|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
|
#1
|
|||
|
|||
Laatstejaars kennen niets van spelling
Ook kennis van de woordsoorten en zinsontleding zijn om te huilen
Laatstejaars van het secundair onderwijs bakken maar weinig van Nederlandse grammatica. Werkwoorden vervoegen gaat nog, maar voor spelling, woordsoorten benoemen en zinsontleding vallen ze compleet door de mand. Schrijf je confiskeren en electrochock correct zo, is het groentesoep of groentensoep , schrijf je hitleriaans met of zonder hoofdletter? Laatstejaars van het secundair horen het te weten, maar de masterproef van de Wevelgemse Valerie Van Vooren maakt pijnlijk duidelijk dat dat niet zo is. Van Vooren studeerde zopas af aan de richting meertalige communicatie aan de Hogeschool Gent en testte voor haar eindproef leerlingen in scholen in Vlaanderen en in Nederland. De gemiddelde score op de spellingproef was voor de Vlaamse leerlingen 57,5 op honderd (59,2 voor de Nederlandse). Waar liggen de knopen? Veel leerlingen worstelen met de woorden die met een c, een k of een q worden geschreven, met het liggend streepje ( chefkok of chef-kok ?), met de tussen-n ( apetrots of apentrots ?) en met verkleinwoorden (wat is het verkleinwoord voor A4?). Wat betreft de vervoeging van de werkwoorden halen zowel Vlaamse als Nederlandse laatstejaars bevredigende resultaten: gemiddeld 79,6 procent (Vlaanderen) en 78,2 procent (Nederland). Maar dan. Op het vlak van het benoemen van de woordsoorten - gaat het om een werkwoord, een zelfstandig naamwoord, een bijvoeglijk naamwoord... - zakken de cijfers pijlsnel naar beneden. Hier halen Vlaamse leerligen amper 53,7 op honderd, de Nederlandse 55,5 op honderd. Bijzonder interessant is hier de vaststelling dat wie in een Latijnse afdeling zit, het opmerkelijk beter doet dan zijn/haar collega in een niet-Latijnse richting. De latinisten halen 70,5 procent op de test over de woordsoorten. Wie geen Latijn volgt, loopt met 37 procent een flink onvoldoende op. 'Het is logisch dat latinisten beter scoren', zegt masterproefbegeleider Filip Devos, docent Nederlands aan de Hogeschool Gent en hoofdredacteur van het tijdschrift Over Taal . 'Die zijn gewoon meer met taal bezig, en ze hebben daar doorgaans ook bewust voor gekozen.' Voor zinsontleding (onderwerp, persoonsvorm, bijwoordelijke bepaling...) halen Vlaamse laatstejaars 60,3 procent, en gaan de Nederlanders met 35,5 procent helemaal kopje onder. Over de volledige grammaticatest halen Vlaamse leerlingen 63 procent en Nederlandse 57. 'Dat is veel te weinig', zegt Valerie Van Vooren. 'De eindtermen zijn op dat vlak behoorlijk onduidelijk, maar 80 procent lijkt me pas een cijfer waar een leerling tevreden over kan zijn. Vanwaar dat bedroevende resultaat? 'Het onderwijs besteedt gewoon te weinig aandacht aan grammatica', zegt Van Vooren. 'Sommige leerlingen hebben me gezegd dat ze die test liever hadden afgelegd toen ze in het tweede secundair zaten. Toen stonden die grammaticale problemen op de agenda en zat die stof nog fris in hun hoofd. Toch jammer dat ze er sindsdien niet zo veel meer gedaan mee hebben.' Waar is al die grammaticakennis voor nodig, zal iemand zich wel afvragen. 'Als je niet correct schrijft - bijvoorbeeld als je dt-fouten schrijft in pakweg een sollicitatiebrief - sla je een mal figuur', zegt Valerie Van Vooren. 'Wie niet foutloos schrijft, mist bovendien overtuigingskracht in wat hij schrijft. Dankzij zinsontleding kun je ook zinnen helderder lezen en makkelijker begrijpen.' 'Woordsoorten kennen is van belang om foutloos te kunnen spellen', zegt Filip Devos. 'Neem nu woorden als wiegendood en wiegeliedje . Waarom schrijf je de ene keer een tussen-n en de andere keer niet? Antwoord: omdat in het eerste woord wieg teruggaat op een zelfstandig naamwoord (en dan gebruik je een tussen-n). In het tweede woord gaat wieg terug op een werkwoord (en dan gebruik je er geen). Als je de woordsoorten niet kent, kun je onmogelijk foutloos schrijven. Hetzelfde geldt voor de zinsontleding. Als je die niet onder de knie hebt, kun je ook geen correcte zinnen bouwen.' Moraal van het verhaal? Valerie Van Vooren: 'Het onderwijs staat voor een serieuze uitdaging. Er is werk aan de winkel.' Dirk Musschoot Bron: http://www.nieuwsblad.be/Article/De...cleID=GI021M21M |
#2
|
|||
|
|||
Laatstejaars kennen niets van spelling
|
#3
|
||||
|
||||
Vandaag (gisteren ) spijtig genoeg nog maar eens mogen ondervinden bij de eerste stages in het tweede jaar!
Des te pijnlijker overigens al het dan nog - meermaals! - gebeurt op slides waarbij de verbeteringen door de stagiair 'live' worden ingevuld...
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |
#4
|
|||
|
|||
Ik ben leerkracht Nederlands in wording. In mijn middelbare school werd er ook te weinig aandacht geschonken aan spelling, hierdoor heb ik op dat vlak soms nog wel problemen. Ik vind dat vandaag te veel aandacht wordt gevestigd op de vaardigheden en te weinig op de basiskennis. Later wil ik zelf als leerkracht Nederlands een goed evenwicht vinden tussen vaardigheden en de basiskennis. Volgens mij ligt vandaag de nadruk te sterk op de vaardigheden.
|
#5
|
|||
|
|||
Dit is een item dat zeer nauwkeurig moet herzien worden. Ik persoonlijk ben leerkracht Frans in wording en ik moet bekennen dat mijn kennis van de Franse grammatica beduidend beter is dan die van mijn eigen moedertaal, het Nederlands. Dat vind ik een trieste vaststelling. Het ligt niet aan het feit dat ik daar geen interesse voor toon, maar het is gewoon niet onderhouden en dit geldt voor velen onder ons, jammer genoeg. Zoals in het artikel ook aangehaald wordt, is er in de eerste twee jaren van het secundair onderwijs nog een goede basis die gelegd wordt voor het concept 'zinsontleding', maar daarna wordt er nog onvoldoende aandacht aan besteed en nu zitten wij met de gebakken peren want van ons wordt verwacht dat wij zonder fouten kunnen schrijven. Dit gaat inderdaad niet zonder een goede kennis van wat is wat in de zin. Volgens mij moet er dus eens grondig overlegd worden over dit onderwerp en erop toezien dat de Nederlandse grammatica door elk kind zo goed mogelijk gekend is en dit gedurende de hele schoolcarrière zodat het er in blijft voor de rest van hun leven. We willen toch niet dat de mensen met Nederlands als 2de taal de grammatica beter beheersen dan wij, die het Nederlands als moedertaal hebben?!
PS: Ik heb toch niet te veel fouten getypt he?! |
#6
|
|||
|
|||
Ik heb het gevoel dat er in het secundair niet zo heel veel aandacht besteed wordt aan spelling in het vak Nederlands. Leerlingen worden wel berispt, of verliezen punten wanneer ze een spellingsfout maken, maar enkel in de eerste (tweede) graad wordt expliciet aandacht besteed aan spellingsoefeningen. In sommige vakken (vb geschiedenis, aardrijkskunde) worden er voor spellingsfouten geen punten afgetrokken, of misschien worden ze niet eens aangeduid door de leerkracht.
Ik vind dat men hier consequenter in moet zijn. |