#1
|
||||
|
||||
Afghanistan is Irak niet
Afghanistan is Irak niet
IN een deel van Pakistan waar de meeste Amerikanen vrijwel geen weet van hebben, is een soort mislukte ministaat ontstaan die toevlucht biedt aan de grootste vijanden van de VS. Waziristan en de noordwestelijke grensprovincie, waar Osama bin Laden en Taliban-leider Mullah Omar zich schuilhouden, zijn uitgegroeid tot een belangrijk toevluchtsoord waar de Taliban en Al-Qaeda oefenen, werven, uitrusten en zich voorbereiden op de volgende aanslagen. De Verenigde Staten staan voor een duivels dilemma. Ze mogen achtervolgen tot over de grens, maar ze kunnen Waziristan niet binnenvallen; zo'n operatie zou weinig kans van slagen hebben en zou een crisis in de Amerikaanse betrekkingen met Pakistan teweegbrengen. Vertrekken uit Afghanistan betekent dan weer dat de Taliban zullen terugkeren, samen met Bin Laden en Al-Qaeda. De enige reële keuze is om te blijven en daarmee de vijand het land grotendeels te ontzeggen. Dat betekent militaire aanwezigheid voor onbepaalde tijd van de Navo en de VS in Afghanistan. Geen enkele Amerikaanse regeringsfunctionaris zal het in het openbaar zeggen, maar de conclusie is duidelijk: wij zullen nog heel lang in Afghanistan blijven, veel langer dan in Irak. De Afghanen hebben nochtans een eenvoudige oplossing voor het probleem van het toevluchtsoord: draag de Pakistaanse president Musharraf op de grensgebieden uit te kammen. De Pakistani hebben een even eenvoudig antwoord: ze hebben in samenwerking met de Amerikanen al honderden terroristen aangehouden of gedood. De Afghanen, die Musharraf hevig wantrouwen, geloven dat niet. Ze zijn de VS dankbaar dat ze hen van de gehate Taliban hebben bevrijd, maar ze vinden Washington te inschikkelijk tegenover Pakistan. De strijd tegen drugs heeft grote prioriteit voor Washington en de Europese Unie. Volgens officiële rapporten van de VS en de VN is dankzij the war on drugs vorig jaar de papaveroogst met vier procent gedaald - niet echt om over naar huis te schrijven. De pogingen om met Amerikaanse steun de Afghaanse vrouwen de kans op een beter leven te geven, bieden daarentegen grootse mogelijkheden. Laura Bush komt de eer toe dat ze daarvan een halszaak heeft gemaakt. De eis dat meer dan 25 procent van de zetels in de Nationale Assemblee aan vrouwen voorbehouden moest zijn, was gewaagd, maar heeft gewerkt. Ik heb tien vrouwelijke parlementsleden gesproken; ze waren bezielder en opgewekter over hun land dan hun mannelijke collega's. Als ze een vrouwenfractie vormen, een proces dat met steun van het Democratic Institute for International Affairs inmiddels is begonnen, zullen ze een stuwende kracht achter de vooruitgang worden. Maar laat niemand de vooruitgang voor vrouwen op de hogere niveaus verwarren met een wezenlijke verandering voor het gemiddelde meisje of de gemiddelde vrouw. Telkens als Afghanistan probeerde de status van vrouwen te verhogen, sloegen de mannen terug. Dat zullen ze blijven doen. Voor vrouwen op het platteland is van vooruitgang niet of nauwelijks sprake. Hét symbool van Afghanistan, de boerka die vrouwen van top tot teen bedekt, blijft nog wijd en zijd in gebruik. Een blijmoedig lid van de provinciale raad in Herat vertelde me dat ze geen voorstander van de boerka was, maar haar 'mooie' 15-jarige dochter niet zonder de straat op durfde te laten gaan. ,,De boerka is mijn wapen'', zei ze. En 'zelfopoffering' - die vrouwen door hun familie wordt opgedrongen als ze de strenge gedragscodes schenden - is in opkomst. Herat, de enige grote stad in het westen, typeert de complexe toestand in Afghanistan. Het ligt amper 150 kilometer van de Iraanse grens maar beleeft een economische hausse en heeft bijna geen last van de Taliban-dreiging. Maar de economie wordt grotendeels gevoed door Iran, dat ter plaatse zichtbaar wint aan economische en politieke invloed. Ziedaar de ultieme paradox van een toch al zo paradoxale toestand: onze 'strategische bondgenoot' Pakistan biedt in het oosten een toevlucht aan de Taliban en Al-Qaeda, terwijl in het westen een land van de 'as van het kwaad' een stabiliserende rol speelt. Op termijn streeft Iran daarmee natuurlijk hetzelfde strategische doel na als het overal doet: de vorming van een sjiitisch gebied dat zich uitstrekt van Libanon tot zo ver mogelijk in het oosten. Als zoveel op het spel staat, is het verbazend dat de Amerikaanse regering in haar laatste herziene begroting maar een schijntje voor de Afghaanse wederopbouw heeft gevraagd (zo'n veertig miljoen dollar), terwijl het ministerie van Buitenlandse Zaken en de Amerikaanse ambassade om het tienvoudige hadden verzocht. Erger nog, het Congres heeft nog eens extra in het toegekende bedrag gesneden en het tot vier miljoen dollar teruggebracht. Het valt te hopen dat deze bezuinigingen gewoon een vergissing waren als gevolg van de orkaan Katrina en ambtelijke verwarring. Afghanistan zal moeilijk blijven, en we moeten het daar veel beter doen. Het gevaar bestaat altijd dat onze aanwezigheid mettertijd tot een Irak-achtige anti-Amerikaanse vreemdelingenhaat zal leiden. Maar Afghanistan is geen Irak. Het is geen langetermijnstrategie om onze vijanden het land te ontzeggen, maar van levensbelang in het huidige stadium van de geschiedenis, vooral omdat Irak op een steeds somberder toekomst afstevent. Richard Holbrooke (De auteur is oud-ambassadeur van de Verenigde Staten bij de Verenigde Naties.) © The Washington Post, DS 10-04-2006
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |