![]() |
|
#1
|
||||
|
||||
![]() Dronken
Ik weet nog precies wanneer het was, met dank aan het internet. 28 mei 2005. Die zaterdag debatteerde ik op de Kirchentag in Hannover met Landesbischöfin Margot Kässmann over religie en religieuze symbolen op school. Margot Kässmann, geboren Schulze, toen net geen 47 jaar, was en is een bevallige verschijning. Hierin verschilt zij van een katholieke bisschop. Zelden is deze laatste een mooie vrouw. In de discussie, waaraan nog twee andere mensen deelnamen, vond ik Kässmann wat minder. Haar betoog dreef op morele verontwaardiging, wat een meningsverschil tot een misdaad maakt en dus elke serieuze discussie verhindert. Tegelijk verborg Margot niet dat ze een ster was. Een jonge, zelfbewuste vrouwelijke bisschop. Het was mooi om zien hoe lichtjes verslenste mannelijke kerkfunctionarissen slijmerig achter haar aan huppelden. Ze beleefde er genoegen aan, want ze deed alsof ze hen niet zag. In 2007 scheidde Margot uit de echt, zonder dat onze ontmoeting daar voor iets tussen zat. Twee jaar later werd ze gekozen tot hoofd van de raad van de evangelische kerk in Duitsland (EKD). Een vrouw als nummer één. Russisch-orthodoxe theologen krabden in hun baarden. Wat nu met de oecumene? Binnen de kortste keren ontpopte de mediagenieke Kässmann zich tot een kritische en bevlogen kerkleidster. De kerstpreek die zij een paar maanden geleden in de Marktkirche van Hannover hield, ontging niemand. Ze laakte zowel de politieke nonchalance die het klimaatdebat stremt als de uitzichtloze oorlog in Afghanistan. De controverse schuwde zij niet. En dan kwam de fatale misstap. Op zaterdagavond 20 februari reed de bisschop met haar dienstwagen voorbij een op rood gesprongen stoplicht in het centrum van Hannover. De politie hield haar staande. De geur van alcohol kwam de agenten tegemoet. Een ademtest volgde. Een bloedtest ook: 1,54 promille. De bisschop mocht onmiddellijk haar rijbewijs inleveren. Uiteraard berichtten de kranten uitvoerig over haar misstap. En vier dagen later legde Kässmann, die meedeelde van haar eigen gedrag geschrokken te zijn, al haar functies neer. Alleen in het basispastoraat blijft zij nog actief. Voor haar gebaar oogstte ze applaus van de verzamelde pers. Want we leven in een tijd van schuld en boete. Van zondebokken en rituele offers. Er kan geen fout worden gemaakt of het volk schreeuwt om ontslag. Alleen wie zich klein maakt, is veilig. Of wie zelf het steeds groeiende leger van strenge controleurs vervoegt. Ik vind het een ramp dat Kässmann ontslag heeft genomen als topvrouw van de 25 miljoen protestanten die Duitsland rijk is. Zij beschikte over een charisma waar mannen alleen maar van kunnen dromen en bereikte ook mensen die zich doorgaans verre van de kerkelijke subcultuur verwijderd houden. Na haar komt weer een grijze man. Maakte zij een fout? Zeker. Dronk zij te veel? Zonder twijfel. En dat voor iemand die iedereen aanbeval om in de vasten geen alcohol te gebruiken, een beetje onnozel. Maar moet iemand die een fout, zelfs een zware fout, begaat altijd en overal ontslag nemen? Zijn excuses en publieke vernedering niet genoeg? Proportionaliteit is belangrijk, toch? De sanctie moet sporen met de ernst van het misdrijf. Wie alle misdrijven even erg vindt, heeft geen gevoel voor waarden. Dronken sturen is erg, maar moord is erger. En het verleden van de dader moet meetellen als het om de toekomst gaat. Nu wordt Margot Kässmann gereduceerd tot een vrouw die dronken een rood verkeerslicht voorbijreed en daarvoor een zware straf verdient. Al het goede dat zij heeft gedaan, zinkt in het niet tegenover de fout die ze heeft bedreven. Ze wordt de fout die ze beging. En dus is genade niet langer mogelijk. We beleven moralistische tijden. Zoals in de jaren vijftig. Toen werd af en toe een jongen van school gestuurd omdat hij een meisje indringend durfde aan te kijken, zich mogelijk zelfs tot een lichte aanraking had verstout. Nog in de jaren tachtig werden zwangere meisjes van school verwijderd, gereduceerd als zij werden tot hun zwangerschap. Geen pardon en geen diploma. Op dat niveau zitten we weer. Fouten worden niet langer vergeven. Vergiffenis schenken geldt als morele zwakheid, omdat op die manier de indruk ontstaat dat de fout wordt gerelativeerd. Geheel ten onrechte trouwens. Vergiffenis bestaat slechts bij de gratie van de zonde. Wij zijn geruisloos in een samenleving terechtgekomen die liever het kwade bestraft dan het goede beloont. Die het vermijden van fouten belangrijker vindt dan het tot stand brengen van iets moois en iets duurzaams. Je hoort besmuikt gegrinnik wanneer weer eens iemand van zijn of haar voetstuk tuimelt. Hoogmoed komt voor de val, orakelt de kleinburger, die levensangst en moreel handelen met elkaar verwart, al was het maar uit zelfbehoud. Ten onrechte. Want deugdzaamheid is dapper. Rik Torfs is professor kerkelijk recht aan de KU Leuven DS, 04-03-2010
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |