|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
||||
|
||||
‘We zouden zoveel meer fraudegeld kunnen pakken’
‘We zouden zoveel meer fraudegeld kunnen pakken’
Michel Claise (59), de Brusselse onderzoeksrechter die met voorsprong de grootste en belangrijkste zaken van financiële fraude in dit land onderzoekt, is in een interview met De Standaard keihard voor de regering. ‘De regering is niet geïnteresseerd in de bestrijding van financiële fraude. Dat stemt me bitter.’ ‘Ik heb de rekensom gemaakt. In 2014 heb ik de staat tientallen miljoenen euro opgebracht. Minnelijke schikkingen, inbeslagnames en boetes samen. Als ik daar nog bijtel wat de fiscus in diezelfde zaken achteraf aan achterstallen en boetes heeft gevorderd, loopt dat bedrag nog op.’ ‘Mijn twee Brusselse collega-onderzoeksrechters in financiële zaken, idem. Honderden miljoenen euro per jaar hebben we samen in de schatkist doen belanden. En we zouden nog veel meer fraudegeld kunnen pakken als we daar de middelen toe zouden krijgen.’ Michel Claise (59) werkt al 15 jaar als onderzoeksrechter in Brussel. Hij leidt er delicate en belangrijke financiële onderzoeken die vaak de media halen. De lijst is lang. Er is het Belgische luik van de HSBC-zaak waarbij 5,5 miljard euro zwart, Belgisch geld naar de HSBC-bank in Genève is gevloeid en vandaar naar een reeks offshores. Claise stelde eind 2014 de HSBC-bank in verdenking. Er is ook de zaak Bois Sauvage waarin ex-VBO-voorzitter Luc Vansteenkiste verdacht werd van handel met voorkennis in Fortis-aandelen. De minnelijke schikking bracht 9 miljoen euro op. Onlangs was er de zaak Kubla-Duferco waarin MR-politicus Serge Kubla even in voorhechtenis zat op verdenking van corruptie. In zijn vrije tijd schrijft Claise ook nog romans en theaterstukken die in Franstalig België lovend worden ontvangen. Hij heeft er al zeven op zijn palmares staan. Momenteel schrijft hij aan een roman over financiële criminaliteit, maar dat loopt niet van een leien dakje, want Claise heeft het druk. Hij ontvangt ons in de late namiddag in een café aan het Brusselse justitiepaleis, terwijl zijn gsm onophoudelijk rinkelt. Hij heeft net de resultaten van een autopsie op zijn bureau gekregen en enkele nieuwe dossiers van diefstallen. Via de gsm krijgt hij het nieuws dat vrijdag (gisteren, red.) een medeplichtige aan een ontsnappingspoging uit de gevangenis van Sint-Gillis door Frankrijk aan ons land wordt uitgeleverd. ‘Verwondert u dat? Er zijn in Brussel geen onderzoeksrechters die zich enkel en alleen bezighouden met grote fraudedossiers. Wij combineren dat met de gewone criminele zaken – moord, drugshandel, overvallen, noem maar op. Dat maakt het boeiend, maar zwaar.’ Hoe zit het intussen met de fraudebestrijding in Brussel terwijl u diefstallen onderzoekt? ‘Met de fraude in Brussel gaat alles goed. Maar met diegenen die er tegen strijden gaat het spijtig genoeg allemaal iets minder. Soms denk ik dat de mensen niet goed beseffen wat wij eigenlijk doen. Strijden tegen de financiële criminaliteit is zoeken naar het geld van drugstrafikanten, terroristen, wapenhandelaars, oplichters, cybercriminelen, fiscale fraudeurs. Dat soort misdadigers zoekt manieren om zijn geld wit te wassen via banken en andere financiële instellingen. Wij moeten dat geld proberen te pakken voor ze het kunnen witwassen en weer gebruiken. Dat is wat wij proberen te doen. Om daarin te slagen, moeten we ook de banken en financiële raadgevers kunnen aanpakken. Maar ik heb het gevoel dat de huidige regering helemaal niet bezig is met de strijd tegen de grote financiële criminaliteit.’ Waaruit besluit u dat? ‘Ik heb nog geen enkel teken gezien dat het deze regering echt menens is met de strijd tegen financiële criminaliteit. In het regeerakkoord stond geen woord over de strijd tegen fraude. Het staatssecretariaat voor de fraudebestrijding is helemaal ontmanteld. Onder de vorige staatssecretaris, John Crombez (SP.A), waren nochtans belangrijke stappen in de goeie richting gezet. Fiscale en sociale fraude werden samen aangepakt. Er werden samenwerkingsverbanden gesloten, tot zelfs internationaal toe. Geld gaat nu eenmaal snel de grenzen over.’ ‘Maar nu gaat het weer de verkeerde kant op. Sociale en fiscale fraude zitten bij verschillende staatssecretarissen. Die ene staatssecretaris (Bart Tommelein, Open VLD, red.) zegt dat hij de werklozen gaat aanpakken terwijl hij eigenlijk de bedrijfsleiders zou moeten aanpakken die de sociale fraude organiseren. Van die andere (Elke Sleurs, N-VA, red.) heb ik de voorbije acht maanden niets gehoord en gezien en ze is intussen haar bevoegdheden kwijt.’ ‘Wat onder de huidige regering gebeurt, doet mij denken aan een uitspraak uit de 17de eeuw die de Franse minister van financiën Colbert deed tegen Lodewijk XIV: ‘Sire, taxons les pauvres, ils sont tellement plus nombreux.’ Laat ons de armen belasten, ze zijn met veel meer dan de rijken. Dat is natuurlijk veel gemakkelijker dan de grote fraudeurs achterna zitten Dat doen we niet graag.’ ‘We zijn veel te laks, vind ik. We zijn bang dat het groot kapitaal zou weglopen. Het omgekeerde is waar. We geven de macht aan “vuil geld”. Als je wil dat de eerlijke bedrijven floreren, moet je de oneerlijke er tussenuit halen.’ U liet onlangs in de Franstalige pers horen dat u fel gekant bent tegen het opdoeken van de Centrale Dienst voor de Strijd tegen de Georganiseerde Economische en Financiële Delinquentie (Cdgefid) in de strijd tegen financiële fraude. ‘Cdgefid is sinds jaar en dag een bijzonder performante politiedienst, (met 70 politiemensen en 15 fiscale ambtenaren, red.) die zich bezighoudt met het opsporen van georganiseerde financiële misdaad. In 2002 was er in ons land nog georganiseerde btw-fraude waarbij de schatkist voor 2 miljard euro werd bestolen. Btw-fraude, daarmee doel ik niet op restauranthouders die geen briefje geven aan hun klanten. Ik heb het wel over de gigantische carrousels waarmee de georganiseerde misdaad de schatkist plundert.’ ‘Cdgefid heeft dat gat gedicht tot 40 miljoen vorig jaar. De dienst is een bijzonder performant instrument in de strijd tegen financiële criminaliteit. Die mensen screenen de btw-plichtigen en detecteren mogelijke fraude onmiddellijk. Maar de regering en de top van de federale politie gaan hen nu verspreiden over de andere gerechtelijke arrondissementen.’ ‘Ik kan u nu al voorspellen wat er zal gebeuren: de grote financiële delinquentie zit niet in Zottegem of Binche maar in Brussel en Antwerpen. Als die speurders verspreid worden, zullen ze ingezet worden voor andere criminele fenomenen die daar prioritair zijn. Drugs, prostitutie, noem maar op. Ik geef u op een blaadje dat de btw-fraude in korte tijd opnieuw de pan zal uitrijzen. Ik zie echt de meerwaarde niet in van die ingreep. Niemand kan me dat uitleggen. Dat is echt symptomatisch voor de aanpak van de fraude onder deze regering.’ Doet deze regering dan niets dat genade vindt in uw ogen? ‘Toch wel, met veel van de plannen van minister van Justitie Koen Geens (CD&V) ben ik het volledig eens. Het klopt dat de procedures versoepeld moeten worden. Er is geen reden waarom een zaak eerst naar een raadkamer zou moeten en dan nog eens naar een kamer van inbeschuldigingstelling alvorens ze voor de rechtbank komt. Al die lijnen moeten korter. De advocaten moeten beknot worden in het aantal procedures die ze kunnen voeren voor het tot een rechtszaak komt.’ ‘Ik merk ook wel dat de minister daaraan hard gewerkt heeft. Aan de andere kant: ik hoor dat hij de onderzoeksrechters wil afschaffen en de onderzoeken door het parket wil laten uitvoeren. Dat is fout: een onderzoeksrechter is de beste garantie dat een onderzoek objectief verloopt. Bovendien zijn de parketten nu al onderbemand. Er gaan nog meer onderzoeken in de soep draaien.’ Klopt de perceptie dat geen enkel groot fraudeonderzoek in België tot een goed einde wordt gebracht? ‘Nee, daar ben ik het niet mee eens. Er zijn er veel die wel tot een goed einde worden gebracht. Sommige worden voor de rechtbank beslecht, andere enkel fiscaal. Maar dat telt ook mee. Geld is geld. Maar weet u wat ik erger vind? Dat is dat er jaarlijks tientallen potentiële gevallen van fraude door de mazen van het net glippen omdat er geen middelen en mensen zijn om onderzoek te voeren.’ ‘De CFI (Cel voor Financiële Informatieverwerking, red.) die verdachte financiële transacties aan het parket moet melden, doet haar werk goed. Het probleem is dat met een groot deel van de meldingen van de CFI aan het parket niets gebeurt bij gebrek aan mankracht. De financiële afdeling van parket is al jaren schromelijk onderbemand. Als dat niet zo was, zouden we veel meer fraudegeld kunnen pakken. Soms doet het me pijn als ik zie hoeveel ministers en regeringen er zijn in dit land – zaken die veel geld kosten – en hoe weinig magistraten.’ In zaken die u heeft behandeld, is het al verschillende keren tot een minnelijke schikking gekomen waarbij verdachten hun straf afkochten. Wat denkt u daarover? ‘Ik ben zelf links, ik steek dat niet onder stoelen of banken. En het klopt dat de verruimde minnelijke schikking waarbij verdachten op elk moment van de procedure kunnen afkopen een vorm van klassenjustitie is. Maar toch ben ik een groot voorstander van het systeem. Op dat vlak ben ik hyperrealistisch. We kunnen niet meer zonder, al was het maar om te maken dat het gerechtelijk systeem niet overbelast wordt. Fraudezaken hebben nu eenmaal de neiging lang te duren.’ ‘Iemand in de gevangenis zetten, kost de staat geld. Iemand laten betalen, levert geld op. Wel vind ik dat de procedure verfijnd moet worden. Vandaag zijn verdachten die hun straf afkopen theoretisch zelfs niet schuldig aan een misdrijf. Het komt zelfs niet op hun strafblad. Dat kan niet. Maar volgens mij is de minnelijke schikking niet het probleem, maar een oplossing. Het gebrek aan capaciteit om grote fraude aan te pakken, dát is een probleem.’ U heeft de reputatie ‘een sheriff’ te zijn. U schrikt er zelfs niet voor terug belangrijke mensen in voorlopige hechtenis te nemen (zoals Luc Vansteenkiste in 2009 en onlangs ook nog Serge Kubla, red.). ‘Ik houd niet snel iemand aan. Integendeel zelfs. Ik besef heel goed wat een vrijheidsberoving betekent. Ik moet de eerste onderzoeksrechter nog tegenkomen die mensen zomaar in voorlopige hechtenis zet. Alleen moet ik naar de feiten in mijn dossier kijken. Als ik zie dat iemand me niet de volledige waarheid vertelt, dan houd ik hem aan tot ik aan de hand van aanwijzingen die waarheid kan achterhalen.’ ‘Iemand in de gevangenis stoppen, is de enige manier om te maken dat er geen afspraken worden gemaakt of dat bewijzen niet verdwijnen. Of dat de cocaïnehandelaar van op de hoek is of een captain of industry, kan mij niet schelen. Voor mij is iedereen gelijk voor de wet. Ik ben trouwens nog maar zelden of nooit door een raadkamer teruggefloten.’ U ben zelf advocaat geweest. Maakt dat een verschil in de manier waarop u naar de zaken kijkt? ‘Ik heb economisch recht gestudeerd. Daardoor laat ik me niet snel iets wijsmaken in financiële zaken. Eigenlijk ben ik van de advocatuur naar de magistratuur gegaan omdat ik een geregelder leven wilde, maar dat is grandioos mislukt. Ik werk harder nu en verdien minder. Maar ik vind geld niet belangrijk. Het klopt dat ik het grote geld zie passeren op mijn kabinet, maar ik ben daar niet jaloers op. Mijn rijkdom komt van elders. Ik ben graag onder de mensen, bij mijn vrienden en collega’s en ik hou van cultuur.’ DS, 20-06-2015 ( Mark Eeckhaut)
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |
#2
|
|||
|
|||
Ik herinner mij staatssecretaris voor fraudebestrijding John Crombez nog discussiëren in de Zevende Dag anno 2012 over de eventuele deal tussen België -Zwitserland. In deze deal werd er gesproken over bankgeheim vrij te geven van elke Belg die een rekening had in Zwitserland. John Crombez weigerde deze deal (wat mij tevens enorm verbaasde), gegeven het feit dat mensen die een bankrekening hebben in Zwitserland, volgens de socialisten, meer zouden moeten bijdragen aan de Belgische staat.
Ik verbaasde mij toentertijd dat John Crombez enige deal direct van tafel veegde. Toen werd er geen geluid gemaakt over de willekeur van het kabinet van fraudebestrijding. Ik denk dat wij ons moeten realiseren dat fraudebestrijding enorm moeilijk is. Je kan niet te hard achter fraudeurs gaan, ons land moet economisch interessant blijven. Anderzijds moeten we valsspelers durven aanpakken. Vooral als zij eventueel de staat effectief aan het bedriegen zijn. Hoewel, weer typisch België, vanaf dat we regels beginnen op te stellen, komen de asterixen weer naar boven. Fraude kan je niet bestrijden met een kapot net, vol met uitzonderingen. Je moet zowel fraudeurs van de hoge sociale klassen als lage sociale klassen durven te bestrijden.
__________________
Power is not a means; it is an end. One does not establish a dictatorship in order to safeguard a revolution; one makes the revolution in order to establish the dictatorship. |