|
#1
|
||||
|
||||
Weinig vreemde vrienden
Weinig vreemde vrienden
BRUSSEL - Allochtonen blijken niet vaak bevriend te zijn met mensen van een andere origine. Niet alle Belgen hebben goede relaties met hun allochtone medeburgers en met hun allochtone buren. Dat wisten we al uit eerdere enquêtes. Nu blijkt dat het ook onder de allochtonen onderling niet altijd koek en ei is. Allochtonen bestempelen buren van een andere herkomst dan de hunne ook niet zo vaak als ‘vriend'. En zes op de tien allochtonen erkennen dat mensen ‘van hun herkomst' meer inspanningen zouden moeten doen om Belgen te leren kennen. Dat zijn twee opvallende resultaten uit een enquête die het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding liet uitvoeren, in opdracht van federaal minister van Werk en Gelijke Kansen, Joëlle Milquet (CDH). Een andere vaststelling is dat nog eens blijkt dat allochtonen moeilijk aan werk of een woning raken. Het onderzoek ging onder meer na wat voor soort relaties ‘leden van minderheidsgroepen' hebben met hun buren. Dat werd onderzocht voor Turken, Maghrebijnen (Marokko, Algerije, Tunesië), Afrikanen (Sub-Sahara) en Oost-Europeanen. Hun onderlinge relaties en die met hun Belgische en andere EU-buren werden onder de loep genomen aan de hand van een enquête. De resultaten zeggen dus wat ze zeggen. Dat benadert wellicht de werkelijkheid maar dat kan er ook van afwijken. Opvallend is dat maar 25 procent van de 1.005 ondervraagden zegt dat er ‘echte vrienden' zitten bij ‘buren van een andere origine'. In de meeste gevallen heeft wel meer dan 50 procent relaties met die buren die als ‘beleefd' of ‘vriendschappelijk' omschreven worden. De beste scores worden behaald voor de relaties tussen Maghrebijnen en Turken, in de twee richtingen. Ook tussen Afrikanen en Maghrebijnen gaat het in de twee richtingen goed. Bij de andere groepen liggen de Afrikanen echter niet goed. Ze liggen zelfs ronduit slecht bij de Oost-Europeanen. Die laatsten liggen echter zelf niet zo goed bij de andere groepen. Zij hebben uiteindelijk nog de beste relaties (24 procent) met hun buren van ‘Belgische origine'. De Afrikanen staan het positiefst tegenover het feit dat onze steden ‘een heel verscheiden bevolking' hebben. Maar die ‘verscheiden bevolking' beloont dat niet: ze staat het minst positief tegenover de Afrikanen. Die ‘diversiteit' van onze steden ervaren de meeste ondervraagde allochtonen wel als een positief gegeven. Ze beleven die verscheidenheid ook: ze hebben ‘een verscheidenheid aan contacten'. Toch zegt nog 14 procent ‘bijna uitsluitend om te gaan men mensen van de eigen origine'. Een cijfer dat verbaast. Want het gevoel ‘aanvaard te zijn door de Belgische bevolking' ligt niet laag: 80 procent. Bij de derde generatie ligt dit zelfs nog hoger. Negen op de tien allochtonen zeggen goede contacten te hebben met, in en rond de school. De gezondheidsdiensten scoren nog iets beter. Het percentage ‘goede contacten' met gemeentediensten, trambestuurders en politiemensen ligt iets lager, maar niet zo veel. Bij enkele groepen ligt het wel veel lager: Maghrebijnen en Afrikanen. Over de relaties met collega's en chefs op het werk wordt weinig geklaagd. Maar voor het vinden van werk of een woning worden wel veel problemen gesignaleerd. De allochtonen zijn ook kritisch voor zichzelf. Bijna zes op de tien ondervraagden zeggen dat ‘mensen van dezelfde vreemde herkomst als ik, meer inspanningen zouden moeten doen om de Belgen te leren kennen'. Evenveel allochtonen menen evenwel dat ze niet dezelfde kansen krijgen als de Belgen en dat ze meer moeten doen vooraleer ze ‘een gelijke behandeling' krijgen. Zestig procent vindt dat de Belgen geen juist beeld hebben van mensen van hun origine. Bij de Maghrebijnen is dat zelfs 80 procent. DS, 21-01-2010
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |