|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
|
#1
|
|||
|
|||
Armoederisico: toenemende kloof tussen hoog- en laagopgeleiden
België kent een groeinde sociaaleconomische kloof wat het armoederisico betreft. Bij laagopgeleiden nam het armoederisico tussen 2005 en 2013 continu en substantieel toe, van 19 naar 27 procent. Voor hoogopgeleiden bedroeg het risico in 2013 slechts ongeveer 7 procent.
Het armoederisico in België is de afgelopen jaren globaal gezien stabiel gebleven rond de 15 procent. Opmerkelijk is wel dat het armoederisico bij 65-plussers aanhoudend daalt, en dat er bij de actieve bevolking een toenemende kloof is tussen hoog- en laagopgeleiden. Dat blijkt uit een analyse die de federale overheidsdienst Sociale Zekerheid heeft bekendgemaakt. Bij 65-plussers daalde het armoederisico van 23 procent in 2007 tot 18 procent in 2013. 'Daar spelen meerdere factoren', zegt Rudi Van Dam, expert bij de FOD Sociale Zekerheid. 'Wellicht hebben ouderen die nu met pensioen gaan, vaker betere pensioenrechten opgebouwd en zijn er ook alsmaar meer vrouwen die een groter pensioen opgebouwd hebben tijdens hun carrière. Daarnaast zijn er in de afgelopen jaren regelmatig beleidsbeslissingen geweest waardoor de minimumpensioenen gestegen zijn, bijvoorbeeld die voor zelfstandigen.' Laaggeschoolden Tegenover die positieve evolutie bij ouderen staat echter het groeiende armoederisico bij bepaalde groepen van de actieve bevolking. Bij laagopgeleiden nam het armoederisico tussen 2005 en 2013 bijvoorbeeld continu en substantieel toe, van 19 naar 27 procent. Voor hoogopgeleiden bedroeg het risico in 2013 slechts ongeveer 7 procent. Deze bevindingen wijzen dus op een groeiende sociaaleconomische kloof onder de actieve bevolking. Uit de analyse blijkt ook dat in België 14 procent van de bevolking tot 59 jaar in een "jobless household", een huishouden zonder betaald werk, leeft. Dat cijfer is de afgelopen jaren licht gestegen en behoort tot de hoogste in Europa. Sociale uitbuiting De FOD Sociale Zaken maakte deze analyse in het kader van de Europa 2020-strategie, die enkele doelstellingen vooropstelt om tegen 2020 de werkgelegenheid, de productiviteit en de sociale samenhang in Europa te verbeteren. Ondertussen is al duidelijk dat België de doelstelling rond de reductie van armoede en sociale uitbuiting waarschijnlijk niet zal halen. Volgens die doelstelling moet ons land het aantal personen die in armoede of sociale uitsluiting leven tegen 2020 terugbrengen naar 1.814.000. In 2008 bedroeg dat aantal 2.194.000, terwijl het voor 2013 al op 2.286.000 wordt geschat, zo meldt het rapport. Datum: 5/05/2015 Bron: http://www.knack.be/nieuws/belgie/a...mal-568069.html Mening: Ik denk dat het ergens logisch is dat laaggeschoolden mensen, meer kans hebben op armoede. De samenleving probeert zoveel mogelijk te automatiseren in de industrie, waardoor er minder werkgelegenheid is. Mensen die in armoede leven, hebben vaak het geld niet om verder te studeren. Hierdoor komen deze mensen terecht in de fabriekswereld, achter de band en ze moeten veel jobs doen waarbij ze weinig geld verdienen. Doordat ze weinig geld verdienen kunnen hun kinderen ook niet verder studeren. In dit geval blijven ze in deze cyclus zitten. Hooggeschoolden leven gemiddeld 4 jaar langer dan laaggeschoolden, doordat ze vaak in betere werkomstandigheden kunnen werken en leven. Voor ons, als leerkrachten, is het belangrijk dat we goed op de hoogte zijn van de thuissituatie van de leerlingen. We moeten mee naar een oplossing zoeken, zodat de kinderen beter presteren in school en eventueel kunnen verder studeren, doordat ze leren sparen. Kinderen die in armoede leven gaan zich ook vaak sociaal buitengesloten voelen, dit kan een aanleiding zijn waarom ze zich niet goed in hun vel voelen. |