|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
||||
|
||||
Filosofe Martha Nussbaum in de aanval tegen woede
‘We moeten van Twitter een liefdeswapen maken’
‘Het heeft geen enkele zin om Donald Trump een terminale kanker toe te wensen.’ Martha Nussbaum heeft een lange aanklacht geschreven tegen een emotie die dezer dagen alomtegenwoordig is: woede. ‘Die drang om het anderen betaald te zetten, weg ermee!’ Meer dan driehonderd dichtbedrukte pagina’s heeft Martha Nussbaum bij mekaar geschreven om een duidelijk punt te maken. Woede is een emotie die de samenleving niet vooruit helpt. Maar ze geeft graag toe dat ze zelf wel eens zondigt. Ze vertelt hoe er in het vliegtuig altijd wel een man opduikt die haar koffer in de bagageruimte boven haar hoofd wil tillen. Nussbaum weigert dat consequent, omdat ze zo trots is op de kracht in haar bicepsen. Ze werkt daar hard aan, elke dag duwt ze nog halters in de lucht. ‘Maar toen was er dus een man die, ondanks mijn weigering, die valies uit mijn handen griste’, vertelt ze. ‘Oooh, toen werd ik boos. Ik heb hem gezegd: “Als een vrouw neen zegt, bedoelt ze ook neen”. En: “Omdat mannen dat vaak niet geloven, ontstaan er zoveel problemen in onze maatschappij”. Die seksuele allusie maakte hem furieus. (lacht smakelijk) Hij had me bijna geslagen. Dus ja, ik kan het soms niet laten om iemand even af te troeven met een snedige opmerking. Maar ik laat het ook snel achter mij.’ We zitten in de lobby van een Amsterdams hotel mét fitnessruimte. Nussbaum is op tournee door Nederland voor de promotie van haar nieuwe boek: Woede en vergeving. De avond voordien deed de Amerikaanse filosofe de Stadsschouwburg van Nijmegen volstromen. Anderhalf uur lang hingen er zevenhonderd mensen aan haar lippen. Nussbaum betoogde dat woede bijna altijd gepaard gaat met een verlangen naar wraak, en dat het daarom een emotie is die we maar beter vermijden. Het is volkomen nutteloos en irrationeel om iemand die je kwaad heeft berokkend, een lesje te leren. ‘Daarmee herstel je het onrecht niet.’ Nussbaum is, ook op haar 69ste, nog een podiumbeest. Ze speelt met haar stem, die gaat van hoog naar laag. Ze richt zich rechtstreeks tot het publiek. Ze huichelt niet wanneer ze een vraag naast de kwestie vindt. ‘Ik voelde me fysiek perfect op mijn gemak’, zegt ze een dag later. ‘En al dat volk: wow! In de VS zou ik me zo’n evenement niet kunnen voorstellen. Mensen hebben bij ons meer angst voor filosofie, wellicht omdat filosofen zich vaak zo abstract uitdrukken. Onlangs verscheen er een portret van mij in een Amerikaans blad. Achteraf kreeg ik mails waarin mensen hun verbazing uitdrukten: “We wisten niet dat filosofen zich ook met menselijke kwesties bezighielden”.’ Een lastig portret In dat New Yorker-verhaal werd Nussbaum neergezet als een dame met een ijzeren discipline. Elke ochtend gaat ze 90 minuten joggen. Vervolgens zingt ze een vol uur. Daarna begint de intellectuele arbeid. Nussbaum is indrukwekkend productief: ze schreef al 24 boeken en 507 wetenschappelijke papers. Ze verzamelde ook al 52 eredoctoraten. In het portret wordt ze beschreven als een vrij dwingende persoonlijkheid. Als de journaliste haar een eerste keer contacteert, hapt ze niet meteen toe. ‘Ik denk dat we eerst een goed plan en een duidelijke focus nodig hebben’, mailt ze. ‘Heb je het gevoel dat je zo’n plan hebt?’ Toen ik dat stuk las, dacht ik: ik durf die dame helemaal niet te interviewen. ‘Ik heb het zelf niet gelezen. Maar op basis van wat anderen mij verteld hebben, begrijp ik u wel. Volgens mij gaf het een vrij vertekend beeld. Natuurlijk ben ik gedisciplineerd. Maar dat is totaal niet uitzonderlijk voor een succesvol academicus. Dit is een eenzaam beroep: als je niet weet hoe je de dag wilt aanpakken, bereik je niets. Wat mij anders maakt dan de rest, is net dat ik een zeer emotionele vrouw ben. Alleen had ik niet het gevoel dat ik mijn sterkste emoties kon laten zien aan die journaliste, onder meer omdat ik haar aanwezigheid niet zo op prijs stelde. Ze heeft me blijkbaar beschreven als een totale stoïcijn.’ En dat klopt niet? ‘Ik vind emoties als woede en walging heel problematisch. Die moet je trachten te overwinnen. Maar tegelijk geloof ik, met mijn hele hart, dat Gandhi er helemaal naast zat toen hij zei dat ook *gevoelens als liefde of verdriet tot elke prijs vermeden moeten worden. Ik ben net iemand die haar familie en vrienden doodgraag ziet. Ik stel me vaak kwetsbaar op.’ De basisstelling in uw nieuwe boek is dat woede zich bijna altijd vermengt met een verlangen naar wraak. Is dat wel zo? ‘Toch bijna altijd. Je ziet dat het duidelijkst bij echtscheidingen. De meeste mensen willen dat hun voormalige partner op een of *andere manier een prijs betaalt, zeker als ze bedrogen zijn. Soms willen ze de schade zelf toebrengen. Soms doen ze het via een advocaat. En in nog andere gevallen hopen ze gewoon dat het leven van hun ex een miserabele wending neemt. Ik denk dat we ons moeten bevrijden van die aandrang om het anderen betaald te zetten.’ ‘Veel beter is het om je blik op de toekomst te richten. Dat soort boosheid noem ik “transitiewoede”. Dat is wel oké. Dan protesteer je tegen onrecht, dan roep je de boosdoener ter verantwoording, maar zonder in wraakzucht te vervallen. Je ziet het vaak bij ouders tegenover hun kinderen. Ze tikken zoon of dochter op de vingers, maar ze willen hen natuurlijk geen schade toebrengen. Dan wordt het een constructieve emotie.’ ‘Maar meestal zie je toch dat woede, ook in de politiek, leidt tot wraakgevoelens. Ik denk niet dat Bernie Sanders de mensen tegen wie hij tekeerging, echt wilde kwetsen. Maar veel van zijn volgelingen azen wél op payback. Ze willen het systeem “vernietigen”. Ze willen de elite “opblazen”.’ King versus Malcolm X Kan dat soort échte woede de samenleving ook niet vooruit helpen? ‘Nee. Wraakzucht leidt alleen tot meer rampspoed. Als jij terugslaat, zal de ander vervolgens weer willen dat jij gaat lijden. Dan beland je in een vicieuze cirkel.’ ‘Martin Luther King Junior vond woede alleen nuttig op de korte termijn. Ze kan mensen verleiden om zich aan te sluiten bij een beweging. Maar eens ze zich hebben aangesloten, laten ze dat gevoel het best achter zich. Die sequentie van gevoelens zag je heel mooi in zijn beroemde I have a dream-speech. Die begint met woede, hij klaagt het racisme in Verenigde Staten voluit aan. Maar op een bepaald moment zet de transitie zich in, King vraagt niet hoe blank Amerika gestraft kan worden. En eindigen doet hij met een droom van verzoening.’ ‘Malcolm X had wél een verlangen naar wraak. Als hij de dominante stem van de burgerrechtenbeweging was geworden, waren we op rassenoorlogen afgestevend.’ Misschien waren die twee activisten wel complementair? Misschien was een van de redenen voor Kings succes ook de aanwezigheid van de radicalere Malcolm X? ‘Ik geloof echt niet dat Malcolm X een positief effect had. Een van de grote vooroordelen waarop de burgerrechtenbeweging botste, was het stereotype over de zwarte man. Dat was een “beest”, zelfs een “roofdier”. Malcolm X versterkte dat beeld, terwijl King het probeerde door te prikken. Daarom vond King dat je het best niet gewelddadig reageerde, zelfs niet als de politie op je insloeg. Hij wilde tonen dat zwarte mannen waardig waren. Er zat een strategie achter, King was geen domkop. En hij maakte ook uitzonderingen: tegenover Hitler vond hij geweld en zelfverdediging wél gerechtvaardigd.’ Goed dat u Hitler aanhaalt. Moeten we niet blij zijn dat Winston Churchill in woede ontstak en tegen Duitsland ten strijde trok? ‘Churchill deed geen beroep op woede. In zijn beroemde blood, toil, tears and sweat-speech zei hij dat we onze manier van leven en onze instellingen moesten verdedigen. Hij vroeg niet dat we de Duitsers een lesje zouden leren, of dat we hen moesten beginnen haten.’ Hij ging wel in de tegenaanval. Terwijl Gandhi, naar wie u in uw boek vaak verwijst, niet vond dat geweld een antwoord was. ‘Gandhi dacht, nogal naïef, dat hij zelfs met Hitler bevriend zou kunnen raken. Hij stelde woedeloosheid gelijk aan geweldloosheid. Dat deed Nelson Mandela nooit. Die zou nooit gedacht hebben dat je Hitler zonder wapens kon bestrijden. In tegenstelling tot Gandhi was Mandela een realistisch politicus.’ Maar kan woedeloosheid niet leiden tot passiviteit? ‘Je kunt Gandhi, King of Mandela veel verwijten, maar niet dat ze voor passiviteit pleitten. Ze vonden net dat je heel actief moest zijn. Militant. Waakzaam. Alleen betekent dat niet dat je de tegenstander moet vermorzelen. Helaas krijgen we het altijd *anders aangeleerd. In sprookjes – zoals Hans en Grietje – moet de boze heks uiteindelijk wel de oven in. Zo los je, behalve dan in nazi-Duitsland, natuurlijk geen problemen op. Net zoals het geen enkele zin heeft om Donald Trump een terminale kanker toe te wensen.’ Liefdespatriottisme Is het verkeerd om, na de eerste weken van president-elect Trump, kwaad te worden? ‘Wie wil dat Trump dood neervalt, zit ernaast, ja. Daarmee pleit ik nog niet voor berusting. We moeten weerstand bieden tegen zijn gevaarlijke voorstellen. Ik heb een haast viscerale afkeer van die man. Toen hij verkozen werd, schoten er tal van boosaardige gedachten door mijn hoofd. Maar vrij snel heb ik ze toch een andere, constructievere richting uitgeduwd.’ Hoe moeten we reageren op de woede van de Trump-kiezer? ‘We hebben opnieuw een New Deal nodig, zoals in de jaren 30, onder president Roosevelt. De arbeidersklasse verlangt terecht naar een rechtvaardiger economisch beleid. Mij lijkt het cruciaal dat we investeren in gratis of toch zeer goedkoop onderwijs. Er worden nog altijd jobs gecreëerd in onze informatie-economie. Maar die blanke mannen uit de lagere middenklasse komen er niet voor in aanmerking, omdat ze onvoldoende opgeleid zijn.’ ‘En we moeten natuurlijk maken dat onze gezondheidszorg toegankelijk blijft voor zo veel mogelijk mensen. Wie nu komaf wil maken met Obamacare, heeft niet goed nagedacht. Uit onderzoek blijkt dat de gezondheid van blanke arbeiders in de VS er stelsel*matig op achteruitgaat. Ze leven minder lang. Ze zijn massief verslaafd aan medicijnen en drugs. Dat toont hoe belangrijk een excellente opvang wel is.’ ‘Tot slot geloof ik dat we een nieuw soort patriottisme nodig hebben, gebaseerd op liefde en hoop in plaats van op angst en haat. Zo slaagde Roosevelt erin om mensen, ook op emotioneel vlak, bij mekaar te brengen.’ Was dat niet het project van Barack Obama? ‘Met zijn geweldig gevoel voor humor kon hij mensen verbinden. Maar volgens mij was hij iets te cerebraal. Ideaal voor Saturday Night Live, maar minder voor de massa. Weet je wat ik prachtig vond? Hoe de gay-gemeenschap na de schietpartij in Orlando op straat kwam met slechts één ding in de aanbieding: liefde en generositeit. Dat hebben we zo hard nodig. Onze politieke leiders moeten beseffen dat het bij hun job hoort. Het probleem is dat de sociale media tot nu toe vooral haat en woede lijken te cultiveren. We moeten uitzoeken hoe we van Twitter een wapen van liefde kunnen maken.’ Het payback-idee zit er wel diep in natuurlijk, zeker in de VS. Amerika vertegenwoordigt slechts 5 procent van de wereldbevolking, maar 25 procent van alle gevangenen. ‘Terwijl er geen enkel bewijs is dat de massale opsluiting van mensen tot een daling van de misdaad leidt. Het is zelfs eerder omgekeerd. Nog een probleem: zwarte drugverslaafden worden veel harder gestraft dan blanke drugverslaafden. Voor poedercocaïne – een ‘witte’ drug – zijn de straffen veel lager dan die voor crack – een ‘zwarte’ drug. Waarom? Omdat de mensen die erover beslissen, zwarten haten. Omdat ze nog altijd denken dat het gevaarlijke beesten zijn die we het best achter slot en grendel steken. Het is pure wraak.’ Joodse warmte U bent zelf blank en geprivilegieerd. Dan is het natuurlijk makkelijker om niet boos te worden. ‘Denkt u dat geprivilegieerden minder vatbaar zijn voor woede en wraakgevoelens? Ik denk dat dat een typisch elite-idee is. Volgens mij is iedereen in staat tot deugdelijkheid. En omgekeerd. In de geprivilegieerde blanke gemeenschap waarin ik ben opgegroeid, was er veel haat. Tegenover katholieken. Tegenover joden. Tegenover immigranten.’ ‘Het is een van de redenen waarom ik me heb bekeerd tot het gereformeerde judaïsme. Toen ik trouwde met een joodse man, kwam ik terecht in een milieu dat emotioneel veel gezonder in mekaar zat. De familie van mijn voormalige echtgenoot was ook welgesteld, maar ze voelden zich daar nooit afgesneden van de rest van de samenleving. Er bestond een grote solidariteit met mensen die minder geluk hadden gehad. In de gemeenschap waarin ik groot werd, gingen ze ervan uit dat hen nooit hetzelfde zou overkomen als de minder welstellenden. En dus voelden ze geen enkele aandrang om emoties als menselijkheid of broederliefde te tonen.’ Wordt u zelf vaak boos? ‘Banale interacties, daar zit mijn kwetsbaar punt. (lacht) Als ik contact heb met vliegtuigmaatschappijen, met IT-specialisten of bankbediendes, kan ik me geregeld ergeren. Of als er in het vliegtuig een onvriendelijk, slecht geurend persoon naast mij komt zitten. In intieme relaties – tegenover familie, vrienden of geliefden – voel ik zelden boosheid. Mijn voormalige echtgenoot en ik zijn in perfecte verstandhouding uit mekaar gegaan. We hadden zelfs dezelfde advocaat. En we zijn nog altijd goed bevriend. Ik schiet goed op met ál mijn ex’en.’ U beschreef ooit hoe u het slachtoffer werd van seksuele intimidatie. Zelfs toen ontstak u niet in woede. ‘Zoals de meeste vrouwen ben ik al lastiggevallen op verschillende momenten in mijn leven. (droog) Over welk incident hebt u het precies?’ Over die oudere collega die zijn hand plots op uw borst legde. ‘Ik had vooral compassie met die man. Hij was dronken. Het was een geweldig slimme professor, maar hij heeft zijn leven geruïneerd door alcohol. Omdat mijn moeder ook verslaafd was, kon ik me meteen inleven. Hij was ook niet bedreigend. Voor alle duidelijkheid: er zijn ook andere, kwaadaardige mannen. Mannen die vrouwen als een prooi bespringen. Dat soort figuren zou ik met plezier voor hun verantwoordelijkheid plaatsen.’ Tot slot: u bent ook geen fan van vergeving. Wat is daar mis mee? ‘Vergeving komt vaak neer op vernedering. De boosdoener moet zich heel nederig opstellen, vervolgens zijn verontschuldigingen aanbieden en tot slot beloven dat hij het nooit meer zal doen. Het moet degene die vergeeft, vooral een gevoel van morele superioriteit geven.’ Wat stelt u in de plaats? ‘Onvoorwaardelijke liefde, zoals in de parabel van de verloren zoon. Als de zoon thuiskomt, rent de vader meteen naar buiten om hem in zijn armen te sluiten. Hij vraagt niet waarom die zijn erfdeel verkwist heeft. Hij wordt niet boos. En ongetwijfeld zal de vader later, als het past, nog wel eens uitleggen hoe de zoon zijn leven kan bijsturen.’ DS, 17-12-2016
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB Laatst aangepast door bijlinda : 23rd October 2018 om 05:12. |