wet op de privacy van 1992 voor financiën aanvult. De aftredende regering had een wetsontwerp klaar, maar dat werd niet meer ingediend bij het parlement. 3. Ook de overheidssectoren onderling moeten gegevens uitwisselen. De databanken van de sociale zekerheid (de kruispuntbank), financiën en justitie zouden met elkaar moeten communiceren. Dat is een taak voor Fedict, de overheidsdienst die de informatica beheert, die ze met elkaar in verbinding kan brengen. Het is een technische kwestie die binnen de twee jaar opgelost kan worden. 4. In strafzaken moet een minnelijke schikking mogelijk worden. Vandaag is een minnelijke schikking in strafzaken enkel mogelijk in de fase van het opsporingsonderzoek, wanneer er nog geen onderzoeksrechter is aangesteld. Dat moet veranderen, zowel voor de lagere rechtbanken als voor het hof van beroep. Dat zal toelaten ellenlange procedures te vermijden, zodat de staat zijn geld snel kan terugwinnen. 5. De staat moet dringend overstappen op een dubbele boekhouding. Een overheid die fraude bestrijdt mag zelf geen bron van fraude zijn. Vandaar de noodzaak van audits in de verschillende departementen, en van een dubbele boekhouding voor de staatsfinanciën. Dat betekent dat er een beginbalans van de Belgische staat moet worden opgemaakt. De activa zitten vandaag grotendeels bij de gemeenschappen en de gewesten, de passiva, de schulden, bij de federale overheid. 6. De fiscale en de sociale wetgeving moet overal gelijk worden toegepast. Een studie van het consultancybureau Deloitte over de sociale en de fiscale inspectiediensten onderzoekt de gelijke toepassing van de wetgeving in de verschillende landsdelen. Een tussentijds rapport over de controles van vennootschappen bracht een grote ongelijke behandeling tussen de regio's aan het licht. 7. Het bankgeheim moet worden opgeheven voor de inkomstenbelastingen. Vandaag kan de opheffing van het bankgeheim enkel worden aangevraagd wanneer er een gerechtelijk onderzoek is opgestart. Dat moet ook tijdens het administratief onderzoek kunnen wanneer er aanwijzingen van fraude zijn. In dat geval zouden niet één maar alle rekeningen van de betrokkenen moeten worden opengesteld. 8. De 'una via'-regeling moet concreet worden gemaakt. 'Una via' betekent dat fiscus, politie en gerecht kunnen overleggen over de vraag of bepaalde feiten strafrechtelijk dan wel administratief zullen worden vervolgd. De regeling is een aanbeveling van de parlementaire onderzoekscommissie, en er is een voorstel uitgewerkt over de oprichting van een overlegstructuur tussen fiscus, politie en gerecht. Die zal worden gesteund door een gemengde cel voor ernstige en georganiseerde fiscale fraude. 9. Huiszoekingen in fraudedossiers moeten mogelijk zijn in een mini-gerechtelijk onderzoek. Voor de procureur des Konings moet het mogelijk worden om huisopzoekingen te doen zonder dat er een gerechtelijk onderzoek geopend hoeft te worden. 10. Het sectorale beleid moet voorrang krijgen. Algemene maatregelen op het vlak van fraudebestrijding worden het beste aangevuld met specifieke maatregelen per sector. Voor de bouwsector, bijvoorbeeld, wordt de elektronische registratie van werknemers op de werf ingevoerd. Voor de horeca wordt geleidelijk aan de elektronisch geregistreerde kassa ingevoerd die enkel toegankelijk is voor de controlediensten. Vergelijkende maatregelen worden voorbereid voor de vleesverwerkende nijverheid, de industriële schoonmaaksector en de transportsector. 11. Verbeurdverklaarde vermogensvoordelen moeten zo snel mogelijk ingevorderd worden. Criminele vermogens moeten zo snel mogelijk in beslag worden genomen, zodat ze verbeurd kunnen worden verklaard. Binnen de ficus moeten ontvangers van registratie en domeinen worden opgeleid om deze goederen beter en sneller in te vorderen. Daarnaast moeten de maximale fiscale boetes voor grote fraude worden opgetrokken van 125.000 tot 500.000 euro. Knack, 15-09-2010
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |