De slaagcijfers bij bachelorstudenten blijven dalen. Zowel aan de hogescholen als aan de universiteiten haalt nog geen derde binnen de drie jaar een diploma. "De kosten zijn enorm."
Vlaamse studenten blijven steeds langer op de hogeschool of unief hangen. Nieuwe cijfers tonen hoe een groeiende groep professionele en academische bachelors worstelt om binnen de voorziene drie jaar hun diploma te halen. Rondde tien jaar geleden, in het academiejaar 2006-2007, nog 40 procent van deze studenten hun studies tijdig af, dan daalde hun aantal in het academiejaar 2013-2014 naar om en bij de 29 procent.
'Studenten hebben te veel vrijheid. Iedereen doet maar wat'
ONDERWIJSEXPERT MARTIN VALCKE (UNIVERSITEIT GENT)
"Mogelijk liggen de percentages vandaag nog lager", zegt Vlaams Parlementslid Ann Brusseel (Open Vld). Zij vroeg de cijfers bij minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) op en noemt ze problematisch. "De kosten voor de ouders, maar ook de belastingbetalers, zijn enorm. We betalen per bijkomend studiejaar minstens 10.000 euro."
Haar bezorgdheid wordt gedeeld door onderwijsexpert Martin Valcke (Universiteit Gent). "Ik vrees dat er straks helemaal geen modeltrajectstudenten meer zijn", zegt hij. De man wijt die vertraging aan een doorgeslagen flexibilisering in het hoger onderwijs. "Studenten hebben te veel vrijheid. Ze kunnen eindeloos schuiven met vakken en zijn ook niet verplicht om examens af te leggen. Iedereen doet maar wat."
Bindende toelatingsproef onvermijdelijk
'In vergelijking met andere OESO-landen doen we het helemaal niet zo slecht'
HERMAN VAN GOETHEM, VOORZITTER VAN DE VLAAMSE INTERUNIVERSITAIRE RAAD (VLIR)
Studenten blijken zelf ook minder hooi op hun vork te willen nemen, zo leren de cijfers. De meerderheid mag nog wel alle 60 studiepunten per jaar opnemen, hun aantal daalt wel gestaag, zowel aan de hogeschool als aan de unief.

Volgens professor Valcke is een bindende toelatingsproef voor alle studierichtingen op termijn onvermijdelijk. "Het is een harde boodschap, maar dat gaat het best werken", stelt hij. Brusseel pleit dan weer voor een ijkingstoets voor elke studierichting. "Daarmee moeten jongeren achterhalen of ze het juiste profiel hebben voor een richting en of ze de kennis voor bepaalde vakken moeten bijschaven."
Herman Van Goethem, rector van de Universiteit Antwerpen en voorzitter van de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR), zou de resultaten die jongeren in het secundair halen liever beter benut zien. "Die kunnen voorspellende waarde hebben. Iemand die met pakweg 55 procent afstudeert in menswetenschappen, zou voor hij zich inschrijft aan de hogeschool of universiteit moeten weten welke theoretische kans hij maakt in welke richting."

'De effecten van oriënterings- en toelatingsproeven zijn pas over enkele jaren merkbaar'
MINISTER VAN ONDERWIJS HILDE CREVITS (CD&V)
Van Goethem plaatst de lage slaagcijfers ook in perspectief. "Uit de cijfers van de OESO blijkt dat we het, in vergelijking met andere landen, helemaal niet zo slecht doen. De afstudeerleeftijd in Vlaanderen ligt rond de 23 jaar, terwijl het gemiddelde op 25 ligt." De man vindt het ook niet correct om alleen naar de bachelorjaren te kijken. "Sommige jongeren maken ook een inhaalbeweging tijdens hun masterjaren, omdat ze er dan vakken uit de bachelorjaren bijnemen."
Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) reageert dat de 30 procent jongeren die hun bachelordiploma binnen de drie jaar halen al jaren relatief stabiel is. "Maar het blijft een laag cijfer." Ze benadrukt dat er gewerkt is aan onder meer niet-bindende oriënteringsproeven, op het eind van het secundair onderwijs, en aan niet-bindende toelatingsproeven, als voor de lerarenopleiding. "Maar de effecten daarvan zijn natuurlijk pas over enkele jaren merkbaar."

Bron: De Morgen - 22 december 2017 - https://www.demorgen.be/binnenland/...-jaar-b545fc62/

Ik ga als eerst niet akkoord met Martin Valcke. Hij ziet de vrijheid van de studenten eerder als een negatief is. Ik denk dat deze vrijheid er op lange termijn alleen maar voor zorgt dat meer en meer studenten hun opleiding toch afronden. Als we deze vrijheid niet zouden hebben zouden we sneller afhaken en de opleiding stop zetten. We doen misschien langer over de opleiding maar uiteindelijk halen we dan toch dat diploma.
Oriënteringsproeven vind ik helemaal prima maar toelatingsproeven vind ik wat minder. Het is niet omdat een leerling in het middelbaar middelmatig scoort, dat deze op de hoge school dan niet kan volgen. Als men in het middelbaar in een richting zit die hem helemaal niet meer interesseert, zal deze ook niet gemotiveerd zijn. Aan de hoge school zijn de meeste studenten toch gemotiveerder omdat ze deze job echt willen uitvoeren.

Ik ben het eens met de mening van Veerle. Ik heb ook het gevoel dat Martin Valcke hier een zeer veralgemenend stereotiep neerzet, namelijk: "Iedereen doet maar wat". Zelf ben ik een van de studenten die hun diploma niet in drie jaar zal halen, met andere woorden, ik leg geen "modeltraject" af. Dit was echter een heel bewuste keuze die ik gemaakt heb, omdat ik uit een studierichting kwam (KSO-Vrije Beeldende Kunsten) met maar twee uurtjes (praktijkgericht!) Engels. Ik wist dat de overgang naar Engels op de hoge school, met veel grammatica, niet van een leien dakje zou lopen en veel aan zelfstudie zou moeten doen om de rest te kunnen bijbenen. Daarom vind ik het net goed dat we met onze vakken kunnen schuiven, omdat ik zo een "persoonlijk modeltraject" voor mezelf kan uitbouwen. Een bindende toelatingsproef zou ik allicht niet gehaald hebben op vlak van grammatica, en daardoor zou mijn droom om leerkracht Engels te worden dus ook resoluut van de baan geschoven worden..