Helft jongeren aanvaardt vriendschapsverzoek van onbekende

Ruim de helft van de Vlaamse tieners aanvaardt een vriendschapsverzoek van een onbekende persoon op Facebook. Dat blijkt uit een experiment van het Radio 2-programma De Inspecteur. Een redacteur maakte een vals Facebookprofiel van een 14-jarige jongen die verhuisd is van Amerika naar Antwerpen. Hij stuurde lukraak honderd vriendschapsverzoeken naar verschillende tieners. 54 daarvan aanvaardden zijn verzoek. Slechts één iemand vroeg wie de persoon achter het verzoek was.

Een vriendschapsverzoek aanvaarden van een onbekende is niet zonder gevaar. Veel jongeren zetten bijvoorbeeld hun gsm-nummers en adresgegevens op hun Facebookprofiel. En op zo goed als elk profiel zijn er aanwijzingen te vinden over waar je hen zou kunnen ontmoeten.

Persoonlijke informatie
Die informatie kan je misbruiken in een gesprek, zodat het lijkt alsof je ze kent. De redacteur heeft met acht jongeren een gesprek opgestart. Twee zijn niet op de vraag ingegaan, de rest ging mee in het gesprek. Ze stelden vragen over de jongen, maar gaven ook veel prijs over zichzelf.

Klachten over grooming
"Het probleem ligt niet zozeer in het maken van nieuwe contacten, maar meer in het delen van persoonlijke informatie", zegt Marine Smeets van Child Focus. "Vaak geven jongeren veel te veel persoonlijke informatie mee op sociale media. We krijgen meer en meer klachten over grooming, waarbij een volwassene contact probeert te leggen met een jongere op sociale media om hem of haar te misbruiken."

Hoe het experiment concreet in zijn werk ging, hoor je morgen tussen 8 en 9 uur op Radio 2.

Maand van de cyberveiligheid
Oktober is de maand van de cyberveiligheid. CERT (cert.be), de overheidsdienst voor Cyberveiligheid, lanceert op 1 oktober een campagne om mensen bewust te maken om veilig om te gaan met het internet. De Inspecteur heeft het in de actieweek rond cyberveiligheid verder over spam en oplichting (waar komen die valse waardebonnen voor supermarkten vandaan) op maandag, over free wifi (hoe veilig zijn die netwerken?) op woensdag en over een goed paswoord (hoe kies je dat?) op donderdag.

Bron: http://www.demorgen.be/technologie/...kende-a2470547/

Mening: Ik vind dit toch wel een artikel om even bij stil te staan. Zoals in het artikel al staat delen jongeren enorm veel persoonlijke informatie van zichzelf op Facebook. Ik mocht vroeger van mijn ouders bijvoorbeeld niet op Facebook zetten dat we op reis gingen, want zo wist iedereen dat het huis leeg was. Natuurlijk ga je niet denken dat er tussen jouw vrienden inbrekers zitten, maar die 'vrienden' die je hier en daar aanvaard hebt kunnen dat wel zijn. Ik denk dat iedereen op een gegeven ogenblik al wel eens iemand aanvaard heeft zonder echt te weten vanwaar hij de persoon nu precies kende, ik althans wel. Je kan eigenlijk nooit zeker weten of die persoon wel diegene is, die hij/zij zegt te zijn. Ik denk niet dat we nu in wantrouwen moeten gaan leven, maar hier en daar een beetje uitkijken wat we posten op Facebook of wie we aanvaarden als vrienden, zal zeker en vast geen kwaad kunnen
Dat men campagnes organiseert en jongeren aanspoort om bewuster met internet om te gaan vind ik zeker en vast geen slecht idee. Ik denk persoonlijk ook dat men het jongeren niet gewoon moet gaan vertellen, maar dat men hun ogen moet openen. Dit kan men doen via zulke experimenten van valse Facebook profielen. De link 'take this lollipop' is zeker en vast een 'eye-opener' denk ik.

Mijn mening komt overeen met de mening van S*ofie. Toen ik 14 jaar oud was aanvaardde ik ook vaak mensen die ik niet kende als vriend op sociale media. Met sommigen chatte ik ook, maar ik deelde nooit persoonlijke gegevens met hen. Mijn ouders hielden mijn profiel ook mee in de gaten om er zeker van te zijn dat ik er niets op zou zetten dat ik er niet op mocht zetten. Ik weet ook nog heel goed dat we enkel tijdens de lessen Nederlands eens een les hadden over het gebruik van sociale media en de gevaren ervan. Bij de andere vakken hebben we het er nooit over gehad en we hebben er ook nooit een 'informatiedag' over gehad. Nu ik het achteraf bekijk vind ik dat wel spijtig, want er waren veel leerlingen die in hetzelfde jaar als mij zaten die toch onveilig waren op het internet. Ik ben er zeker voorstander van om dergelijke informatiedagen te organiseren, het liefst op een interactieve manier. Jongeren mogen niet het gevoel hebben dat ze voor de zoveelste keer 'een preek' krijgen over het gebruik van sociale media en internet tout cours. Jongeren van 14 jaar zitten in een moeilijke periode, ze zijn naar hun eigen identiteit op zoek en willen zo veel mogelijk vrienden hebben op sociale media om zichzelf op deze manier populair te laten uitschijnen. Een vriendschapsverzoek krijgen geeft hen een goed gevoel en ze voelen zich in een bepaalde zin verplicht het verzoek te accepteren omdat ze bang zijn dat de persoon in kwestie zich anders beledigd zal voelen.
Het is belangrijk om goed met jongeren te communiceren over dit onderwerp om te voorkomen dat ze later spijt krijgen van dingen die ze op internet zetten en/of van afspraakjes die ze (zonder dat iemand anders het weet) maken via sociale media.

Ik denk dat jongeren, van 12 jaar tot 16 jaar, inderdaad te veel vriendschapsverzoeken accepteren van personen die ze niet kennen. Dit is wel iets om bij stil te staan. Velen hiervan accepteren zoveel mogelijk verzoeken, zodat ze meer 'likes' krijgen op hun foto. Maar ze vergeten het feit dat er mensen rondlopen met de verkeerde bedoelingen. Zo zag ik een paar maanden geleden een sociaal experiment op het internet. Hierbij voegde een jongen een paar meisjes toe. Hij zei dat hij 16 was, maar was eigenlijk 26 jaar. Hij probeerde hen te overhalen om met hem af te spreken (dit deed hij in samenspraak met de ouders!). Drie meisjes gingen in op dit verzoek. Hiermee bedoel ik maar dat je beter twee keer kan nadenken voor je iemand toevoegt. Voor je het weet, heb je iemand toegevoegd met de verkeerde bedoelingen. Ik denk dat we als leerkrachten, de jongeren hierop attent moeten maken. Dit kan groot aangepakt worden, maar ook evengoed vakoverschrijdend. Bijvoorbeeld bij Nederlands een artikel over cyberpesten, stalken op Facebook, .. nemen als voorbeeldtekst.